ATAG HIDD8471E Bruksanvisning

ATAG Ugn HIDD8471E

Läs nedan 📖 manual på svenska för ATAG HIDD8471E (116 sidor) i kategorin Ugn. Denna guide var användbar för 3 personer och betygsatt med 4.5 stjärnor i genomsnitt av 2 användare

Sida 1/116
240 541 0001 L21
HIDD8471E
we love to cook
Instructies voor gebruik en installatie
Inductie kookplaat met geïntegreerde afzuiging
Instructions for usage and installation
Induction hob with integrated extractor
Gebrauchs- und Montageanweisung
Induktions-Kochfeld mit integrierter Absaugung
Instructions d’utilisation et de montage
Induction avec aspiration intégrée
Algemene opmerkingen
2
NL
Inhoud
1 Algemene opmerkingen
1.1 Hier vindt u...
Lees eerst zorgvuldig de informatie in dit boekje door
vooraleer u uw kookplaat in gebruik neemt. Hier vindt u
belangrijke richtlijnen voor uw veiligheid, het gebruik, het
schoonmaken en het onderhoud van het toestel, zodat u
er lang plezier aan beleeft.
Als er een storing optreedt, kijk dan eerst na in het
hoofdstuk „Wat te doen bij problemen?”.
Kleinere storingen kunt u vaak zelf verhelpen en u
vermijdt op die manier onnodige servicekosten.
Bewaar deze handleiding zorgvuldig. Geef deze
gebruiks- en montagehandleiding ter informatie en
veiligheid aan een nieuwe eigenaar door.
1.2 Reglementair gebruik
De kookplaat is alleen voor de bereiding van
levensmiddelen in het huishouden en in gelijkaardige
omgevingen bedoeld. Gelijkaardige omgevingen zijn:
Het gebruik in winkels, kantoren en gelijkaardige
werkomstandigheden
Het gebruik in landbouwbedrijven
Het gebruik door klanten in hotels, motels en andere
typische woonomgevingen
Het gebruik in logies en ontbijt
Ze mag niet voor een ander doel en alleen onder
toezicht worden gebruikt.
1 Algemene opmerkingen ........................................... 2
1.1 Hier vindt u... ........................................................ 2
1.2 Reglementair gebruik ........................................... 2
2 Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen ....... 3
2.1 Voor aansluiting en werking ................................. 3
2.2 Voor de kookplaat in het algemeen ...................... 3
2.3 Voor personen ...................................................... 4
2.4 Symbool- en instructieverklaring .......................... 5
3 Beschrijving van het toestel .................................... 6
3.1 Bediening met sensortoetsen ............................... 7
3.2 Wat u moet weten over de slider (sensorveld) ..... 7
4 Bediening .................................................................. 8
4.1 Het inductiekookveld ............................................ 8
4.2 Panherkenning .................................................... 8
4.3 Gebruiksduurbeperking ........................................ 8
4.4 Andere functies ..................................................... 8
4.5 Oververhittingsbeveiliging (inductie) .................... 8
4.6 Kookgerei voor inductiekookplaat ........................ 9
4.7 Tips om energie te besparen ................................ 9
4.8 Kookstanden ........................................................ 9
4.9 Restwarmteweergave .......................................... 9
4.10 Permanente panherkenning ............................. 10
4.11 Bediening van de toetsen ................................. 10
4.12 Kookplaat en kookzone inschakelen ................ 10
4.13 Kookzone uitschakelen .................................... 10
4.14 Kookplaat uitschakelen .................................... 10
4.15 STOP-functie ....................................................11
4.16 Recall-functie ....................................................11
4.17 Kinderbeveiliging ............................................. 12
4.18 Automatische uitschakeling (timer) ................... 13
4.19 Kookwekker (eierwekker) ................................. 13
4.20 Aankookautomaat ............................................ 14
4.21 Warmhoudstand ............................................... 14
4.22 Vergrendeling .................................................. 15
4.23 Powerstand ..................................................... 15
4.24 Powermanagement .......................................... 15
4.25 Ventilator gebruiken .......................................... 16
4.25.1 Ventilator in- en uitschakelen ........................ 16
4.25.2 Ventilatornaloop ............................................. 17
4.25.3 Nalooptijd ...................................................... 17
5 Reiniging en onderhoud ........................................ 18
5.1 Glazen plaat ....................................................... 18
5.2 Afzuigen .............................................................. 18
6 Wat te doen bij problemen? .................................. 20
7 Montagehandleiding ............................................... 21
7.1 Veiligheidsinstructies voor de
keukenmeubelmonteur ....................................... 21
7.2 Ventilatie ............................................................. 21
7.3 Montage ............................................................. 21
7.4 Variabele montagemogelijkheden:
Opliggende montage .......................................... 22
7.5 Externe dimensies .............................................. 22
7.6 Installatie van het afzuigsysteem ....................... 26
7.7 Aansluiting raamcontact/relaisaansluiting .......... 26
7.8 Elektrische aansluiting ........................................ 27
7.9 Inbedrijfstelling ................................................... 27
8 Technische gegevens ............................................ 27
9 Informatieblad e ciëntiemeting ........................... 28
10 Informatie over ECO-gegevens ........................... 28
11 Buitenbedrijfstelling, afvoer ................................ 29
11.1 Buitenbedrijfstelling........................................... 29
11.2 Verwijderen van de verpakking ......................... 29
11.3 Verwijderen van oude apparaten ...................... 29
Veiligheidsaanwijzingen en waarschuwingen
3
NL
2 Veiligheidsaanwijzingen en
waarschuwingen
2.1 Voor aansluiting en werking
De apparaten worden volgens de geldende
veiligheidsvoorschriften gebouwd.
Aansluiting op het net, onderhoud en
reparatie van het apparaat mogen alleen door
een erkend vakman volgens de geldende
veiligheidsvoorschriften worden uitgevoerd.
Ondeskundig uitgevoerde werkzaamheden
vormen een risico voor uw veiligheid.
Als de netaansluitkabel van dit toestel
beschadigd is, moet ze door de fabrikant of
zijn klantenservice of door een gelijkaardig
gekwali ceerde persoon worden vervangen
om risico's te vermijden.
Het toestel mag niet met een
externe schakelklok of een extern
afstandsbesturingssysteem worden gebruikt.
2.2 Voor de kookplaat in het algemeen
Wegens de zeer snelle reactie bij een hoog
ingestelde kookstand de inductiekookplaat niet
zonder toezicht gebruiken!
Houd bij het koken rekening met de hoge op-
warmsnelheid van de kookzones. Vermijd het
leegkoken van pannen omdat daarbij het ge-
vaar bestaat dat de pannen oververhit raken!
Plaats geen lege potten en pannen op de
ingeschakelde kookzones.
Wees voorzichtig bij het gebruik van au-bain-
marie-pannen. Au-bain-marie-pannen kunnen
ongemerkt droogkoken! Dat veroorzaakt
beschadigingen aan de pan en aan de
kookplaat. De fabrikant kan hiervoor niet
aansprakelijk worden gesteld!
Schakel een kookzone na gebruik altijd met de
aan/uit-toets of min-toets uit en niet alleen met
de panherkenning.
Oververhitte vetten en olie kunnen spontaan
ontbranden. Bij het bereiden van gerechten
met vet en olie altijd in de buurt blijven.
Brandend vet of olie nooit met water blussen!
Het toestel uitschakelen en dan de vlammen
voorzichtig met bijv. een deksel of een
blusdeken afdekken.
De glasplaat is zeer stevig. Zorg er niettemin
voor dat er geen harde voorwerpen op de
glasplaat vallen. Puntvormige slagbelastingen
kunnen de glazen plaat doen breken.
Bij breuken, barsten, scheuren of andere
beschadigingen aan de glazen plaat bestaat
gevaar voor elektrische schokken. Het
toestel onmiddellijk buiten gebruik nemen.
Onmiddellijk de zekering in de woning
uitschakelen en contact opnemen met de
klantenservice.
Als de kookplaat door een defect in de
sensorregeling niet meer kan worden
uitgeschakeld, onmiddellijk de zekering in de
woning uitschakelen en contact opnemen met
de klantenservice.
Voorzichtig bij het werken met huishoudelijke
apparatuur! Netsnoeren mogen niet met de
hete kookzones in contact komen.
Brandgevaar: nooit voorwerpen op de
kookplaat laten liggen.
De glazen plaat mag niet worden gebruikt om
er voorwerpen op neer te leggen!
Geen aluminiumfolie of kunststof op de
kookzones leggen. Alles wat kan smelten uit
de buurt van de hete kookzone houden, bijv.
kunststof, folie, in het bijzonder suiker en
gerechten met een hoog suikergehalte. Suiker
onmiddellijk met een speciale glasschraper
volledig van de keramische glazen plaat
verwijderen zolang deze nog warm is, om
beschadigingen te vermijden.
Metalen voorwerpen (zoals keukengerei,
bestek ...) mogen niet op de inductiekookplaat
worden gelegd, omdat ze heet kunnen worden.
Gevaar voor verbranding!
Geen brandgevaarlijke, licht ontvlambare
of vervormbare voorwerpen direct onder de
kookplaat leggen.
Metalen voorwerpen die op het lichaam
worden gedragen, kunnen in de onmiddellijke
nabijheid van de inductiekookplaat heet
worden. Opgelet, gevaar van verbranding.
Voor niet-magnetiseerbare voorwerpen (bijv.
gouden of zilveren ringen) geldt dit niet.
Nooit gesloten conservenblikken en
compoundverpakkingen op kookzones
verwarmen. Door de energietoevoer kunnen
deze uiteenspatten!
De sensoren schoonhouden omdat
verontreinigingen door het apparaat als
vingercontact kunnen worden herkend. Nooit
voorwerpen (pannen, vaatdoeken, enz.) op de
sensoren plaatsen!
Beschrijving van het toestel
6
NL
5
98 16
1514
13
1211
10
17
6
7
16
3 Beschrijving van het toestel
Het decor kan van de afbeeldingen afwijken.
1. Inductiekookzone voor (200mm/ 3,0kW)
2. Inductiekookzone achter (145mm/ 1,85kW)
3. Keramische glasplaat
4. Touch-control-bedieningsveld
5. Afzuiging
6. Inductiekookzone achter (160mm/ 2,1kW)
7. Inductiekookzone voor (200mm/ 3,0kW)
8. Aan/Uit-toets (kookplaat)
9. Sensorveld
10. STOP-toets (pauzefunctie)
11. Vergrendeltoets
12. Warmhoudtoets
13. Min-/plus-toets timer
14. Timer-weergave
15. Aanwijzing voor kookzonetimer
16. Kookstandweergave
17. Weergave Afzuiging
OPMERKING
De meeste van de hier weergegeven
toetsen zijn pas zichtbaar na het
inschakelen van de kookplaat.
Beschrijving van het toestel
7
NL
3.2 Wat u moet weten over de slider
(sensorveld)
De slider functioneert in principe zoals de sensortoetsen,
met het verschil dat u de vinger op het keramische
oppervlak plaatst en dan kunt verschuiven. Het
sensorveld herkent deze beweging en verhoogt of
verlaagt de aangetoonde waarde (kookstand) volgens de
beweging.
Het begrip „slider” [Engels „slide”: schuiven, laten glijden]
is in deze handleiding identiek met de term sensorveld.
Waarop moet u bij de bediening letten?
De vinger mag niet te vlak op de keramische plaat
worden gezet om te verhinderen dat naburige toetsen/
sensorvelden per ongeluk reageren.
Sensorveld aantikken of de vinger verschuiven
Het sensorveld kan met de vinger worden aangetikt;
dan verandert de aangetoonde waarde (kookstand)
stapsgewijs.
Als de vinger op het sensorveld wordt geplaatst en dan
naar links of naar rechts wordt verschoven, verandert de
aangetoonde waarde continu.
Hoe sneller de beweging , hoe sneller de aanwijzing
verandert .
Sensorveld
fout goed
schuiven
aantikken
3.1 Bediening met sensortoetsen
De bediening van de keramische kookplaat gebeurt
met touch-control-sensortoetsen. De sensortoetsen
functioneren als volgt: met de vingertop kort een symbool
op het keramische oppervlak aanraken. Elke correcte
bediening wordt door een signaaltoon bevestigd.
In de rest van de tekst wordt voor de touch-control-
sensortoets het woord 'toets' gebruikt.
Permanente panherkenning
Als de kookplaat over een permanente panherkenning
beschikt, kan een kookstand pas via het sensorveld direct
worden ingeschakeld, nadat een pan op de kookplaat is
herkend en de kookstandindicatie 0 weergeeft.
Aan/uit-toets (8) kookzones links of rechts
Met deze toets wordt de volledige kookplaat en ventilator
in- en uitgeschakeld.
Powerstand in het sensorveld
De powerstand stelt extra vermogen voor de
inductiekookzones ter beschikking.
STOP-toets (10)
Het koken kan met de STOP-toets even worden
onderbroken.
Recall-functie (Herstelfunctie) (10)
Na het per ongeluk uitschakelen van de kookplaat kan de
laatste instelling weer worden hernomen.
Vergrendeltoets (11)
Met de vergrendeltoets kunnen de toetsen worden
geblokkeerd.
Warmhoudtoets (12)
Om warm te houden
Min-toets / Plus-toets (13)
Met deze toetsen worden de timer en de automatische
uitschakeling van de kookzones en de automatische
naloop van de ventilator ingesteld.
Symbolen
.................. Timerfunctie, automatische uitschakeling
Kookstandweergave (16)
De kookstandweergave toont de gekozen kookstand, of:
.................. Restwarmte
.................. Powerstand
.................. Panherkenning
.................. Automatisch aankoken
.................. Stop-functie
................... Kinderbeveiliging
...................Warm houden
Weergave ventilator (17)
De ventilatorweergave toont de gekozen kookstand, of:
..............Automatisch bedrijf
..............Kool ltervervanging
Bediening
12
NL
4.17 Kinderbeveiliging
De kinderbeveiliging moet verhinderen dat kinderen de
inductiekookplaat per ongeluk of opzettelijk inschakelen.
Hiervoor wordt de bediening geblokkeerd.
Kinderbeveiliging inschakelen
1. Zolang op de Aan/Uit-toets drukken tot de
kookstandweergaven 0 aantonen.
2. Direct daarna een kookstandweergave activeren en
ingedrukt houden (ca. 3 sec.) tot het sliderveld van 0-P
oplicht.
3. Aansluitend over het hele sensorveld 0-P strijken (sliden)
om de kinderbeveiliging te activeren.
In de kookstandweergaven verschijnt een L voor Child-
Lock; de bediening is geblokkeerd en de kookplaat wordt
uitgeschakeld.
Kinderbeveiliging uitschakelen
4. Op de Aan/Uit-toets drukken.
5. Direct daarna een kookstandweergave activeren en
ingedrukt houden (ca. 3 sec.) tot het sliderveld van P-0
oplicht.
6. Aansluitend over het hele sensorveld P-0 strijken (sliden)
om de kinderbeveiliging uit dte schakelen.
De L verdwijnt.
Opmerkingen
Bij een stroomstoring wordt de ingeschakelde
kinderbeveiliging niet beëindigd.
Bediening
15
NL
4.22 Vergrendeling
Door de vergrendeling kunnen de bediening van de
toetsen en de instelling van een kookstand worden
geblokkeerd. Alleen de Aan/Uit-toets kan nog altijd
worden bediend om de kookplaat uit te schakelen.
Vergrendeling inschakelen
1. Op de vergrendeltoets drukken. De vergrendeltoets
licht sterk op.
De vergrendeling is ingeschakeld.
Vergrendeling uitschakelen
2. Op de vergrendeltoets drukken. De vergrendeltoets
brandt gedimd.
De vergrendeling is uitgeschakeld.
Opmerkingen
De geactiveerde vergrendeling blijft ook behouden als de
kookplaat uitgeschakeld is! Vooraleer weer kan worden
gekookt, moet ze daarom eerst gedeactiveerd worden!
Bij stroomuitval en uitschakelen met de Aan/Uit-toets van
de kookplaat wordt de ingeschakelde vergrendeling
opgeheven, d.w.z. gedeactiveerd.
4.23 Powerstand
De powerstand stelt extra vermogen voor de
inductiekookzones ter beschikking. Een grote
hoeveelheid water kan snel aan de kook worden
gebracht.
1. De kookplaat inschakelen. Om een kookzone te
selecteren, de kookstandweergave (als toets)
aanraken. De gereedheidsstip van de gekozen
kookzone brandt.
2. Op het meest rechtse sensorveld drukken.
De powerstand is ingeschakeld.
3. Na 10 minuten wordt de powerstand automatisch
uitgeschakeld. De verdwijnt en er wordt naar
kookstand 9 teruggeschakeld.
Opmerking
Om de powerstand vervroegd uit te schakelen, op het
overeenkomstige sensorveld drukken.
4.24 Powermanagement
Telkens twee kookzones zijn – om technische redenen
– tot een module gecombineerd en beschikken over een
maximaal vermogen.
Als deze vermogensgrens bij het inschakelen van een
hoge kookstand of de powerfunctie wordt overschreden,
reduceert het powermanagement de kookstand van de
bijbehorende module-kookzone.
De aanwijzing van deze kookzone knippert eerst, daarna
wordt de maximaal mogelijke kookstand constant
getoond.
10 min.
Modules (powermanagement)

Produktspecifikationer

Varumärke: ATAG
Kategori: Ugn
Modell: HIDD8471E
Färg på produkten: Zwart
Rekommenderad ålder (min): 5 jaar
Typ av förpackning: Doos
Placeringsstöd: Buiten
Certifiering: TUV, CE/EN71
Form: Rechthoekig
Ramfärg: Zwart
Rammaterial: Staal
Konstruktionstyp: Spiraalveer
Förslutningstyp: Rits
Ytfärg: Monotoon
Inbyggt säkerhetslås: Ja
Typ produkt: Bovengrondse trampoline
Målpublik: Kinderen
Max användarvikt: 100 kg
Testad vikt: 200 kg
Fyllnadsmaterial: PVC
Vulmateriaal: Polyvinyl chloride (PVC)
Skyddsnät: Ja
Antal fjädrar: 44
Antal ben/ben: 4 poot/poten
Lätt att montera: Ja
Fälla: Nee
Paket 2 dimensioner (B x D x H): 930 x 430 x 180 mm
Täckt med säker, mjuk fyllning: Ja
Material skyddsnät: PVC/Polyethyleen (PE)
Mått paket 1 (BxDxH): 1140 x 370 x 290 mm
Paketets vikt 2: 19600 g
Dubbel konisk fjäder: Ja
Säker åtkomst: Ja
Material toppring skyddsnät: Glasvezel
Galvaniserad fjäder: Ja
Fjäder med extra skydd: Ja
Material hoppyta: Polyethyleen
Paketets vikt 1: 27400 g
Skriv ramförbindelse: Bouten
Bredd på hoppytan: 1600 x 990 mm
Mittmärke: Ja
Trappräckesmaterial: Polyvinyl chloride (PVC)

Behöver du hjälp?

Om du behöver hjälp med ATAG HIDD8471E ställ en fråga nedan och andra användare kommer att svara dig




Ugn ATAG Manualer

Ugn Manualer

Nyaste Ugn Manualer