Sharp GX29 Bruksanvisning

Läs nedan 📖 manual på svenska för Sharp GX29 (129 sidor) i kategorin Mobiltelefon. Denna guide var användbar för 20 personer och betygsatt med 4.6 stjärnor i genomsnitt av 10.5 användare

Sida 1/129
Verklaring van overeenstemming
Hierbij verklaart Sharp Telecommunications of Europe
Limited dat het toestel GX29 in overeenstemming is met de
essentiële eisen en de andere relevante bepalingen van
richtlijn 1999/5/EG.
Een kopie van de originele verklaring van
overeenstemming is te vinden op het volgende
Internet-adres:
http://www.sharp-mobile.com
Inleiding 1
Inleiding
Gefeliciteerd met uw aankoop van de GX29.
Over deze gebruikershandleiding
Aan deze Gebruikershandleiding is veel aandacht besteed
zodat u snel en efficiënt vertrouwd kunt raken met de
eigenschappen en functies van uw telefoon.
LET OP
Wij raden u ten zeerste aan om van alle belangrijke
gegevens kopieën te bewaren. Onder bepaalde
omstandigheden kan het voorkomen dat in elektronische
geheugenproducten gegevens verloren gaan of worden
gewijzigd. Daarom aanvaarden wij geen
aansprakelijkheid voor gegevens die verloren gaan of op
andere wijze niet meer bruikbaar zijn, of dat nu het
gevolg is van onjuist gebruik, reparatie, defecten,
vervanging van de batterij, gebruik van de telefoon nadat
de gespecificeerde levensduur van de batterij verstreken
is of vanwege een andere oorzaak.
Wij aanvaarden geen, directe of indirecte,
verantwoordelijkheid voor financiële verliezen of claims
van derden die het gevolg zijn van het gebruik van dit
product of de functies daarvan, zoals in het geval van
gestolen creditcardnummers, het verlies of wijziging van
opgeslagen gegevens, etc.
Alle bedrijfs- en/of productnamen zijn handelsmerken
en/of gedeponeerde handelsmerken van de betreffende
ondernemingen.
De indeling van de schermen in deze
Gebruikershandleiding kan verschillend zijn van de
feitelijke.
De informatie in deze Gebruikershandleiding kan zonder
kennisgeving worden gewijzigd.
De in deze Gebruikershandleiding beschreven functies
worden mogelijk niet in alle gevallen door een netwerk
ondersteund.
Wij aanvaarden geen verantwoordelijkheid voor inhoud,
informatie, enz. die van het netwerk wordt gedownload.
Op het scherm kunnen af en toe een paar zwarte of
heldere pixels verschijnen. Dit heeft echter geen invloed
op de functies of prestaties van de telefoon.
Auteursrecht
Op grond van auteursrechtwetten mag materiaal dat door
auteursrechten is beschermd (muziek, afbeeldingen, enz.)
alleen worden gereproduceerd, gewijzigd en gebruikt voor
privé-doeleinden. Indien de gebruiker materiaal voor
andere doeleinden gebruikt, maar ten aanzien van
auteursrechten geen rechten kan uitoefenen die
uitgebreider zijn of van de eigenaar van de auteursrechten
geen expliciete toestemming heeft verkregen om voor
andere doeleinden auteursrechtelijk beschermd materiaal te
reproduceren, wijzigen of gebruiken, dan wordt dit
beschouwd als een inbreuk op de auteursrechtwetten en
heeft de eigenaar het recht om een claim voor
schadevergoeding in te dienen. Om deze reden dient
illegaal gebruik van auteursrechtelijk beschermd materiaal
te worden voorkomen.
Windows is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft
Corporation in de Verenigde Staten en/of andere landen.
2 Inleiding
De licentie van dit product is uitgegeven krachtens de MPEG-4
Visual Patent Portfolio License voor persoonlijk en niet-
commercieel gebruik, op basis waarvan een consument (i) video
mag coderen in overeenstemming met de MPEG-4 Video
Standard (“MPEG-4 Video”) en/of (ii) MPEG-4 Video mag
decoderen die is gecodeerd door een consument in het kader
van een persoonlijke en niet-commerciële activiteit en/of die is
verkregen bij een erkende videoleverancier. Geen licentie wordt
verleend voor enig ander gebruik. Meer informatie kunt u
opvragen bij MPEG LA. Zie http://www.mpegla.com.
De licentie van dit product is uitgegeven krachtens de MPEG-4
Systems Patent Portfolio License voor het coderen in
overeenstemming met de MPEG-4 Systems Standard, behalve
dat een extra licentie en betaling van royalty’s noodzakelijk zijn
voor het coderen in verband met (i) gegevens die zijn
opgeslagen of gedupliceerd op fysieke media waarvoor per titel
een licentie wordt betaald en/of (ii) gegevens waarvoor per titel
een licentie wordt betaald en die naar een eindgebruiker worden
verzonden voor permanente opslag en/of permanent gebruik.
Een dergelijke extra licentie kan worden verkregen bij MPEG
LA, LLC. Zie http://www.mpegla.com voor verdere
bijzonderheden.
Powered by JBlend™ Copyright 1997-
2004 Aplix Corporation. All rights reserved.
JBlend and all JBlend-based trademarks
and logos are trademarks or registered
trademarks of Aplix Corporation in Japan
and other countries.
Powered by Mascot Capsule®/Micro3D Edition™
Mascot Capsule® is a registered trademark of HI
Corporation
©2002-2006 HI Corporation. All Rights Reserved.
Licensed by Inter Digital Technology Corporation under one
or more of the following United States Patents and/or their
domestic or foreign counterparts and other patents
pending, including U.S. Patents: 4,675,863: 4,779,262:
4,785,450 & 4,811,420.
T9 Text Input is licensed under one or more of the following:
U.S. Pat. Nos. 5,818,437, 5,953,541, 5,187,480, 5,945,928,
and 6,011,554; Australian Pat. No. 727539; Canadian Pat.
No. 1,331,057; United Kingdom Pat. No. 2238414B; Hong
Kong Standard Pat. No. HK0940329; Republic of Singapore
Pat. No. 51383; Euro. Pat. No. 0 842 463 (96927260.8) DE/
DK, FI, FR, IT, NL,PT.ES,SE,GB; Republic of Korea Pat.
Nos. KR201211B1 and KR226206B1; and additional
patents are pending worldwide.
Bluetooth is a trademark of the Bluetooth SIG, Inc.
The Bluetooth word mark and logos are owned by the
Bluetooth SIG, Inc. and any use of such marks by Sharp is
under license. Other trademarks and trade names are
those of their respective owners.
CP8 PATENT
Inleiding 3
Handige functies en mogelijkheden
Uw telefoon beschikt over de volgende mogelijkheden:
Een ingebouwde camera om foto’s en videoclips te
maken.
Een berichtfunctie voor het lezen en maken van SMS-
berichten.
MMS (Multimedia Messaging Services) om uw telefoon
op verschillende manieren persoonlijk te maken.
Een WAP-browser om informatie op te vragen op het
mobiele Internet.
Java™-toepassingen. U kunt ook via het mobiele
Internet verschillende toepassingen downloaden vanaf
de Vodafone-site.
Een extern display (blauw) waarop snel de informatie
van inkomende gesprekken of berichten kan worden
afgelezen.
E-mail voor het verzenden van e-mailberichten tot 2000
tekens en het ontvangen van mail met bijlagen.
Een ringtonebewerkingsfunctie waarmee u originele
ringtones tot 32 stemmen kunt maken.
Een spraakrecorderfunctie waarmee u tekst kunt
inspreken en afspelen.
Een draadloze Bluetooth® verbinding om met bepaalde
apparaten contact te maken en gegevens over te zenden.
U kunt afbeeldingen, ringtones en videoclips overzenden
naar telefoons waarop OBEX is geactiveerd.
Een synchronisatiefunctie waarmee u op een PC het
Telefoonboek en geplande taken kunt synchroniseren
met Microsoft Outlook of Outlook Express.
Een planneralarm waarmee u aan geplande taken een
alarm kunt toewijzen en dit kunt verzenden.
4 Inhoudsopgave
Inhoudsopgave
Inleiding ....................................................... 1
Handige functies en mogelijkheden ............ 3
Uw telefoon .................................................. 7
Optionele accessoires .................................. 7
Beginnen ...................................................... 8
De SIM-kaart en batterij plaatsen .............. 11
De batterij opladen .................................... 13
Uw telefoon aan- en uitzetten .................... 14
Display-indicators (Interne display) .......... 15
Display-indicators (Extern display) ........... 17
Navigatiefuncties ...................................... 18
Belfuncties ................................................. 19
Bellen ......................................................... 19
Snelkiezen ................................................. 19
Opgeslagen nummers bellen ..................... 20
Een oproep beantwoorden ......................... 20
Menu’s tijdens een gesprek ....................... 21
Tekens invoeren ........................................ 25
De invoertaal wijzigen ............................... 26
De invoermethode wijzigen ....................... 26
Mijn sjablonen gebruiken .......................... 27
Gebruik van het menu ...............................28
Overzicht van menufuncties ...................... 29
Telefoonboek .............................................31
Het opslaggeheugen selecteren .................. 31
Een andere weergegeven lijst kiezen ......... 31
De naamvolgorde wijzigen ........................ 32
Nieuw contact ............................................ 32
Items uit het Telefoonboek kopiëren
tussen de SIM-kaart en de telefoon ........... 33
Een naam en nummer zoeken .................... 33
Bellen vanuit het Telefoonboek ................. 34
Items van het Telefoonboek bewerken ..........34
Items uit het Telefoonboek verwijderen ........34
Groepen weergeven ................................... 34
Groepsprofiel ............................................. 35
Een ringtone toewijzen aan items in het
Telefoonboek ............................................. 36
Geheugenstatus .......................................... 36
Snelkiezen .................................................. 36
Een item van het
Telefoonboek verzenden ............................ 37
Inhoudsopgave 5
Een item van het
Telefoonboek ontvangen ........................... 37
Een servicenummer bellen ......................... 38
Camera ....................................................... 39
Foto maken ................................................ 39
Video opnemen .......................................... 43
Berichten .................................................... 47
MMS .......................................................... 47
SMS ...........................................................53
E-mail ........................................................ 56
Cell Broadcast ............................................ 58
Vodafone live! ............................................ 59
De WAP-browser starten ........................... 59
Navigeren door een WAP-pagina ..............60
Mijn telefoon .............................................. 63
Mijn afbeeldingen ......................................63
Mijn games & meer ................................... 65
Mijn ringtones ............................................66
Mijn video’s ............................................... 68
Mijn sjablonen ........................................... 71
Geheugenstatus ..........................................71
Games & meer ........................................... 72
Opgeslagen downloads .............................. 72
Achtergrond ...............................................73
Meer downloads .........................................73
Instellingen .................................................74
Java™ informatie .......................................75
Toepassingen ............................................76
Vodafone menu ..........................................76
Alarm .........................................................76
Rekenmachine ............................................77
Geluidopname ............................................78
Ringtone-editor ..........................................79
Help ............................................................83
Kalender .....................................................84
Contacten ...................................................87
Gespreksregister .........................................87
Snelkiezen ..................................................88
Mijn nummers ............................................88
Gesprekstimers ...........................................88
Datateller ....................................................88
Gesprekskosten ..........................................89
Instellingen .................................................90
Verbindingen ..............................................90
Profielen .....................................................93
Het display instellen ...................................99
6 Inhoudsopgave
Geluid ...................................................... 102
Oproepinstellingen .................................. 102
Datum & tijd ............................................ 106
De taal wijzigen ....................................... 107
Netwerk ................................................... 107
Beveiliging .............................................. 111
Fabrieksinstellingen ................................. 112
De GX29 aansluiten op uw PC ............... 113
Systeemvereisten ..................................... 113
GSM/GPRS modem ................................ 113
Handset Manager ..................................... 114
Installatie van de software ....................... 114
Problemen oplossen ............................... 116
Veiligheidsmaatregelen en
gebruiksvoorwaarden ............................. 118
GEBRUIKSVOORWAARDEN ............. 118
OMGEVING ........................................... 121
GEBRUIK VAN DE TELEFOON
IN EEN AUTO ........................................ 121
SAR ......................................................... 122
INFORMATIE OVER
VERANTWOORDE VERWIJDERING .........123
VOORZORGSMAATREGELEN
VOOR GEBRUIK IN DE
VERENIGDE STATEN .......................... 124
Index .........................................................126
Uw telefoon 7
Uw telefoon
Controleer zorgvuldig het volgende. In het pakket moeten
zich de volgende onderdelen bevinden:
GSM 900/1800/1900 GPRS telefoon
Oplaadbare Li-ion-accu
Batterijlader
Hands Free-kit
• CD-ROM
Gebruikershandleiding
Snelstartgids
Optionele accessoires
Li-ion reserve-accu (XN-1BT30)
Sigarettenaansteker-oplader (XN-1CL30)
USB-gegevenskabel (XN-1DC30)
Batterijlader (XN-1QC31)
Persoonlijke Hands Free-kit (XN-1ER20)
Het is mogelijk dat bovengenoemde accessoires in
bepaalde landen niet leverbaar zijn.
Neem voor bijzonderheden contact op met uw dealer.
8 Beginnen
Beginnen
20
19
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
12
13
11
14
15
16
18
17
Beginnen 9
1. Oortelefoon/luidspreker
2. Navigatietoetsen (pijltoetsen):
Om met de cursor menu-
onderdelen te selecteren, etc.
Pijltoetsen omhoog/omlaag:
a b
Om in de standby-modus items
in het Telefoonboek op te roepen.
In deze handleiding worden deze
pijltoetsen aangegeven door
a
en
b
.
Pijltoets links:
c
Toont tijdens standby een lijst
met Opgeslagen downl.. In deze
handleiding wordt deze pijltoets
aangegeven door
c
.
Pijltoets rechts:
d
Om in de standby-modus de
lijst van Opgeslagen
afbeeldingen weer te geven.
In deze handleiding wordt
deze pijltoets aangegeven
door d.
3. Linkerdisplaytoets:
A
Voert de functie uit aan de
linkeronderzijde van het
scherm.
4. Verzend-toets:
D
Om te bellen of gesprekken te
beantwoorden, of om in de
standby-modus
gespreksregisters te bekijken.
5. Middelste toets:
e
Om in de standby-modus het
hoofdmenu weer te geven en
functies uit te voeren.
6. Voicemail-toets:
G
Druk op deze toets en houd
deze ingedrukt om automatisch
uw voicemail op te halen.
(Hangt af van de SIM-kaart.)
7. */Shift-toets:
P
Om heen en weer te gaan
tussen hoofdletters, kleine
letters en cijfers. U heeft vier
keuzes: Abc, ABC, 123 en abc.
Druk in het tekstinvoerscherm
op deze toets en houd deze
ingedrukt om afwisselend te
kiezen tussen gewone
tekstinvoer en T9-invoer.
8. Interne display
9. Rechterdisplaytoets:
C
Om de functie uit te voeren
aan de rechteronderzijde van
het scherm.
Hiermee krijgt u vanuit de
standby-modus toegang tot
“Vodafone live!” door de
browser te openen.
10. Einde/AAN/UIT-toets:
F
Om een gesprek te beëindigen of
de telefoon in of uit te schakelen.
11. Toetsenblok
10 Beginnen
12. #/Stil-toets:
R
Om heen en weer te gaan tussen
symboolschermen. Houd in het
tekstinvoerscherm deze toets
ingedrukt om het
taaloptiescherm op te roepen.
Druk tijdens standby op deze
toets en houd deze ingedrukt om
heen en weer te gaan tussen de
profielinstelling Normaal en Stil.
Druk tijdens standby op e
en vervolgens op R om de
draadloze Bluetooth-functie
aan of uit te zetten..
13.Microfoon
14.Extern display
15.Hands Free-connector
16.Externe connector: Om de oplader of USB-
gegevenskabel aan te sluiten.
17.Camera
18.Batterijdeksel
19.
Ingebouwde antenne
:Waarschuwing: Bedek het
scharniergedeelte van de
telefoon niet met uw hand
wanneer u de telefoon
gebruikt. De prestatie van de
ingebouwde antenne kan
hierdoor nadelig worden
beïnvloed.
20.Omhoog/omlaag-toetsen aan de zijkant:
V W Hiermee verplaatst u de
cursor om menu-onderdelen
te selecteren, het
luidsprekervolume in te
stellen, enz.
Beginnen 11
De SIM-kaart en batterij plaatsen
1. Schuif het batterijdeksel weg ( ).
2. Schuif de SIM-kaart in de SIM-houder.
3. Houd de batterij zodanig dat de metalen contacten van
de batterij naar beneden wijzen en schuif de geleiders
aan de bovenzijde van de batterij in de batterijsleuven
, en plaats vervolgens de batterij in de telefoon .
4. Plaats het batterijdeksel terug en schuif dit dicht, zoals
hieronder afgebeeld.
Opmerking
Zorg ervoor dat alleen 3V SIM-kaarten worden gebruikt.
Zorg ervoor dat u de standaardbatterij (XN-1BT30)
gebruikt.
1
2
SIM-kaart
1
2
12 Beginnen
De SIM-kaart en batterij verwijderen
1. Zorg ervoor dat u uw telefoon uitschakelt en de oplader
en andere accessoires verwijdert. Schuif het
batterijdeksel weg ( ).
2. Pak de batterij vast bij het uitstekende gedeelte en
verwijder de batterij uit de telefoon.
3. Druk de SIM-kaart licht naar beneden en haal hem uit
de SIM-houder zoals hieronder getoond.
Batterij afdanken
Het apparaat wordt gevoed door een batterij. Houd u aan de
volgende regels om het milieu te beschermen:
Breng de gebruikte batterij voor recycling naar een
inzamelingspunt voor chemisch afval, uw dealer of de
klantenservice.
Stel de gebruikte batterij niet bloot aan open vuur of
water en geef de batterij niet met het gewone
huishoudelijk afval mee.
1
2
Beginnen 13
De batterij opladen
Voordat u de telefoon de eerste keer kunt gebruiken, moet
u de batterij eerst 2 uur lang opladen.
Gebruik van de oplader
1. Verwijder aan de onderzijde van de telefoon de
afdekking van de externe connector en sluit hierop
de oplader aan. Houd hierbij de zijkanten van de
oplader ingedrukt (aangegeven door pijlen). Sluit de
oplader aan op een stopcontact. Bewaar de
afdekking op een veilige plaats, zodat u deze altijd
terug kunt vinden.
Tijdens het opladen van de telefoon wordt rechtsboven
in het scherm het animatiepictogram ( )
weergegeven dat de batterijstatus aangeeft.
Normale oplaadtijd: Ongeveer 2 uur.
Opmerking
De oplaadtijd kan variëren al naargelang de staat van de
batterij en andere omstandigheden. (Zie “Batterij” op
pagina 119.)
De oplader verwijderen
Druk aan de zijkanten van de oplader de knoppen in en
verwijder de oplader vervolgens uit de externe connector
van de telefoon.
2. Nadat de batterij volledig opgeladen is, wordt dit door
de batterij-indicator aangegeven. Haal de stekker uit
het stopcontact en trek de oplader vervolgens uit de
externe connector van de telefoon. Plaats de afdekking
terug.
Opmerking
Gebruik geen opladers die niet zijn goedgekeurd, omdat
deze uw telefoon kunnen beschadigen en de garantie
ongeldig kunnen maken, zie “Batterij” op pagina 119
voor bijzonderheden.
Bij dit product zijn batterijen
geleverd. Werp lege batterijen
niet weg, maar lever ze in als
KCA.
14 Beginnen
De batterij opladen met de
sigarettenaansteker-oplader
Met de optionele Sigarettenaansteker-oplader kan via de
sigarettenaanstekerbus in uw auto de batterij worden
opgeladen.
Indicator batterijstatus
De status van de batterij wordt weergegeven in de
rechterbovenhoek van het interne display en op het externe
display.
Wanneer de batterij tijdens gebruik leeg raakt
Wanneer de batterij zwak wordt, klinkt een alarm en verschijnt
op het interne en externe display het symbool “ ”.
Als u uw telefoon gebruikt en dit alarm hoort, laad de telefoon
dan zo snel mogelijk op. Als u dit niet doet en de telefoon blijft
gebruiken, is een normale werking niet meer gegarandeerd. De
batterij werkt mogelijk nog maar vijf minuten voordat de
telefoon zichzelf tijdens een gesprek uitschakelt.
Uw telefoon aan- en uitzetten
Om uw telefoon aan te zetten, moet u F ongeveer 2
seconden lang ingedrukt houden.
Vervolgens verschijnt het standby-scherm.
Om uw telefoon uit te zetten, moet u F ongeveer 2
seconden lang ingedrukt houden.
Uw PIN-code invoeren
Als de PIN-code ingeschakeld is, wordt u gevraagd om uw
PIN-code in te voeren elke keer als u uw telefoon
inschakelt. Zie “De PIN-code inschakelen/uitschakelen”
op pagina 111 als u wilt weten hoe u uw PIN-code instelt.
1. Voer uw PIN-code in.
2. Druk op e.
Opmerking
Als u driemaal achter elkaar een onjuiste PIN-code
invoert, wordt de SIM-kaart geblokkeerd. Zie “De PIN-
code inschakelen/uitschakelen” op pagina 111.
Batterij-indicators Oplaadstatus
Voldoende opgeladen
Gedeeltelijk opgeladen
Opladen aanbevolen
Opladen vereist
Leeg
Beginnen 15
Telefoonboek kopiëren vanaf de SIM-kaart
Als u voor de eerste keer uw SIM-kaart in de telefoon
plaatst en het Telefoonboek start, dan wordt u gevraagd of
u items van het Telefoonboek op de SIM-kaart wilt
kopiëren. Voer de instructies op het scherm uit, of kopieer
personen op een later tijdstip met het menu Telefoonboek.
Dat werkt als volgt:
“Contacten
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd
“Alles kopiëren”
1. Selecteer “Van SIM naar telefoon”.
Display-indicators (Interne display)
Statusindicators
Rechterdisplaytoets
Linkerdis-
playtoets
Middelste toets
16 Beginnen
Statusindicators
1. /:
Sterkte van het ontvangen signaal/
Netwerk buiten bereik
/ / :
GPRS binnen bereik en ingeschakeld/
Roaming buiten het netwerk/GPRS
binnen bereik, ingeschakeld en bezig met
roaming
2. : Inkomend gesprek
3. : Bezig met gesprek
4. /:
CSD/GPRS actief
5. : Bezig met faxcommunicatie
6. : “Doorschakelen” (p. 102) ingesteld op
“Alle oproepen
7. /: Veilige WAP-pagina weergegeven
8. /: SMS-berichtsignaal [niet gelezen/postbus
vol]
9.
/
: MMS-berichtsignaal [niet gelezen/postbus
vol]
10. /: E-mail-berichtsignaal [niet gelezen/
postbus vol]
11. : USB-gegevenskabel aangesloten
12. /: Instelling draadloze Bluetooth-verbinding
[ingeschakeld/bezig met communicatie]
13. /: Java™-toepassing [geactiveerd
(gekleurd)/onderbroken (grijs)]
14. (Geen display)/ / / / / :
Huidig profiel [Normaal/Vergadering/
Actief/Auto/Headset/Stil]
15. : T9-tekstinvoermethode geactiveerd
16. / / / :
Huidige tekstinvoermethode [eerste letter
een hoofdletter/alles hoofdletters/alles
kleine letters/cijfers]
17. / / : “Volume belsignaal” (p. 94) ingesteld op
“Stil”/Trilalarm ingeschakeld (p. 95)/
Trilalarm ingeschakeld en ringtone
gedeactiveerd
Beginnen 17
18. : Batterijstatus
19. : Dagelijks alarm ingeschakeld
20. /: Schema-item ingeschakeld [met/zonder
herinneringsalarm]
21. : Postvak UIT bevat MMS-berichten die
niet verzonden zijn
22. : WAP melding
23. : Voicemail gearriveerd
Display-indicators (Extern display)
Statusindicators
1. : Sterkte van ontvangen signaal
2. : Batterijstatus
3. : USB-gegevenskabel aangesloten
4. / : Draadloze Bluetooth-verbinding
[ingeschakeld/bezig met communicatie]
18 Navigatiefuncties
Navigatiefuncties
Alle functies worden geopend vanuit het hoofdmenu. Om
het hoofdmenu te openen, drukt u tijdens standby op de
middelste toets (e).
Om functies te openen, moet u menu-onderdelen selecteren
en uw keuzes maken. Een menu-onderdeel (aangegeven
door aanhalingstekens) selecteert u door met a, b c, en
d de cursor te verplaatsen en op e te drukken om uw
keuze te bevestigen.
Bij bepaalde procedures moet u op een van de
displaytoetsen (aangegeven door vierkante haakjes)
drukken. Welke functies door deze displaytoetsen worden
geactiveerd, staat aangegeven aan de linker- en
rechteronderzijde van het scherm. Druk op de betreffende
displaytoets (A
of
C).
Om terug te keren naar het vorige scherm, drukt u op de
rechterdisplaytoets wanneer op het scherm “Vorige” staat
aangegeven. Om het hoofdmenu te sluiten, drukt u op de
rechterdisplaytoets wanneer op het scherm “Afsluiten
staat aangegeven.
Elk hoofdstuk in deze Gebruikershandleiding begint met
een overzicht van onderdelen die u achtereenvolgens (in
cursief aangegeven) moet selecteren voordat u de
betreffende procedure uitvoert. Nadat u een onderdeel
selecteert, verschijnt de volgende reeks onderdelen waaruit
u een keuze kunt maken. Open de onderdelen op lagere
niveaus nadat u de onderdelen in het hoofdgedeelte heeft
geopend.
Voorbeeld:
“Contacten”
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd
20 Belfuncties
Opgeslagen nummers bellen
U kunt nummers bellen die zijn opgeslagen in een lijst van
het gespreksregister. Selecteer een specifieke lijst of “Alle
oproepen”. Een specifieke lijst bevat maximaal 10
nummers en de lijst “Alle oproepen” maximaal 30.
1. Druk tijdens standby op D.
2. Druk op c
of d
om heen en weer te gaan tussen “Alle
oproepen”, “Gekozen nrs”, “Gemis. oproep.” en “Ontv.
oproepen”.
3. Selecteer het telefoonnummer dat u wilt bellen.
4. Druk op D om het nummer te kiezen.
Automatische nummerherhaling
Met deze instelling kunt u uw telefoon automatisch het
nummer laten bellen wanneer de eerste poging geen succes
had omdat de gebelde persoon in gesprek was.
Als u wilt stoppen met automatische nummerherhaling,
druk dan op F of [Einde].
Instellen van automatische nummerherhaling
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Autom. nr.
herhaling”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Opmerking
Als u een inkomend gesprek ontvangt, wordt de functie
automatische nummerherhaling onderbroken.
Automatische nummerherhaling is niet mogelijk met fax-
en datagesprekken.
Een oproep beantwoorden
Bij een inkomend gesprek gaat de telefoon over.
1. Druk op D, e of [Antw.] om het gesprek te
beantwoorden.
Of druk op een willekeurige toets behalve F en [In
gespr.] wanneer de functie “Antw. willek. toets”
(antwoorden door een willekeurige toets in te drukken)
is ingeschakeld. Stel in het profiel van elke modus de
functie Antwoorden met willekeurige toets in. (p. 98)
Tip
Wanneer de Persoonlijke Hands Free-kit (optioneel) op
de telefoon aangesloten is, kunt u een gesprek
beantwoorden door op de Antwoord-toets te drukken.
Als u geabonneerd bent op nummerweergave en het
netwerk van de beller het nummer verzendt, dan
verschijnt dat nummer op het scherm. Als de naam en het
nummer van de beller in het Telefoonboek zijn
opgeslagen, dan verschijnt op het scherm de naam en het
telefoonnummer van de beller.
Als het nummer een geheim nummer is, dan verschijnt op
het scherm “Niet beschikbaar”.
Als een oproep wordt ontvangen van een persoon wiens
foto in het Telefoonboek is opgeslagen, dan worden
afwisselend het ontvangstdisplay en de foto getoond.
Belfuncties 21
Een inkomend gesprek weigeren
1. Druk op F of houd een van de toetsen aan de zijkant
ingedrukt terwijl de telefoon overgaat om een oproep af
te wijzen die u niet wilt beantwoorden.
De beller laten weten dat u niet bereikbaar bent
1. Druk op [In gespr.] terwijl de telefoon overgaat om de
beller van een inkomend gesprek een in-gesprek-toon
te laten horen zodat deze weet dat u het gesprek niet
kunt beantwoorden.
Menu’s tijdens een gesprek
Uw telefoon is tijdens een gesprek uitgerust met extra
functies.
Headsetvolume instellen
Tijdens een gesprek kunt u het headsetvolume afstellen (en
het Hands Free-volume, indien de kit aangesloten is).
1. Druk tijdens een gesprek op een van de toetsen aan de
zijkant (omhoog of omlaag) om het scherm van het
headsetvolume op te roepen.
2. Druk aan de zijkant op de omhoog-toets (of a/d) om
het volume van het gesprek te verhogen of op de
omlaag-toets (of b c/ ) om het volume te verlagen.
Er kan een keuze worden gemaakt uit vijf niveaus
(Niveau 1 t/m 5).
3. Druk op e als het volume op het door u gewenste
niveau is ingesteld.
De telefoon keert automatisch terug naar het
gespreksscherm als u geen bedieningshandelingen
verricht.
22 Belfuncties
Een gesprek in de wachtstand zetten
Met deze functie kunt u tegelijkertijd twee gesprekken
afhandelen. Als u tijdens een gesprek een ander nummer
wilt bellen, kunt u het huidige gesprek in de wachtstand
zetten.
Tijdens een gesprek iemand anders bellen
1. Druk tijdens een gesprek op [Opties].
2. Selecteer “Wachtstand”.
Het huidige gesprek wordt dan in de wachtstand gezet.
Om een gesprek op te halen, drukt u op [Opties] en
selecteer “Ophalen”.
3. Voer het telefoonnummer in van de andere persoon die
u wilt bellen, en druk vervolgens op D.
Tip
In plaats van stap 1 en 2 te gebruiken kunt u tijdens een
gesprek ook iemand anders bellen door gewoon het
telefoonnummer in te toetsen. Het huidige gesprek wordt
dan automatisch in de wachtstand gezet.
Oproep in de wacht
Deze functie meldt een ander inkomend gesprek terwijl u in
gesprek bent.
1. Druk tijdens een gesprek op [Opties] en selecteer
“Wacht & beantw.” om het tweede gesprek te
beantwoorden.
Het eerste gesprek wordt in de wachtstand gezet en nu
kunt u spreken met de tweede beller.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Gesprek wisselen” om
tussen de twee gesprekken te wisselen.
3. Druk op [Opties] en selecteer “Gesprek afbreken” om
het huidige gesprek te beëindigen en terug te gaan naar
het gesprek in de wacht.
Opmerking
U moet “Oproep in de wacht” instellen op “Aan” als u
gebruik wilt maken van de dienst Oproep in de wacht
(p. 103).
Niet alle netwerken bieden de dienst Oproep in de wacht.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
Als u het tweede gesprek niet wilt beantwoorden, druk
dan bij stap 1 op [In gespr.] of druk op [Opties] en
selecteer “In gesprek” of “Weigeren”. Als u
“Weigeren” selecteert, wordt het tweede gesprek
opgeslagen als een gemist gesprek.
Belfuncties 23
Tijdens een gesprek het SMS-menu openen
1. Druk tijdens een gesprek op [Opties] en selecteer
“SMS”.
De volgende opties zijn beschikbaar: “Bericht maken”
om een SMS te maken, of “Postvak IN”, “Verzonden”
of “Drafts” om deze mappen te openen. Voor
bijzonderheden over SMS, zie “SMS” op pagina 53.
Conferentiegesprek
Een conferentiegesprek is een gesprek met meer dan 2
deelnemers. U kunt maximaal 5 deelnemers laten
deelnemen aan een conferentiegesprek.
Een conferentiegesprek beginnen
Om een conferentiegesprek te beginnen, moet er één actief
gesprek zijn en één gesprek in de wachtstand.
1. Druk tijdens een gesprek op [Opties] en selecteer
“Conferentie” om het tweede gesprek te beantwoorden.
2. Selecteer Conferentie allen” om deel te nemen aan het
conferentiegesprek.
3. Druk op F om het conferentiegesprek te beëindigen.
Opmerking
Niet alle netwerken bieden de dienst conferentiegesprek.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
Bij stap 2 kunt u kiezen uit meerdere opties voor het
conferentiegesprek:
Om alle deelnemers in de wachtstand te zetten,
selecteert u “Conf. alle wacht”.
Om alle deelnemers behalve het huidige gesprek in de
wachtstand te zetten, selecteert u “Privé”.
Om het gesprek met alle deelnemers te beëindigen,
selecteert u “Alles afbreken”.
Om het conferentiegesprek te verlaten, maar de
andere sprekers de gelegenheid te geven met elkaar te
blijven praten, selecteert u “Doorschakelen”.
Om het huidige gesprek in de wachtstand te zetten en
het conferentiegesprek voort te zetten met de overige
deelnemers, selecteert u “Uitsluiten”.
Om acceptatie van meer deelnemers aan het huidige
gesprek af te wijzen, selecteert u “Weigeren”, of kunt
u de in-gesprek-toon verzenden door “In gesprek” te
selecteren.
24 Belfuncties
Nieuwe deelnemers toevoegen aan een
conferentiegesprek
1. Druk op [Opties] en selecteer “Bellen”.
2. Voer het nummer in van de persoon die u deel wilt laten
nemen aan het conferentiegesprek en druk op D om te
bellen.
3. Druk op [Opties] en selecteer “Conferentie”.
4. Selecteer “Conferentie allen” om deel te nemen aan het
conferentiegesprek.
Als u nog meer deelnemers wilt toevoegen aan de
conferentie, herhaal dan stap 1 t/m 4.
Het gesprek met een conferentiedeelnemer
beëindigen
1. Selecteer tijdens een conferentiegesprek de persoon
wiens deelname aan het conferentiegesprek u wilt
beëindigen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Gesprek afbreken”.
Met één van de conferentiedeelnemers een
privégesprek voeren
Als u met een van de conferentiedeelnemers een
privégesprek wilt voeren, kunt u de betreffende persoon
selecteren in de conferentielijst en de andere deelnemers in
de wachtstand zetten.
1. Selecteer tijdens een conferentiegesprek de persoon
met wie u wilt spreken.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Conferentie”.
3. Selecteer “Privé”.
4. Druk na beëindiging van het privé-gesprek op [Opties]
en selecteer “Conferentie”.
5. Selecteer “Conferentie allen” om terug te keren naar het
conferentiegesprek.
Het microfoongeluid dempen
1. Druk tijdens een gesprek op [Mic. uit] om het
microfoongeluid te onderdrukken.
Om het microfoongeluid weer in te schakelen, drukt u
op [Mic. aan].
Tekens invoeren 25
Tekens invoeren
Als u tekens wilt invoeren om items in het Telefoonboek op
te nemen, SMS- of MMS-berichten te maken, etc., druk
dan op de corresponderende toetsen.
Als u met gewone tekstinvoer werkt, druk dan elke toets zo
vaak in totdat het gewenste teken wordt getoond.
Voorbeeld: druk eenmaal op om de letter A” te krijgen H
of tweemaal om de letter “B” te krijgen.
Tabel met tekens
Telkens wanneer u de toets indrukt verschijnt het volgende
teken in de reeks. De volgorde varieert al naargelang de
geselecteerde taal.
Nederlands
Toets Hoofdletters Kleine letters Numeriek
G
.
(punt)
,
(komma)
-
(verbindingsstreepje)
? !
(apostrof)
@ :1
1
H ABCÇÄÁÀÂ2 abcçäáàâ2 2
I DEFËÉÈÊ3 defëéèê3 3
J GHIÏÍÌÎ4 ghiïíìî4 4
K JKL5 jkl5 5
L MNOÖÓÒÔ6 mnoöóòô6 6
M PQRS7 pqrsß7 7
N TUVÜÚÛÙ8 tuvüúûù8 8
O WXYZ9 wxyz9 9
Q (spatie)+ = < > € £ $ ¥ % &0 0
PHiermee kunt u wisselen tussen kleine letters,
hoofdletters en cijfers. U heeft vier mogelijkheden:
Abc, ABC, 123 en abc.
R
. , ? ! : ; - + # *
@ ' '' ( ) _ & £ $
% / ˜ < > § = \ | ¥
¿ ¡ ^ [ ] { } ¤ Å Ä
Æ å ä æ à Ç É è é ì
Ñ ñ Ö Ø ö ø ò ß Ü ü
ù Φ Γ Λ Ω Π Ψ Σ Θ
Ξ (spatie)
G O-:
Q
Indrukken en ingedrukt houden om cijfers
tussen 0 en 9 in te voeren.
P:Indrukken en ingedrukt houden om te
wisselen tussen gewone tekstinvoer en
T9-tekstinvoer.
R:Ingedrukt houden om het taaloptiescherm
op te roepen.
Toets Hoofdletters NumeriekKleine letters
26 Tekens invoeren
De invoertaal wijzigen
Op het tekstinvoerscherm kunt u de invoertaal wijzigen.
1. Druk in het tekstinvoerscherm op [Opties].
2. Selecteer “Invoertaal”.
Indien “Invoertaal” niet wordt weergegeven, selecteer
dan “Tekst opties” en selecteer vervolgens
“Invoertaal”.
3. Selecteer de gewenste taal.
Tip
Om het taaloptiescherm op te roepen, kunt u ook R
ingedrukt houden in plaats van stap 1 en 2 uit te voeren.
De invoermethode wijzigen
T9-tekstinvoer
T9-tekstinvoer is een versnelde methode om tekst in te
voeren.
1. Druk in het tekstinvoerscherm op P en houd deze
toets ingedrukt om over te gaan op T9-tekstinvoer.
2. Druk op [Opties].
3. Selecteer “Invoermethode”.
Indien “Invoermethode niet wordt weergegeven,
selecteer dan “Tekst opties” en selecteer vervolgens
“Invoermethode”.
4. Selecteer de invoermethode (Abc, ABC, abc of 123).
5. Druk voor elke letter die u wilt invoeren de betreffende
toets éénmaal in.
Om bijvoorbeeld het woord “Hoe” in te voeren, drukt u
op J L I.
6. Als het weergegeven woord niet het woord is dat u wilt,
druk dan op a
of b
totdat u het juiste woord
selecteert.
7. Druk op e om het woord te selecteren.
Opmerking
Als bij stap 6 het juiste woord niet verschijnt, ga dan over
op gewone tekstinvoer om het juiste woord in te voeren.
Tip
Als u op Q drukt in plaats van stap 7 uit te voeren,
wordt naast het geselecteerde woord een spatie
ingevoegd.
Symbolen en interpunctie
1. Druk in het tekstinvoerscherm op [Opties].
2. Selecteer “Symbool”.
Indien “Symbool” niet wordt weergegeven, selecteer
dan “Tekst opties” en selecteer vervolgens “Symbool”.
3. Selecteer het gewenste symbool.
Tekens invoeren 27
Mijn woordenboek
Voor T9-tekstinvoer kunt u uw eigen woordenlijst maken.
1. Druk tijdens T9-tekstinvoer op [Opties].
2. Selecteer “Mijn woordenboek”.
Indien “Mijn woordenboek” niet wordt weergegeven,
selecteer dan “Tekst opties” en selecteer vervolgens
“Mijn woordenboek”.
3. Selecteer “Nieuw woord toevoegenen voer een nieuw
woord in.
Een woord in de lijst bewerken
1. Druk tijdens T9-tekstinvoer op [Opties].
2. Selecteer “Mijn woordenboek”.
Indien “Mijn woordenboek” niet wordt weergegeven,
selecteer dan “Tekst opties” en selecteer vervolgens
“Mijn woordenboek”.
3. Selecteer het gewenste woord.
4. Druk op [Opties] en selecteer “Bewerken”.
5. Wijzig het woord.
Tip
U kunt ook de volgende stappen uitvoeren om voor T9-
tekstinvoer een nieuw woord in de lijst op te nemen.
1. Voer in de T9-stand een (gedeelte van een) nieuw
woord in dat u wilt opslaan.
2. Druk op [Opties].
3. Selecteer “Mijn woordenboek”.
Indien “Mijn woordenboek” niet wordt weergegeven,
selecteer dan “Tekst opties” en selecteer vervolgens
“Mijn woordenboek”.
4. Wijzig het woord.
Mijn sjablonen gebruiken
Als u tekens invoert, kunt u gebruik maken van zinnen die
zijn geregistreerd in Mijn sjablonen.
Voor bijzonderheden over het maken van tekstsjablonen,
zie “Mijn sjablonen maken” op pagina 71.
1. Verplaats in het tekstinvoerscherm de cursor naar het
punt waar u de sjabloon wilt invoegen.
2. Druk op [Opties].
3. Selecteer “Tekstsjabloon toevoeg.”.
Indien “Tekstsjabloon toevoeg.” niet wordt
weergegeven, selecteer dan “Tekst opties” en selecteer
vervolgens “Tekstsjabloon toevoeg.”.
4. Selecteer de gewenste tekstsjabloon.
De geselecteerde tekstsjabloon wordt ingevoegd.
28 Gebruik van het menu
Gebruik van het menu
Functies openen
1. Druk tijdens de standby-modus op e.
Het hoofdmenu wordt weergegeven.
2. Navigeer naar de gewenste locatie.
3. Druk op e om de functie te openen.
Sneltoetsen
U kunt versneld naar de menu’s gaan door op e te drukken
en de cijfertoetsen in te drukken die overeenkomen met de
menunummers van het hoofdmenu. In de volgende tabel
ziet u de nummervolgorde.
Sneltoetsen worden getoond in de koppen van deze
handleiding. Bijvoorbeeld: “M 9-7”.
Voorbeeld: Om het submenu “Taal” te openen met
behulp van de sneltoetsen
Druk op e O M.
Opmerking
De sneltoetsen werken alleen op de eerste drie
menuniveaus.
Gebruik van het menu 29
Overzicht van menufuncties
* Hangt af van de inhoud van de SIM-kaart.
Menu-nummer/
Hoofdmenu
Menu-nummer/
Submenu1
1 1 Games & meer Opgeslagen downl.
2 Achtergrond
3 Meer downloads
4 Game instel.
5 Java™ informatie
2Vodafone live! Vodafone live!1
2 Games
3 Ringtones
4 Images
5 Nieuws
6 Sport
7 Zoek & Vind
8 Chat
9 Zoek & Help
3 Toepassingen 1 Vodafone menu *
2 Alarm
3 Rekenmachine
4 Geluidopname
5 Ringtone-editor
6 Help
4 1 Berichten Bericht maken
2 MMS
3 SMS
4 E-mail
5 MMS Album
6 Vodafone Mail
7 VF Messenger
8 Cell Broadcast
9 Regio info
Menu-nummer/
Hoofdmenu
Menu-nummer/
Submenu1
5 1 Camera Foto maken
2 Video opnemen
6 1 Mijn telefoon Mijn afbeeldingen
2 Mijn games & meer
3 Mijn ringtones
4 Mijn video’s
5 Mijn sjablonen
6 Mijn bookmarks
7 Geheugenstatus
7 Kalender
8 1Contacten Telefoonboek
2 Gespreksregister
3 Snelkiezen
4 Mijn nummers
5 Gesprekstimers
6 Datateller
7 Gesprekskosten *
8 Servicenummer*
30 Gebruik van het menu
Menu-nummer/
Hoofdmenu
Menu-nummer/
Submenu1
9 1 Instellingen Verbindingen
2 Profielen
3 Display
4 Geluid
5 Oproepinstellingen
6 Datum & tijd
7 Taal
8 Netwerk
9 Beveiliging
0 Fabrieksinstell.
Telefoonboek 31
Telefoonboek
In het Telefoonboek kunt u de telefoonnummers en
e-mailadressen opslaan van uw vrienden, familie en
collega’s.
Afhankelijk van de grootte van de ingevoerde gegevens is
er in uw telefoon plaats voor maximaal 640 items. In het
Telefoonboek kunt u de hieronder genoemde onderdelen
opslaan.
Onderdelen opgeslagen in het telefoongeheugen
Voornaam
Achternaam
Tel. mobiel privé
Tel. privé
Tel. kantoor
E-mail privé
E-mail werk
Groep
Adres (Straat & nummer, Postcode, Woonplaats,
Provincie, Land)
Memo
Onderdelen opgeslagen in het SIM-geheugen
Naam: Het aantal tekens dat kan worden
opgeslagen verschilt al naargelang de
SIM-kaart die u gebruikt.
Telefoon: Maximaal 40 cijfers
Met de Bluetooth-functie kunt u een item uit het
Telefoonboek naar een PC verzenden om dezelfde items te
kunnen delen.
Het opslaggeheugen selecteren
“Contacten
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd
“Locat. nw. contact
1. Selecteer de locatie voor de contacten. U heeft de keus
uit “In telefoon”, “In SIM” of “Kiezen vóór opslaan”.
Tip
Als u “Kiezen vóór opslaan” selecteert, kunt u het
geheugen kiezen telkens wanneer u een nieuw item
opslaat.
Een andere weergegeven lijst kiezen
“Contacten
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd
“Locatie Tel. boek”
1. Selecteer “Telefoongeheugen”, “SIM-geheugen” of
“Beide”.
(M 8-1)
32 Telefoonboek
De naamvolgorde wijzigen
“Contacten”
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd”
“Volgorde”
1. Selecteer “Voornaam - Achternaam” of Achternaam -
Voornaam”.
Nieuw contact
Om het nieuwe item op te slaan kunt u kiezen voor een
geheugenlocatie in de telefoon of op de SIM-kaart. Om te
wisselen tussen locaties, zie “Het opslaggeheugen
selecteren” op pagina 31.
Het aantal telefoonnummers dat u op de SIM-kaart kunt
opslaan hangt af van de capaciteit van de kaart. Neem
contact op met uw netwerkoperator voor meer informatie.
“Contacten”
“Telefoonboek”
“Nieuw contact”
Als u voor het te gebruiken geheugen “Kiezen vóór
opslaan” selecteert, kunt u kiezen uit “In telefoon” of “In
SIM”.
1. Selecteer het veld dat u wilt invullen en voer de
relevante informatie in.
2. Druk op [Opslaan] als u klaar bent.
Tip
Voor het maken van een item moet ten minste één veld
worden ingevuld. Als u een nieuw item maakt op de
SIM-kaart, moet u een telefoonnummer invoeren.
Een miniatuurbeeld aan items toevoegen
“Contacten
“Telefoonboek”
1. Selecteer het gewenste telefoonboek-item.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Details bewerk./toev.”.
3. Druk op [Opties] en selecteer “Afbeelding”.
4. Selecteer het gewenste miniatuurbeeld.
5. Druk op [Opslaan] als u klaar bent.
Opmerking
Miniatuurbeelden kunnen uitsluitend worden
toegevoegd aan items die zijn opgeslagen in het
telefoongeheugen.
In het Telefoonboek kunt u een miniatuurbeeld dat aan
een item is toegevoegd, wijzigen of verwijderen door na
stap 3 de optie “Wijzigen” of “Verwijderen” te
selecteren.
Als u een afbeelding uit de Opgeslagen afbeeldingen
verwijdert, wordt ook het corresponderende
miniatuurbeeld verwijderd.
Telefoonboek 33
Items uit het Telefoonboek kopiëren
tussen de SIM-kaart en de telefoon
“Contacten”
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd”
“Alles kopiëren”
1. Selecteer “Van SIM naar telefoon of “Van telefoon
naar SIM”.
Opmerking
Wanneer u voor de eerste keer de SIM-kaart in uw
telefoon plaatst en het Telefoonboek start, verschijnt
automatisch een scherm waarin u wordt gevraagd of u
wel of niet wilt kopiëren. Het aantal items uit het
Telefoonboek dat kan worden gekopieerd, hangt af van
de capaciteit van de SIM-kaart.
Eén item kopiëren vanaf de telefoon naar de
SIM-kaart
“Contacten
“Telefoonboek”
1. Selecteer het gewenste item.
2. Selecteer het gewenste telefoonnummer.
3. Druk op [Opties] en selecteer “Kopiëren naar SIM”.
Een naam en nummer zoeken
“Contacten
“Telefoonboek”
1. Voer de eerste paar letters van de naam in.
Zoekresultaten worden weergegeven in alfabetische
volgorde.
Tip
Voordat u gaat zoeken, kunt u de geheugenlocatie
opgeven. KiesTelefoongeheugen”, “SIM-geheugen
of “Beide”.
Om de details van een item te bekijken, bijvoorbeeld het
adres, accentueert u het gewenste item, druk op [Opties],
en selecteer vervolgens “Tonen”.
34 Telefoonboek
Bellen vanuit het Telefoonboek
“Contacten”
“Telefoonboek”
1. Selecteer het gewenste item en druk op D.
Tip
Als bij een item meer dan één telefoonnummer staat
vermeld, selecteer dan na stap 1 het gewenste
telefoonnummer en druk op D. U kunt het gewenste
telefoonnummer ook bellen door de cijfertoets in te
drukken die overeenkomt met de positie van het item op
de lijst.
U kunt ook bellen vanuit het detailsscherm van het
Telefoonboek. Selecteer op het detailsscherm het
gewenste telefoonnummer en druk op D.
Items van het Telefoonboek
bewerken
“Contacten”
“Telefoonboek”
[Opties]
“Details
bewerk./toev.”
1. Selecteer het veld dat u wilt bewerken en wijzig de
gegevens.
2. Druk op [Opslaan] wanneer u klaar bent.
Items uit het Telefoonboek
verwijderen
Alle items uit het Telefoonboek verwijderen
“Contacten
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd”
“Alle items wissen”
1. Voer uw toestelcode in.
2. Selecteer “Toestel items” of “SIM-items”.
De toestelcode is standaard ingesteld op “0000”. Voor
bijzonderheden over het wijzigen van de toestelcode,
zie “De toestelcode wijzigen” op pagina 112.
Een item uit Telefoonboek verwijderen
“Contacten
“Telefoonboek”
1. Selecteer het gewenste item.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verwijderen”.
Groepen weergeven
U kunt groepspictogrammen instellen wanneer u items in
het Telefoonboek opslaat, zodat u deze gemakkelijk kunt
opzoeken en bewerken.
“Contacten
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd”
“Groep”
“Groepen weerg.”
1. Selecteer de gewenste groep.
verschijnt naast de geselecteerde groep. Wilt u de
groepsinstelling annuleren, selecteer dan opnieuw de
groep waarna het vinkje verdwijnt.
Telefoonboek 35
Opmerking
Dit menu is beschikbaar wanneer de locatie voor de
Contacten is ingesteld op “Telefoongeheugen”.
Tip
Druk op [Opties] en selecteer “Alleen huidige” om
uitsluitend de geselecteerde groep te bekijken of “Alle
selecteren” om alle groepen te bekijken.
Groepsprofiel
Voor elke groep kunt u een andere ringtone instellen. Bij
aanschaf van deze telefoon zijn groepen uitgeschakeld. Als
u geen groepsringtone instelt, wordt de ringtone gebruikt
die toegewezen is in het menu Instellingen.
“Contacten
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd
“Groep”
“Groepsprofiel”
1. Selecteer de gewenste groep.
2. Selecteer “Aan/uitzetten”.
3. Selecteer “Aan” of “Uit”.
4. Selecteer “Ringtone toewijzen”.
5. Selecteer “Standaard ringtones” of “Mijn ringtones”.
6. Selecteer de gewenste ringtone.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
ringtone, zie “Ringtone kiezen” op pagina 94.
7. Selecteer “Trilalarm” en kies “Inschakelen”,
“Uitschakelen” of “Trillen&Geluid”.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
trilalarm, zie “Trilalarm” op pagina 95.
8. Druk op [OK].
Opmerking
Dit menu is beschikbaar wanneer de locatie voor de
Contacten is ingesteld op “Telefoongeheugen”.
36 Telefoonboek
Een ringtone toewijzen aan items in
het Telefoonboek
Aan een vooraf geregistreerd item kan een speciale
ringtone of trilalarm worden toegewezen.
“Contacten”
“Telefoonboek”
1. Selecteer het gewenste item.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Details bewerk./toev.”.
3. Druk op [Opties] en selecteer “Ringtone”.
4. Selecteer “Aan/uitzetten”.
5. Selecteer “Aan” of “Uit”.
6. Selecteer “Ringtone toewijzen”.
7. Selecteer “Standaard ringtones” of “Mijn ringtones”.
8. Selecteer de gewenste ringtone.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
ringtone, zie “Ringtone kiezen” op pagina 94.
9. Selecteer “Trilalarm” en kies “Inschakelen”,
“Uitschakelen” of “Trillen&Geluid”.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
trilalarm, zie “Trilalarm” op pagina 95.
10.Druk op [OK].
11.Druk op [Opslaan].
Geheugenstatus
Met deze functie kunt u het geheugen controleren dat in het
Telefoonboek wordt gebruikt.
“Contacten
“Telefoonboek”
[Opties]
“Geavanceerd”
“Geheugenstatus”
Snelkiezen
In Snelkiezen kunt u maximaal 8 telefoonnummers
opslaan. (p. 88)
Items uit het Telefoonboek invoeren onder
Snelkiezen
“Contacten
“Telefoonboek”
1. Selecteer het gewenste item.
2. Selecteer het gewenste telefoonnummer.
3. Druk op [Opties] en selecteer “Snelkiezen”.
4. Selecteer het gewenste nummer.
Tip
De negen cijfertoetsen corresponderen met
lijstnummers.
Om Snelkiezen te bekijken, zie pagina 88.
Telefoonboek 37
Een item van het Telefoonboek
verzenden
“Contacten
“Telefoonboek”
1. Selecteer het gewenste item.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Contact verzenden”.
3. Selecteer “Via Bluetooth”.
Voor “Via Bluetooth”
De telefoon begint binnen een afstand van 10 meter naar
andere Bluetooth-apparaten te zoeken.
Als er apparaten worden gedetecteerd, dan verschijnt er een
lijst met geactiveerde apparaten waarin u het gewenste
apparaat kunt selecteren. De verbinding kan tot stand
worden gebracht en het item wordt verzonden.
Opmerking
Als u apparaten pairt, moet u uw wachtwoord opgeven
als u voor de eerste maal contact maakt met een
apparaat waarop Bluetooth is geactiveerd, behalve
wanneer “Verificatie” (p. 92) is ingesteld op “Uit”.
Tip
U kunt uw eigen Telefoonboek-item verzenden. Selecteer
“Mijn gegevens” bij stap 1. Voor bijzonderheden over
het opslaan van uw gegevens onder Mijn gegevens, zie
“Uw gegevens opslaan als een Telefoonboek-item” op
pagina 38.
Een item van het Telefoonboek
ontvangen
Wanneer de telefoon een Telefoonboek-item ontvangt,
verschijnt er een bevestigingsbericht.
1. Druk op [Ja].
Het ontvangen item wordt geregistreerd in het
Telefoonboek. Druk op [Nee] om de ontvangst af te
wijzen.
Tip
Voor bijzonderheden over het instellen van Bluetooth,
zie “Verbindingen” op pagina 90.
38 Telefoonboek
Uw gegevens opslaan als een Telefoonboek-
item
U kunt uw gegevens opslaan in het Telefoonboek.
“Contacten”
“Telefoonboek”
“Mijn gegevens”
1. Druk op [Opties] en selecteer “Details bewerk./toev.”.
2. Selecteer het veld dat u wilt invullen en voer de
relevante informatie in.
3. Druk op [Opslaan] wanneer u klaar bent.
Een servicenummer bellen
Bepaalde SIM-kaarten bevatten servicenummers die
kunnen worden gebeld. Neem contact op met de verkoper
van uw SIM-kaart voor meer informatie. In het scherm
Contacten wordt aan de onderzijde van de lijst de optie
“Servicenummer” weergegeven.
“Contacten
1. Selecteer “Servicenummer”.
2. Selecteer het gewenste servicenummer.
Tip
Als de SIM-kaart slechts één servicenummer bevat, kunt
u dit nummer bellen bij stap 1 door op e te drukken.
Als er op de SIM-kaart geen servicenummer is
opgeslagen, wordt dit menu niet weergegeven.
Camera 39
Camera
Uw telefoon is uitgerust met een geïntegreerde digitale
camera.
Hiermee kunt u overal foto’s en videoclips maken en
verzenden.
Foto maken
Zet de telefoon in de modus digitale camera om een foto te
maken. Foto’s worden in JPEG-formaat opgeslagen in
Opgeslagen afbeeldingen in de volgende drie
afbeeldingsformaten.
Groot: 480 × 640 dots
Medium: 240 × 320 dots
Klein: 120 × 160 dots
Foto’s maken
“Camera”
“Foto maken”
Het voorbeeld van de opname wordt weergegeven op het
scherm.
1. Druk op e of op de omlaagtoets aan de zijkant om de
foto te maken.
U hoort het sluitergeluid en getoond wordt het stilbeeld
van de genomen foto. Druk op [Annuleren] om
opnieuw een foto te maken.
2. Druk op [Opslaan].
“Bezig met (bestandsnaam) opslaan in Mijn telefoon...”
wordt weergegeven en de foto wordt vervolgens
geregistreerd.
3. Druk op F om terug te keren naar standby.
Indicator voor aantal resterende opnamen
123: Geeft het aantal resterende foto’s aan dat
nog kan worden genomen.
Tip
Als u na het maken van een foto deze met een MMS-
bericht wilt verzenden, drukt u vóór stap 2 op e.
Selecteer vervolgens “MMS” of “MMS per Post”. Grote
MMS-berichten kunnen tot gevolg hebben dat het
afbeeldingsformaat van de bijgevoegde foto’s wordt
verkleind.
Het volledige scherm gebruiken
U kunt het beeld op volledige schermgrootte weergeven
zonder dat de displaytoetsen en indicators te zien zijn.
“Camera”
“Foto maken
[Opties]
“Volledige
zoeker
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
[Opties] wordt niet afgebeeld als “Aan” wordt
geselecteerd. Druk op A als u het optiemenu nodig
hebt.
Opmerking
Wanneer “Afbeeldingsformaatingesteld is op “K
(120*160)”, kunt u niet het volledige scherm gebruiken.
Tip
U kunt volledige schermgrootte ook in- of uitschakelen
door op Q te drukken.
(M 5)
(M 5-1)
40 Camera
De zoomfunctie gebruiken
Druk op c of d om de zoomverhouding te wijzigen.
Indicators voor de zoomverhouding
: Vergroting.
Opmerking
Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “K (120*160)”
ingesteld is, bestaat de zoomfunctie uit 3 vergrotingen
(
×
1,
×
2,
×
4).
Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “M (240*320)”
ingesteld is, bestaat de zoomfunctie uit 2 vergrotingen
(
×
1,
×
2).
Het afbeeldingsformaat selecteren
“Camera”
“Foto maken”
[Opties]
“Afbeeldingsformaat”
1. Selecteer het gewenste afbeeldingsformaat.
De beeldkwaliteit selecteren
“Camera”
“Foto maken”
[Opties]
“Beeldkwaliteit”
1. Selecteer “Normaal” of “Fijn”.
Indicators voor de beeldkwaliteit
: Fijn
: Normaal
De beeldstabilisatiemodus selecteren
“Camera”
“Foto maken”
[Opties]
“Beeld
stabilisatie”
1. Selecteer “Modus 1: 50Hz” of “Modus 2: 60Hz”.
Opmerking
Op het beeld kunnen vanwege de lichtbron verticale
strepen voorkomen. Kies een andere
beeldstabilisatiemodus om dit te herstellen.
De digitale camera maakt gebruik van een C-MOS
sensor. Hoewel deze camera van hoge kwaliteit is,
kunnen sommige foto’s te helder of te donker zijn.
Als de telefoon lange tijd op een warme plaats heeft
gelegen voordat u foto’s ging maken of registreren, kan
de fotokwaliteit matig zijn.
Wanneer er geen geheugen aanwezig is
Wanneer u nog maar 3 fotos of minder kunt maken, gaat
de aanduiding voor resterende opnamen linksboven in het
scherm in een rode kleur branden. (Het aantal foto’s dat kan
worden gemaakt wordt bij benadering gegeven.)
Als het aantal foto’s dat u nog kunt nemen, 0 is geworden,
en u dan een foto probeert te nemen, verschijnt de melding
“Niet geregistreerd. Geheugen vol.”.
Camera 41
De helderheid van de foto afstemmen op de
lichtomstandigheden
Druk op a
of
b om de helderheid van het beeld te
wijzigen.
Indicators voor de helderheid (belichtingsniveau) van het
beeld
: (Helder Normaal
Donker)
Zodra de telefoon teruggekeerd is naar het standby-scherm
worden de instellingen voor helderheid teruggezet naar de
standaardinstelling.
Gemaakte foto’s weergeven
“Camera”
“Foto maken”
[Opties]
“Mijn
afbeeldingen”
De lijst met foto’s wordt vervolgens weergegeven.
1. Selecteer de gewenste foto.
De geselecteerde foto wordt weergegeven.
Tip
Aan uw foto’s worden bestandsnamen gegeven in de
vorm van “pictureNNN.jpg” (NNN is een driecijferig
volgnummer).
De bestandsnaam (zonder extensie), datum en grootte
van uw foto’s worden weergegeven in de lijst.
Gebruik van de zelfontspanner
“Camera”
“Foto maken
[Opties]
“Zelfontspanner”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Als u “Aan” selecteert, wordt ” op het scherm
afgebeeld en keert de telefoon terug naar de modus van
de digitale camera. Let op, als u echter “Fotoserie”
activeert op pagina 42, wordt “ ” afgebeeld in plaats
van ”.
2. Druk op e of op de omlaagtoets aan de zijkant om de
zelfontspanner te starten.
10 seconden na inschakeling van de zelfontspanner
klinkt de sluiter en maakt de camera een foto.
Opmerking
Het aftellen klinkt terwijl de zelfontspanner actief is.
Indien u tijdens het aftellen van de zelfontspanner op e
of de omlaagtoets aan de zijkant drukt, wordt de foto
onmiddellijk gemaakt.
Bij gebruik van de zelfontspanner kan met cof d de
zoomfunctie niet worden gebruikt en kan met a of de b
helderheid van het beeld niet worden ingesteld.
Als u met de zelfontspanner niet langer foto’s wilt maken, druk
dan tijdens het aftellen van de zelfontspanner op [Annuleren].
42 Camera
Fotoserie
Achtereenvolgens worden vier foto’s gemaakt.
Automatische en handmatige opnamen zijn mogelijk.
Indicators voor fotoserie
“Camera”
“Foto maken”
[Opties]
“Fotoserie”
1. Selecteer “Automatisch” of “Handmatig”.
Wilt u deze functie niet gebruiken, selecteer dan “Uit”.
2. Druk op e of de omlaagtoets aan de zijkant om
Fotoserie te starten.
Automatisch: Achtereenvolgens worden vier
foto’s gemaakt.
Handmatig: Foto’s worden één voor één
gemaakt door op e of de
omlaagtoets aan de zijkant te
drukken.
De gemaakte foto’s worden automatisch opgeslagen.
Om met de fotoserie te stoppen, drukt u op
[Annuleren].
Opmerking
Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “G (480*640)”
ingesteld is, kunt u Fotoserie niet gebruiken.
Wanneer u voor het maken van foto’s een kader
selecteert, kunt u Fotoserie niet gebruiken.
De zelfontspanner kan niet worden gebruikt in
combinatie met de functie Handmatig.
Een kader selecteren
U kunt een kader kiezen uit voorkeuzepatronen. U kunt een
kader ook selecteren in de Opgeslagen afbeeldingen.
“Camera”
“Foto maken”
[Opties]
“Kader
toevoegen”
1. Selecteer “Standaardbeelden” of “Mijn afbeeldingen”.
2. Selecteer het gewenste kader.
Het geselecteerde kader wordt bevestigd op het display.
3. Druk op e.
Opmerking
Wanneer “Afbeeldingsformaat” op “G (480*640)”
ingesteld is, kunt u de functie Kader niet gebruiken.
Als u Fotoserie activeert, kunt u de kaderfunctie niet
gebruiken.
Alleen beelden in het PNG-formaat kunnen als kader
worden geselecteerd indien u bij stap 1 “Mijn
afbeeldingen” selecteert. Beelden die groter zijn dan het
door u geselecteerde afbeeldingsformaat kunnen echter
niet worden gebruikt.
:
Deze indicators verschijnen op het scherm
wanneer foto’s worden genomen in de
fotoseriemodus.
* Wanneer de zelfontspanner en fotoserie
tegelijkertijd zijn ingesteld, verschijnt “ ” in
plaats hiervan.
Camera 43
Het sluitergeluid selecteren
U kunt het sluitergeluid kiezen uit 3 voorkeuzepatronen.
“Camera”
“Foto maken”
[Opties]
“Sluitergeluid”
1. Selecteer het gewenste sluitergeluid.
Om het sluitergeluid af te spelen, drukt u op [Afspelen].
Opmerking
De functie Fotoserie maakt gebruik van het
gespecialiseerde sluitergeluid dat voor de
bovengenoemde instellingen niet kan worden gewijzigd.
Video opnemen
Zet de telefoon in de videocameramodus om een video op
te nemen.
Videoclips worden opgeslagen in “.3gp” -formaat, in de
volgende twee modi:
Indicators van de opnamegrootte
: Modus voor MMS geactiveerd
: Modus voor maximale duur geactiveerd
Videoclips opnemen
Met de videoclip kan ook geluid worden opgenomen.
“Camera”
“Video opnemen”
Het voorbeeld van de opname wordt weergegeven op het
scherm.
1. Druk op e of op de omlaagtoets aan de zijkant om de
videoclip op te nemen.
U hoort het geluid voor het opnemen van de videoclip.
Als u opnieuw op e of de omlaagtoets aan de zijkant
drukt, of wanneer de opname voltooid is, hoort u het
geluid voor beëindiging van de videoclip-opname en
gaat het display over naar stap 2.
2. Selecteer “Opslaan”.
“Bezig met (bestandsnaam) opslaan in Mijn telefoon...”
wordt weergegeven en de videoclip wordt vervolgens
geregistreerd.
Als u een videoclip eerst wilt bekijken voordat u deze
opslaat, selecteer dan “Voorbeeld.
Als u na het opnemen van een videoclip deze met MMS
wilt versturen, selecteert u “Opslaan en verzenden”.
Om nogmaals een videoclip op te nemen, drukt u op
[Annuleren].
Indicator voor resterende opnamen
123: Geeft aan hoeveel videoclips nog kunnen
worden opgenomen.
(M 5-2)
44 Camera
De zoomfunctie gebruiken
Druk op c of d om de zoomverhouding te wijzigen.
Indicators voor de zoomverhouding
: Vergroting.
De modus voor de opnamegrootte selecteren
U kunt de opnamegrootte selecteren.
“Camera”
“Video opnemen”
[Opties]
“Opnamegrootte”
1. Selecteer “Max. Duur” of “Voor MMS”.
Opmerking
Als “Voor MMS” wordt geselecteerd, dan hangt de
opnamegrootte van de op te nemen videoclip af van de
berichtgrootte die ingesteld is in de MMS-instellingen
(p. 51).
Wanneer u de berichtgrootte zoals beschreven op
pagina 51 op “100 KB” instelt, wordt “Opnamegrootte
niet weergegeven.
“Opslaan en verzenden” wordt niet weergegeven nadat
een opname is gemaakt in de modus Max. Duur.
De filmkwaliteit selecteren
“Camera”
“Video opnemen”
[Opties]
“Filmkwaliteit”
1. Selecteer “Normaal” of “Hoog”.
Indicators voor de filmkwaliteit
: Hoog
: Normaal
De beeldstabilisatiemodus selecteren
“Camera”
“Video opnemen”
[Opties]
“Beeld
stabilisatie”
1. Selecteer “Modus 1: 50Hz” of “Modus 2: 60Hz”.
Opmerking
Op het voorbeeldscherm kunnen vanwege de lichtbron
verticale strepen voorkomen. Kies een andere
beeldstabilisatiemodus om dit te herstellen.
Camera 45
Wanneer er geen geheugen aanwezig is
Wanneer u nog maar 3 videoclips of minder kunt opnemen,
gaat de aanduiding voor resterende opnamen linksboven in
het scherm in een rode kleur branden. (Het aantal clips dat
kan worden opgenomen wordt bij benadering gegeven.)
Als het aantal videoclips dat u nog kunt opnemen, 0 is
geworden, en u dan weer een clip probeert op te nemen,
verschijnt de melding “Niet geregistreerd. Geheugen vol.”.
De helderheid van de videoclips afstemmen op
de lichtomstandigheden
Druk op a
of b
om de helderheid van de videoclip te
wijzigen.
Indicators voor de helderheid (belichtingsniveau) van het
beeld
: (Helder Normaal
Donker)
Zodra de telefoon teruggekeerd is naar het standby-scherm
worden de instellingen voor helderheid teruggezet naar de
standaardinstelling.
Opgenomen videoclips afspelen
“Camera”
“Video opnemen”
[Opties]
“Mijn
video’s
De lijst met videoclips wordt weergegeven.
1. Selecteer het bestand dat u wilt weergeven.
2. Druk op e.
De geselecteerde videoclip wordt afgespeeld.
Om een pauze in te lassen, drukt u op e.
Om het afspelen te hervatten, drukt u nogmaals op e.
Om met afspelen te stoppen, drukt u op [Vorige].
Om de videoclip in de originele grootte te zien, druk
dan op [×1].
Tip
Aan uw videoclips worden bestandsnamen gegeven in de
vorm van “videoNNN.3gp” (NNN is een volgnummer).
De bestandsnaam (zonder extensie), datum en grootte
van uw videoclips worden weergegeven in de lijst.
Als de videoclip is opgenomen met geluid, kan het
volume worden gewijzigd door op a (of d
/de omhoog-
toets aan de zijkant) of b (of c
/de omlaag-toets aan de
zijkant) te drukken.
Het volume hangt af van de instellingen van het
Multimedia-volume (p. 97). Het geluid wordt
gedeactiveerd wanneer “Multimedia-volume” op “Stil
is ingesteld.
46 Camera
Gebruik van de zelfontspanner
Een videoclip opnemen met de zelfontspanner
“Camera”
“Video opnemen”
[Opties]
“Zelfontspanner”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Als u “Aan” selecteert, verschijnt “ ” op het scherm
en keert de telefoon terug naar de videocameramodus.
2. Druk op e of op de omlaagtoets aan de zijkant om de
zelfontspanner te starten.
10 seconden nadat de zelfontspanner klinkt, begint de
camera met het opnemen van de videoclip.
Opmerking
Het aftellen klinkt terwijl de zelfontspanner actief is.
Indien u tijdens het aftellen van de zelfontspanner op e
of de omlaagtoets aan de zijkant drukt, wordt de
videoclip onmiddellijk opgenomen.
Het is niet mogelijk om tijdens het aftellen van de
zelfontspanner met c d of de zoomfunctie te gebruiken
of met a of b de helderheid van het beeld in te stellen.
Als u met de zelfontspanner niet langer videoclips wilt
opnemen, druk dan tijdens het aftellen van de
zelfontspanner op [Annuleren].
Videoclips opnemen met geluid
“Camera”
“Video opnemen”
[Opties]
“Opname
stemgeluid”
1. SelecteerAan” of “Uit”.
Berichten 47
Berichten
Met uw telefoon kunt u SMS- en MMS-berichten
verzenden en ontvangen, en serviceberichten (WAP)
ontvangen.
MMS
Over MMS
Met MMS (Multimedia Messaging Service) kunt u
berichten verzenden en ontvangen met toevoeging van
grafische afbeeldingen, foto’s, geluid, animaties of
videoclips.
Opmerking
Sommige MMS-functies zijn mogelijk niet
beschikbaar. Dit hangt af van uw netwerk. Neem
contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
Een nieuwe MMS maken
A
“MMS
“Bericht maken”
1. Voer het bericht in.
Om een tekstsjabloon te gebruiken, verplaatst u de
cursor naar het punt waar u de tekstsjabloon wilt
invoegen. Druk op [Opties] en selecteer “Tekst opties”.
Selecteer “Tekstsjabloon toevoeg.” en vervolgens de
gewenste sjabloon.
2. Selecteer de gewenste geadresseerde in het
Telefoonboek.
Als de geadresseerde niet bestaat, selecteer dan “Voer
nummer in” of “E-mailadres invoeren” en voer het
telefoonnummer of e-mailadres in.
3. Selecteer “Verzenden”.
Nadat het bericht is verzonden wordt het toegevoegd
aan de map Verzonden.
Opmerking
De huidige berichtgrootte die wordt getoond terwijl u het
bericht maakt, is bij benadering gegeven.
Als een bericht om een of andere reden niet kan worden
verzonden, blijft het bericht in Postvak UIT en wordt op
het standby-scherm “ ” weergegeven.
(M 4)
(M 4-2)
(M 4-2-1)
48 Berichten
Tip
Om het bericht op te slaan zonder het te verzenden,
selecteert u “Opslaan in Drafts” in plaats van stap 3 uit
te voeren.
Om het onderwerp in te voeren, selecteert u
“Onderwerpbij stap 3 en voert u dat in. Er kunnen voor
het onderwerp maximaal 40 tekens (en maximaal 20
geadresseerden voor Naar en Cc) worden ingevoerd.
Afhankelijk van uw netwerk kunnen echter verdere
beperkingen gelden. In dat geval is het wellicht mogelijk
dat u geen MMS kunt verzenden. Neem contact op met
uw netwerkoperator voor meer informatie.
Om meer geadresseerden toe te voegen, selecteert u
“Adres toevoegen” bij stap 3. Selecteer “Naar” of “Cc”
en selecteer het gewenste nummer van de geadresseerde.
Voer vervolgens het telefoonnummer of e-mailadres in.
Een MMS-begroetingskaart verzenden
Uw telefoon is uitgerust met begroetingskaarten met een
beeld- en spraakbijlage waarmee u gemakkelijk MMS-
berichten kunt maken.
A
“MMS”
“Bericht maken”
[Opties]
“Begroetingskaart”
Er wordt een scherm weergegeven waarin u wordt
gevraagd of u de huidige tekst wilt verwijderen.
1. Bevestig uw keuze door [Ja] of [Nee] te selecteren.
2. Selecteer de gewenste begroetingskaart.
3. Voer het bericht in.
4. Selecteer de gewenste geadresseerde in het
Telefoonboek.
Als het gewenste item niet bestaat, selecteer dan “Voer
nummer in” of “E-mailadres invoeren” en voer het
telefoonnummer of e-mailadres in.
5. Selecteer “Verzenden”.
Opmerking
Door “Begroetingskaart” te selecteren worden
berichten of beelden verwijderd die u heeft ingevoerd of
aangehecht. Om verwijdering te voorkomen, dient u
eerst “Begroetingskaart” te selecteren, en dan berichten
in te voeren.
De instelling Pagina toevoegen in- of
uitschakelen
A
“MMS
“Instellingen”
“Pagina toevoegen
1. SelecteerAan” of “Uit”.
Als u “Aan” selecteert
U kunt berichten maken die maximaal 10 dia’s bevatten.
Elke dia kan één afbeelding bevatten, één geluidsbestand
en maximaal 1000 teksttekens (tot het totaal van 30 KB
voor het bericht of de limiet van 100 KB).
Berichten 49
Als u aan één enkele dia een dia wilt toevoegen, druk dan
op [Opties] en selecteer “Dia toevoegen”.
Als u voor meerdere dia’s diabewerkingen wilt
uitvoeren, druk dan op [Opties] en selecteer “Voeg
pagina toe”.
U kunt het volgende doen:
Toevoegen: Om een nieuwe dia toe te voegen.
Verwijderen: Om de actieve dia te verwijderen.
Vorige: Om naar de vorige dia te gaan.
Volgende: Om naar de volgende dia te gaan.
Videoclipgegevens kunnen aan het bericht niet als
diagegevens worden bijgevoegd.
Als u “Uit” selecteert
U kunt maximaal 20 afbeeldingen, ringtones of
videoclips bijvoegen en maximaal 2000 teksttekens (tot
aan het berichttotaal van 30 Kbytes of de limiet van 100
Kbytes).
Bijlagen invoegen
Met uw MMS-berichten kunt u afbeeldingen, ringtones en
videoclips meesturen die in het telefoongeheugen zijn
opgeslagen. Als u videoclips meestuurt, moet “Pagina
toevoegen” op “Uit” ingesteld zijn.
A
“MMS
“Bericht maken”
[Opties]
1. Selecteer “Afbeeldingen”, “Geluid” of “Video”.
2. Selecteer Opgeslagen afb.”, “Opgeslagen geluiden” of
“Opgeslagen videos”.
3. Selecteer het gewenste bestand.
De geselecteerde afbeelding/ringtone/videoclip wordt
als bijlage ingevoegd.
Druk na het invoegen van de bijlage op [Vorige] om
terug te keren naar het scherm waarin het bericht wordt
gemaakt.
Om meer bestanden toe te voegen, drukt u op [Opties]
en selecteer “Afb. toevoegen”, Geluid toevoegen” of
“Video toevoegen. Selecteer vervolgens
“Opgeslagen afb.”, “Opgeslagen geluiden” of
“Opgeslagen video’s”, en selecteer het gewenste
bestand.
Om de bijgevoegde bestanden te verwijderen, drukt u
op [Opties] en selecteer “Verwijderen”.
Opmerking
Afbeeldingen/ringtones/videoclips die auteursrechtelijk
zijn beveiligd, kunnen niet met een bericht worden
meegestuurd.
In plaats van stap 2 uit te voeren, kunt u gegevens
verzenden die zijn opgenomen met de optie “Foto
maken”, “Stem opnemen” of “Video opnemen”.
50 Berichten
MMS lezen
Berichten die u ontvangt worden opgeslagen in Postvak IN.
Inkomende berichten
De MMS-indicator ( ) verschijnt wanneer u een
inkomend bericht ontvangt.
A
“MMS”
“Postvak IN”
1. Selecteer het bericht dat u wilt weergeven.
Het bericht verschijnt op het scherm.
2. Blader door het scherm om het bericht te lezen.
Tip
Het volume hangt af van de instellingen van het
Multimedia-volume (p. 97). Het geluid wordt
gedeactiveerd wanneer “Multimedia-volume” op “Stil
is ingesteld.
Het telefoonnummer of e-mailadres van een
afzender opslaan in het Telefoonboek
A
“MMS”
“Postvak IN”
1. Selecteer het bericht waarvan u het telefoonnummer of
e-mailadres wilt opslaan.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Afzender opslaan”.
Voor bijzonderheden over het invoeren van een naam,
zie “Nieuw contact” op pagina 32.
MMS ophalen
A
“MMS
“Postvak IN”
Wanneer “ ” in Postvak IN staat, kunt u het volgende
doen.
1. Selecteer het bericht dat u wilt ophalen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Downloaden”.
Tip
Om met downloaden te beginnen, kunt u ook op e
drukken in plaats van stap 2 uit te voeren.
Aankomst van afleverrapport bevestigen
A
“MMS
“Verzonden”
1. Selecteer het bericht waarvan u de aankomst van het
afleverrapport wilt bevestigen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Afleverrapport”.
Dit menu is alleen beschikbaar voor verzonden
berichten waarbijAfleverrapport” op “Aan” is
ingesteld. Voor bijzonderheden over het selecteren van
“Afleverrapport”, zie “MMS instellen” op pagina 51.
Berichten 51
MMS instellen
A
“MMS
“Instellingen”
1. Selecteer het onderdeel dat u wilt instellen.
Downl. tijdens roamen (Tijdens roamen, Omleiding
bij roamen):
Regelt de timing voor het downloaden van MMS als u
buiten uw netwerk aan het roamen bent.
Tijdens roamen: Downloadt MMS-berichten
onmiddellijk vanaf de server.
Omleiding bij roamen
:Vraagt of u wilt downloaden vanaf
de server.
Afl.rapp. terugsturen (Aan, Uit):
Activeert Afleverrapport wanneer een bericht
ontvangen wordt dat van toepassing is op de functie
Afleverrapport.
Anoniem MMS weren (Aan, Uit):
Wijst berichten af van een onbekende of lege
adresnaam.
Automatisch verwijd. (Uit, Postvak IN, Verzonden,
Beide):
Verwijdert automatisch het oudste bericht wanneer
Postvak IN, Verzonden of beide (Postvak IN en
Verzonden) vol is.
Pagina toevoegen (Aan, Uit):
Schakelt Pagina toevoegen in wanneer een bericht
wordt verstuurd.
Berichtgrootte (30 KB, 100 KB):
Stelt de maximale berichtgrootte in die kan worden
verzonden.
• Extra
Prioriteit:
Geeft prioriteit aan opgestelde berichten.
Afleverrapport:
Schakelt Afleverrapport in.
Opslagduur:
Stelt de opslagduur in voor een bericht dat op de
server moet worden opgeslagen.
Afzender zichtbaar:
Toont informatie over de afzender.
MMS pagina-interval:
Stelt de weergavetijd van de MMS-pagina in
wanneer een bericht wordt verstuurd.
2. Wijzig elk onderdeel.
52 Berichten
Een afbeeldingsbestand verzenden met MMS
per Post
Met uw telefoon kunt u MMS-berichten versturen naar een
briefkaartencentrale van Vodafone. Deze centrale drukt de
afbeelding af en verstuurt deze briefkaart naar het postadres
van de geadresseerde in het MMS-bericht. (In uw telefoon
is het adres van de Vodafone-centrale al ingevoerd. Dit kan
niet worden gewijzigd.)
Een nieuwe MMS per Post maken
A
“MMS”
“MMS per Post”
1. Selecteer “Opgeslagen afb.”.
2. Selecteer een afbeelding die u voor de briefkaart wilt
gebruiken.
3. Voer uw bericht in.
4. Selecteer de gewenste geadresseerde in het
Telefoonboek en voer de hieronder genoemde
gegevens in. Als het gewenste item niet bestaat,
selecteer dan “Adres invoeren” en voer de hieronder
genoemde gegevens in.
Naam Woonplaats
Straat & nummer Land
Postcode
5. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
Opmerking
In plaats van stap 1 uit te voeren, kunt u gegevens
gebruiken die zijn genomen met de optie “Foto maken”.
De onderdelen Naam, Straatnaam & nr., Postcode en
Woonplaats zijn verplichte onderdelen die moeten
worden ingevoerd om een MMS per Post te kunnen
verzenden.
Informatie voor een geadresseerde
Naam (verplicht in te vullen):
Naam van de geadresseerde voor een briefkaart
tot 50 tekens
Straat & nummer (verplicht in te vullen):
Straat en huisnummer tot 50 tekens
Postcode (optioneel):
Postcode tot 20 tekens
Woonplaats (verplicht in te vullen):
Woonplaats tot 50 tekens
Land (optioneel):
Land tot 20 tekens
Berichten 53
Welke onderdelen worden weergegeven hangt af van de
aangeboden dienst. Neem contact op met uw
netwerkoperator voor meer informatie. Wanneer het
onderdeel “Land” niet wordt weergegeven, kunt u geen
MMS per Post verzenden naar andere landen.
Bestanden in het formaat Animation GIF kunt u niet
versturen met MMS per Post.
De beeldkwaliteit van MMS per Post varieert afhankelijk
van het afbeeldingsformaat.
SMS
Over SMS
Met SMS kunt u naar andere GSM-gebruikers
tekstberichten verzenden van maximaal 1024 tekens.
SMS gebruiken met uw telefoon
Het is mogelijk om berichten te verzenden die langer zijn
dan 160 tekens. Tijdens verzending worden de berichten
opgesplitst. Als de geadresseerde een geschikte telefoon
heeft, worden de berichten tijdens ontvangst weer in elkaar
gezet. Lukt dit niet, dan verschijnt uw bericht als een aantal
afzonderlijke berichten, met 152 tekens.
U kunt ook SMS-berichten verzenden en ontvangen als u
aan het bellen bent.
U kunt ook gebruik maken van Mijn sjablonen om SMS-
berichten te maken.
(M 4-3)
54 Berichten
Een nieuwe SMS maken en verzenden
A
“SMS”
“Bericht maken”
1. Voer uw bericht in.
Om een tekstsjabloon te gebruiken, verplaatst u de
cursor naar het punt waar u de tekstsjabloon wilt
invoegen. Druk op [Opties] en selecteer “Tekstsjabloon
toevoeg.” en vervolgens de gewenste sjabloon.
2. Selecteer de gewenste geadresseerde in het
Telefoonboek.
Als het gewenste item niet bestaat, selecteer dan “Voer
nummer in” en voer het telefoonnummer in.
3. Selecteer “Verzenden”.
De telefoon begint met het verzendingsproces en het
SMS-bericht wordt verstuurd. Nadat het bericht is
verzonden wordt het toegevoegd aan de map Verzonden.
Om het bericht op te slaan in de map Drafts zonder het
te verzenden, selecteert u “Opslaan in Drafts.
Opmerking
Wanneer u een bericht van meer dan 160 tekens verstuurt,
dan wordt het bevestigingsbericht weergegeven.
Tip
Om meer geadresseerden toe te voegen, selecteert u
“Toevoegen” bij stap 3. Selecteer een onderdeelnummer
om het telefoonnummer van de geadresseerde toe te
voegen. Voer vervolgens het telefoonnummer in.
SMS-berichten lezen
Inkomende berichten
De SMS-indicator ( ) verschijnt wanneer er een bericht is
binnengekomen.
1. Als u een SMS-bericht heeft ontvangen, druk dan
tijdens de standby-modus op e.
2. Selecteer het bericht dat u wilt weergeven.
Het telefoonnummer van de afzender en een deel van
het bericht worden weergegeven. Als het
telefoonnummer van de afzender in het Telefoonboek
is opgeslagen, dan verschijnt de naam van de afzender
in plaats van het telefoonnummer.
Als een bericht met “ ” gemarkeerd is, betekent dit
dat het bericht nog niet gelezen is. Als Postvak IN,
Verzonden of Drafts vol is, wordt “ ” weergegeven.
Verwijder overbodige berichten.
3. Blader door het scherm om het bericht te lezen.
Telefoonnummers uit ontvangen berichten
ophalen en bellen
U kunt een telefoonnummer bellen dat in het ontvangen
SMS-bericht ingebed is.
A
“SMS”
“Postvak IN”
1. Selecteer het bericht waaruit u het telefoonnummer wilt
halen.
(M 4-3-1)
Berichten 55
2. Druk op [Opties] en selecteer “Nummer select.”.
Telefoonnummers die in het bericht zijn ingebed,
worden weergegeven.
3. Selecteer het telefoonnummer.
4. Druk op [Opties] en selecteer “Bellen”.
Om dit telefoonnummer op te slaan in het
Telefoonboek, selecteer dan “Nummer opslaan”.
SMS instellen
Telefoonnummer berichtencentrale instellen
A
“SMS”
“Instellingen”
“SMS-C
1. Voer het telefoonnummer van de centrale in.
Als u voor een bericht naar een internationaal nummer
een landcode wilt invoeren, houd dan Q ingedrukt
totdat het teken+” verschijnt.
Geldigheidsduur
Hiermee geeft u aan hoeveel dagen en uren een door u
verzonden bericht onafgeleverd mag blijven.
In deze periode zal de berichtencentrale steeds proberen het
bericht bij de ontvanger af te leveren.
A
“SMS”
“Instellingen”
“Geldigheidsduur”
1. Selecteer de geldigheidsduur.
Type bericht
A
“SMS”
“Instellingen”
“Type bericht”
1. Selecteer het type bericht.
Verbindingstype
A
“SMS”
“Instellingen”
“Verbindingstype
1. Selecteer het verbindingstype.
Optimalisatie
Wanneer “Aan” (standaard) ingesteld is, worden
double-byte tekens (zoals Europese tekens met een accent)
omgezet in single-byte tekens en verzonden.
Wanneer “Uit” ingesteld is, worden double-byte tekens
verzonden zoals ze worden weergegeven.
Vermeld dient te worden dat u mogelijk dubbel moet
betalen voor double-byte tekens die worden verzonden in
een SMS-bericht wanneer Optimalisatie op Uit” ingesteld
is.
A
“SMS”
“Instellingen”
“Optimalisatie”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
(M 4-3-5)
56 Berichten
E-mail
Over e-mailberichten
Met deze telefoon kunt u e-mailberichten verzenden en
ontvangen. Een e-mailbericht kan maximaal 2000 tekens
bevatten. Hoe groot te ontvangen e-mailberichten kunnen
zijn, hangt af van de e-mailinstellingen.
Opmerking
U kunt aan e-mailberichten geen bijlagen toevoegen. Als
u aan e-mailberichten bijlagen toevoegt, worden deze
verwijderd.
Een nieuw e-mailbericht maken
A
“E-mail”
“Bericht maken”
1. Voer het bericht in.
2. Selecteer de gewenste geadresseerde in het
Telefoonboek.
Als het gewenste item niet bestaat, selecteer dan
“E-mailadres invoeren”.
3. Selecteer “Verzenden”.
Nadat het bericht is verzonden wordt het toegevoegd
aan de map Verzonden.
Opmerking
Als een bericht om welke reden dan ook niet kan worden
verzonden, blijft het bericht staan in Postvak UIT. Als u
het bericht opnieuw wilt verzenden, handel dan als volgt:
A
“E-mail”
“Postvak UIT”
1. Selecteer het gewenste bericht.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Opnieuw verzenden”.
Tip
U kunt gebruik maken van de tekstsjablonen om een
bericht sneller in te voeren en aan het eind van het
bericht kunt u uw handtekening toevoegen. Om een
tekstsjabloon te gebruiken, verplaatst u de cursor naar
het punt waar u de tekstsjabloon wilt invoegen. Druk op
[Opties] en selecteer “Tekstsjabloon toevoeg.”.
Selecteer de gewenste sjabloon. Om uw handtekening toe
te voegen, drukt u op [Opties] en selecteer
“Handtekening toevoegen”. Selecteer de gewenste
handtekening.
Om het bericht op te slaan zonder het te verzenden,
selecteer dan bij stap 3 de optie “Opslaan in Drafts”.
Selecteer “Onderwerpbij stap 3 om het onderwerp in te
voeren. Er kunnen voor het onderwerp maximaal 40
tekens worden ingevoerd.
SelecteerAdres toevoegen” bij stap 3 om meer
geadresseerden toe te voegen (tot 30 geadresseerden
(voor Naar, Cc en Bcc)). Selecteer “Naar”, “Cc” of
“Bcc” en selecteer het gewenste adres van de
geadresseerden of voer dat in.
(M 4-4)
Berichten 57
Een e-mailbericht lezen
Inkomende berichten
De e-mailindicator ( ) verschijnt wanneer er ongelezen
berichten zijn.
A
“E-mail”
“Postvak IN”
1. Selecteer het bericht dat u wilt weergeven.
2. Blader door het scherm om het bericht te lezen.
Tip
Als u e-mailberichten wilt downloaden, druk dan tijdens
standby op A en selecteer “E-mail”. Selecteer
vervolgens “E-mail controleren”.
Het e-mailadres van een afzender opslaan in
het Telefoonboek
A
“E-mail”
“Postvak IN”
1.
Selecteer het bericht waarvan u het e-mailadres wilt opslaan.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Afzender opslaan”.
Voor bijzonderheden over het invoeren van een naam,
zie “Nieuw contact” op pagina 32.
E-mail instellen
A
“E-mail”
“Instellingen”
1. Selecteer het onderdeel dat u wilt instellen.
Downloadgrootte (Geheel bericht, Eerste 20KB):
Regelt de downloadgrootte van de e-mail. De optie
“Geheel bericht” is beperkt tot maximaal 100 KB.
Handtekening bewerken:
Opent het tekstsjabloonscherm om de handtekening te
bewerken.
Automatisch verwijd. (Uit, Postvak IN, Verzonden,
Beide):
Verwijdert automatisch het oudste bericht wanneer
Postvak IN, Verzonden of beide (Postvak IN en
Verzonden) vol is.
Bericht beantwoorden (Incl. oorspronk. bericht, Excl.
oorspronk. bericht):
Met of zonder het oorspronkelijke bericht als het
bericht wordt beantwoord.
(M 4-4-7)
58 Berichten
Cell Broadcast
Ontvangst is mogelijk van Cell Broadcast-berichten of
algemene berichten zoals weerberichten en
verkeersinformatie. Deze informatie wordt verspreid onder
abonnees in bepaalde netwerkgebieden.
Niet alle mobiele netwerken bieden deze dienst. Neem
contact op met uw netwerkoperator voor meer informatie.
Cell Broadcast in/uitschakelen
A
“Cell Broadcast
“Aan/uitzetten”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Cell Broadcast-berichten lezen
A
“Cell Broadcast
“Berichten lezen
1. Selecteer het gewenste onderwerp.
2. Blader door het scherm om het bericht te lezen.
3. Druk op [Vorige].
Talen instellen
Hiermee kunt u voor het display van de Cell
Broadcast-berichten een taal instellen.
A
“Cell Broadcast”
“Instellingen”
“Taal”
De huidige taal verschijnt op het scherm.
1. Druk op e.
De taallijst verschijnt op het scherm.
2. Selecteer de gewenste taal.
3. Druk op [Opslaan].
Abonneren op Cell Broadcast
Selecteer de door u gewenste pagina van het Cell
Broadcast-bericht.
A
“Cell Broadcast”
“Instellingen”
“Info-onderw. inst.”
“Opties”
1. Selecteer “Toevoeg./Verwijd.”.
2. Selecteer de gewenste pagina.
3. Druk op [Opslaan].
Tip
Als de gewenste pagina niet in de lijst staat die bij stap 2
verschijnt, selecteer dan “Onderwerp instell.” bij stap 1,
en voer vervolgens de onderwerpcode in om een pagina
toe te voegen. Neem voor bijzonderheden over de
onderwerpcode contact op met uw netwerkoperator.
(M 4-8)
(M 4-8-1)
(M 4-8-2)
Vodafone live! 59
Vodafone live!
Uw telefoon is al zodanig geconfigureerd dat u verbinding
kunt maken met Vodafone live! en het mobiele Internet*.
Vodafone live! is een nieuwe mobiele Internet-portal die
uw poort is tot een nieuwe wereld van informatie, games,
muziek en diensten.
Uw telefoon maakt gebruik van GPRS, een systeem dat
veel sneller is dan oudere methoden waarmee mobiele
informatie wordt opgevraagd. Ook is de verbinding ‘altijd
aan’. Dit betekent dat u niet steeds hoeft in te bellen. U
hoeft alleen te betalen voor de gegevens die u verzendt of
ontvangt, niet voor de duur van uw verbinding.
* Als u problemen met de verbinding ondervindt, neem
dan contact op met de klantenservice van Vodafone.
Uw telefoon is uitgerust met een WAP-browser die wordt
gebruikt om te surfen op het mobiele Internet, waar u veel
bruikbare informatie kunt opvragen. De pagina’s zijn
gewoonlijk ontworpen voor een mobiele telefoon.
Uw telefoon is al gereed voor toegang tot de Vodafone-site
omdat in de telefoon de WAP/MMS-instellingen reeds zijn
verricht.
De WAP-browser starten
1. Druk tijdens standby op C.
De WAP-browser afsluiten
1. Druk op F om de browser af te sluiten.
(M 2)
Afgestemd op
60 Vodafone live!
Navigeren door een WAP-pagina
a b c d:
Hiermee selecteert u de gewenste opties.
e: Hiermee wordt de optie uitgevoerd die aan
de onderzijde van het scherm in het midden
wordt weergegeven.
A: Hiermee wordt het optiemenu van de
browser gestart.
C: Hiermee wordt een actie geselecteerd die in
de rechterbenedenhoek van het scherm
wordt weergegeven.
Hiermee krijgt u toegang tot “Vodafone
live!” door de browser te openen.
Q (indrukken en ingedrukt houden):
Hiermee wordt “Ga naar URL” gestart.
G t/m O (indrukken en ingedrukt houden):
Hiermee wordt de bookmark (WAP) gestart
die u heeft ingesteld via “Sneltoetsen” in de
optie “Bookmarks tonen” van de browser.
Zie “Sneltoetsen instellen waarmee
bookmarks kunnen worden geopend” op
pagina 62 voor meer informatie over het
instellen van sneltoetsen.
F: Hiermee sluit u de browser af (kort
indrukken).
Hiermee schakelt u de telefoon uit.
(indrukken en ingedrukt houden)
Browser-menu
Wanneer u met browsen bent begonnen, kunt u de browser-
opties bereiken door op [Opties] te drukken.
Selecteren:
Hiermee selecteert u de koppeling die u wilt bekijken.
(“Selecteren” wordt alleen weergegeven wanneer u de
koppeling selecteert.)
Homepage:
Hiermee gaat u naar de homepage die u in de WAP-
instellingen heeft ingesteld.
Bookmark toevoegen:
Hiermee voegt u aan uw bookmarklijst de site toe waar
u zich momenteel bevindt.
Bookmarks tonen:
Toont een lijst met bookmarks.
Items opslaan:
Hiermee slaat u afbeeldingen, ringtones of videoclips
op in de betreffende map van Mijn telefoon.
Ga naar URL:
Hiermee voert u de URL in van de site die u wilt
bezoeken.
Geschiedenis:
Toont een geschiedenislijst.
• Doorsturen:
Hiermee gaat u naar de volgende URL in de
geschiedenislijst.
Vodafone live! 61
Pagina verversen:
Hiermee vernieuwt u de inhoud van de WAP-pagina.
Geavanceerd...:
URL tonen:
Hiermee wordt de URL getoond van de site waar u
zich momenteel bevindt.
Pagina opslaan:
Hiermee wordt in de Snapshots-lijst de pagina
opgeslagen waarin u zich momenteel bevindt.
Snapshots:
Hiermee bekijkt u de Snapshots-lijst.
Postvak IN:
Hiermee kunt u de lijst met WAP-
informatieberichten bekijken. Via WAP-diensten
kunt u informatieberichten ontvangen. Dit houdt in
dat een service provider naar uw telefoon WAP-
berichten kan versturen, zonder dat u de telefoon
hoeft in te stellen.
Instellingen:
Omvat “Downloads”, etc.
Beveiliging:
Hiermee stelt u de beveiliging in.
Wissen...:
Hiermee wist u geschiedenis, cache, etc.
Nieuwe browsersessie:
Hiermee start u opnieuw de browser op.
Bookmarks
Wanneer u met de browser werkt, druk dan op [Opties] en
selecteer de gewenste optie.
Een bookmark toevoegen
1. Selecteer “Bookmark toevoegen”.
Pagina’s openen waarvan u een bookmark heeft
gemaakt.
1. Selecteer “Bookmarks tonen”.
2. Selecteer de gewenste bookmark.
Bookmarks bewerken
1. Selecteer “Bookmarks tonen”.
2. Selecteer “Meer...”.
3. Selecteer een bookmarkpagina die u wilt bewerken.
4. Druk op [Opties] en selecteer “Details”.
5. Bewerk de titel en druk vervolgens op b.
6. Bewerk de URL en druk vervolgens op b.
7. Selecteer “Opslaan”.
62 Vodafone live!
Bookmarks verwijderen
1. Selecteer “Bookmarks tonen”.
2. Selecteer “Meer...”.
3. Selecteer een bookmarkpagina die u wilt verwijderen.
4. Druk op [Opties] en selecteer “Verwijderen”.
5. Druk op [Opties] en selecteer “OK”.
Sneltoetsen instellen waarmee bookmarks
kunnen worden geopend
Web-pagina’s kunt u snel openen door sneltoetsen te
gebruiken. Sneltoetsen maakt u als volgt.
1. Selecteer “Bookmarks tonen”.
2. Selecteer “Meer...”.
3. Selecteer een bookmarkpagina die u wilt bewerken.
4. Druk op [Opties] en selecteer “Sneltoetsen”.
De lijst met sneltoetsen wordt vervolgens
weergegeven.
5. Selecteer het nummer waaraan u een sneltoets wilt
toewijzen.
De bookmarklijst wordt vervolgens weergegeven.
6. Selecteer de gewenste bookmark.
Mijn telefoon 63
Mijn telefoon
Mijn telefoon bevat verschillende soorten afbeeldings-,
ringtone- en videoclipgegevens. Mijn telefoon bevat tevens
vaak gebruikte tekstberichtzinnen en vaak bezochte WAP-
pagina’s (adressen) die u kunt gebruiken. U kunt ook via
Bluetooth afbeeldings-, ringtone- en videoclipgevens
overzenden naar telefoons waarop OBEX is geactiveerd.
Opmerking
De telefoon kan ongeveer 2100 KB aan gegevens
opslaan voor Mijn afbeeldingen, Mijn games & meer,
Mijn ringtones en Mijn video’s.
Mijn afbeeldingen
Beheer is mogelijk van foto’s die met een digitale camera
zijn genomen of van afbeeldingen die zijn gedownload
vanaf Internet-sites voor mobiele toepassingen. U kunt
afbeeldingen registreren in de volgende formaten: JPEG,
PNG, BMP, GIF, WBMP en WPNG.
Afbeeldingen weergeven
“Mijn telefoon”
“Mijn afbeeldingen”
“Opgeslagen
afb.”
1. Selecteer het bestand dat u wilt weergeven.
De geselecteerde afbeelding wordt weergegeven.
Beelden gebruiken als achtergrond
“Mijn telefoon
“Mijn afbeeldingen”
“Opgeslagen
afb.”
De lijst met afbeeldingen wordt vervolgens weergegeven.
1. Selecteer het bestand dat u als achtergrond wilt
gebruiken.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Als achtergrond”.
3. Geef met de navigatietoetsen het gebied op dat u wilt
weergeven.
(M 6)
(M 6-1)
64 Mijn telefoon
Opslaan in het Telefoonboek
U kunt deze optie alleen gebruiken voor afbeeldingen die in
het telefoongeheugen zijn opgeslagen.
“Mijn telefoon
“Mijn afbeeldingen”
“Opgeslagen
afb.”
1. Selecteer het bestand dat u wilt toevoegen aan het
Telefoonboek.
2.
Druk op [Opties] en selecteer “Toevoegen aan Contact”.
Om gegevens te overschrijven, selecteert u “Bestaand
contactpers.” en selecteer de gegevens waarnaar u wilt
opslaan.
Als het afbeeldingsformaat groter is dan 240 dots breed
of 320 dots hoog, geeft dan het gebied op dat u wilt
weergeven.
Om de afbeelding bij een nieuw item op te slaan,
selecteert u “Nieuw contact”.
Voor bijzonderheden over het invoeren van een naam,
zie “Nieuw contact” op pagina 32.
Afbeeldingen bewerken
“Mijn telefoon
“Mijn afbeeldingen”
“Opgeslagen
afb.”
1. Selecteer het bestand dat u wilt bewerken.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Bewerken”.
3. Selecteer de gewenste optie:
“Draaien”: De afbeelding wordt linksom
90º gedraaid. Druk nogmaals op
[Draaien] om de afbeelding nog
eens 90º te draaien.
“Formaat aanpassen”: Selecteer de gewenste optie.
“Retoucheren”: Selecteer de retoucheringsoptie.
“Kader toevoegen”: Selecteer het gewenste
kaderpatroon.
“Effect toevoegen”: Druk op [Effect] en selecteer het
gewenste effectpatroon. Herhaal
deze stap om meer patronen toe
te voegen.
Opmerking
Het afbeeldingsformaat dat u kunt retoucheren is
minimaal 52 dots [B]
×
52 dots [H].
Het afbeeldingsformaat waaraan u effecten kunt
toevoegen is minimaal 48 dots [B]
×
48 dots [H].
Afbeeldingen die groter zijn dan 240 [B] of 320 [H]
worden opgeslagen als 240 [B]
×
320 [H], ongeacht de
oorspronkelijke grootte.
“Formaat aanpassen” is mogelijk niet beschikbaar. Dit
is afhankelijk van de originele afbeelding of eventuele
auteursrechten.
Een afbeeldingsbestand verzenden
“Mijn telefoon
“Mijn afbeeldingen”
“Opgeslagen
afb.”
1. Selecteer het bestand dat u wilt verzenden.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
3. SelecteerAls MMS” of “Als MMS per Post”.
Voor bijzonderheden over het maken van een bericht,
zie “Een nieuwe MMS maken” op pagina 47.
Opmerking
Auteursrechtelijk beveiligde afbeeldingen kunnen niet
met een bericht worden meegestuurd.
Tip
Voor bijzonderheden over het overzenden van gegevens
uit Mijn telefoon, zie “Gegevens van Mijn telefoon
verzenden” op pagina 70.
Mijn telefoon 65
Afbeeldingsbestanden uploaden
U kunt uw afbeeldingen uploaden naar het MMS Album.
Opmerking
Sommige netwerkoperators leveren deze dienst niet.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
“Mijn telefoon”
Mijn afbeeldingen
Opgeslagen
afb.
1. Selecteer het bestand dat u wilt uploaden.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
3. Selecteer “Naar album”.
4. Druk op [Ja].
Opmerking
Auteursrechtelijk beveiligde afbeeldingen kunt u niet
uploaden.
Afbeeldingsbestanden downloaden
“Mijn telefoon
“Mijn afbeeldingen”
“Meer
afbeeldingen”
Op het scherm verschijnt de download-site van de
afbeeldingsbestanden.
Mijn games & meer
Gedownloade toepassingen worden opgeslagen in
Opgeslagen downloads. Hier bevindt zich ook de
meegeleverde toepassing.
Opmerking
In Opgeslagen downloads is ruimte voor maximaal 50
toepassingen.
Toepassingen (opgeslagen downloads)
gebruiken
Met deze telefoon kunnen verschillende soorten
Vodafone-specifieke toepassingen worden gebruikt.
Om toepassingen te gebruiken, downloadt u eerst de
toepassingen vanaf Internet-sites voor mobiele
toepassingen.
Sommige toepassingen bieden de mogelijkheid om, binnen
een spel of netwerktoepassing, verbinding te maken met
een netwerk.
Opmerking
Toepassingen kunnen lokaal (geen verbinding) worden
uitgevoerd of gebaseerd zijn op een netwerk (waarbij
gebruik wordt gemaakt van Internet-sites voor mobiele
toepassingen om informatie te updaten/spelletjes te
spelen). Het netwerk brengt u mogelijk meer in rekening
als u netwerktoepassingen gebruikt. Neem contact op
met uw netwerkoperator voor meer informatie.
(M 6-1-3)
(M 6-2)
66 Mijn telefoon
Toepassingen downloaden
Bevestigingsscherm
Voordat u de toepassing downloadt, wordt u gevraagd om
te bevestigen wat u gaat ontvangen.
Nadat u de informatie op het bevestigingsscherm heeft
gecontroleerd, kunt u de toepassing downloaden.
Opmerking
Op sommige informatieschermen is
gebruikersverificatie vereist voordat de toepassing kan
worden gedownload.
Toepassingen uitvoeren
“Mijn telefoon”
“Mijn games & meer”
“Opgeslagen downl.
Achtereenvolgens worden vanaf de laatste toepassing de
gedownloade toepassingen getoond.
1. Selecteer de titel van de toepassing die u wilt uitvoeren.
De geselecteerde toepassing wordt uitgevoerd.
Bij gebruik van toepassingen voor
netwerkverbindingen kan verbinding met het netwerk
worden geselecteerd.
2. Om de toepassing te beëindigen, drukt u op F en
selecteer “Einde”.
Meer games
“Mijn telefoon”
“Mijn games & meer”
“Meer
games”
1. Selecteer de toepassing die u wilt downloaden.
De WAP-browser wordt gestart en er verschijnt een
bevestigingsbericht waarin u wordt gevraagd om de
download te bevestigen.
2. Druk op e om te beginnen met downloaden.
3. Druk op e wanneer u klaar bent.
Mijn ringtones
De ringtones die zijn gemaakt door de Ringtone-editor en
de AMR-gegevens die zijn opgenomen door de functie
Geluidopname, worden beheerd in de Opgeslagen
ringtones. De standaardringtones bevinden zich niet in de
Opgeslagen ringtones.
: SMAF-formaat
: Originele ringtone (samengesteld in de Ringtone-
editor)
: Standaard MIDI-formaat
: i Melody-formaat
: WAVE-formaat
: AMR-formaat
Tip
SMAF (Synthetic Music Mobile Application Format) is
een muziekgegevensformaat voor mobiele telefoons.
(M 6-2-1)
(M 6-2-2)
(M 6-3)
Mijn telefoon 67
Ringtones afspelen
“Mijn telefoon
“Mijn ringtones”
“Opgeslagen
ringtones”
1. Selecteer het bestand dat u wilt afspelen.
Om met afspelen te stoppen, drukt u op e.
Opmerking
Het volume hangt af van de instellingen van het
Multimedia-volume (p. 97). Het geluid wordt
gedeactiveerd wanneer “Multimedia-volume” op “Stil
is ingesteld. Om het volume in te stellen, drukt u op a
(of d/omhoogtoets zijkant) of b (of c/omlaagtoets
zijkant).
De ringtone selecteren
“Mijn telefoon
“Mijn ringtones”
“Opgeslagen
ringtones”
1. Selecteer het bestand dat u wilt gebruiken als ringtone.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Instellen als ringtone”.
De geselecteerde ringtone wordt automatisch gebruikt
als de ringtone van de huidige Profielen.
Opmerking
Bestanden in het AMR- of WAVE-formaat kunnen niet
als ringtone worden gebruikt.
Een ringtonebestand verzenden met MMS
“Mijn telefoon
“Mijn ringtones”
“Opgeslagen
ringtones”
1. Selecteer het bestand dat u wilt verzenden.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
3. Selecteer “Als MMS”.
Voor bijzonderheden over het maken van een bericht,
zie “Een nieuwe MMS maken” op pagina 47.
Als u een geluidsbestand selecteert dat is gemaakt met
de Ringtone-editor, voer dan ook stap 4 hieronder uit.
4. Selecteer het bestandsformaat “SMAF”, “MIDI” of
“i Melody”.
Opmerking
Auteursrechtelijk beveiligde ringtones kunnen niet met
een bericht worden meegestuurd.
Alleen het eerste gedeelte van de gegevens wordt
omgezet als u bij stap 4 “i Melody” selecteert.
68 Mijn telefoon
Ringtone-bestanden uploaden
U kunt uw ringtones uploaden naar het MMS Album.
Opmerking
Sommige netwerkoperators leveren deze dienst niet.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
“Mijn telefoon”
“Mijn ringtones”
“Opgeslagen
ringtones
1. Selecteer het bestand dat u wilt uploaden.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
3. Selecteer “Naar album”.
Indien u bij stap 1 uw originele ringtone selecteert, ga
dan als volgt te werk. Maakt u deze keuze niet, ga dan
verder met stap 5.
4. Selecteer het bestandsformaat: “SMAF”, “MIDI” of
“i Melody”.
5. Druk op [Ja].
Opmerking
Auteursrechtelijk beveiligde ringtones kunt u niet
uploaden.
Ringtone-bestanden downloaden
“Mijn telefoon”
“Mijn ringtones”
“Meer
ringtones
Op het scherm verschijnt de download-site van de
ringtonebestanden.
Mijn video’s
Beheer is mogelijk van videoclips die zijn opgenomen door
een videocamera of videoclips die zijn gedownload vanaf
Internet-sites voor mobiele toepassingen.
Videoclipbestanden afspelen
“Mijn telefoon”
“Mijn video’s”
“Opgeslagen
video’s”
1. Selecteer het bestand dat u wilt afspelen.
2. Druk op e.
Om het afspelen te hervatten, drukt u nogmaals op e.
Om met afspelen te stoppen, drukt u op [Vorige].
Om terug te keren naar de originele grootte, drukt u op
[×1].
Opmerking
Het volume hangt af van de instellingen van het
Multimedia-volume (p. 97). Het geluid wordt
gedeactiveerd wanneer “Multimedia-volume” op “Stil”
is ingesteld. Om het volume af te stellen, drukt u op a
(of d/de omhoog-toets aan de zijkant) of b (of c/de
omlaag-toets aan de zijkant).
(M 6-3-4)
(M 6-4)
Mijn telefoon 69
Een videoclipbestand verzenden met MMS
“Mijn telefoon
“Mijn video’s”
“Opgeslagen
video’s”
1. Selecteer het bestand dat u wilt verzenden.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
3. Selecteer “Als MMS”.
Voor bijzonderheden over het maken van een bericht,
zie “Een nieuwe MMS maken op pagina 47.
Opmerking
Auteursrechtelijk beveiligde videoclips kunnen niet met
een bericht worden meegestuurd.
Videoclipbestanden uploaden
U kunt uw videoclips uploaden naar het MMS Album.
Opmerking
Sommige netwerkoperators leveren deze dienst niet.
Neem contact op met uw netwerkoperator voor meer
informatie.
“Mijn telefoon
“Mijn video’s”
“Opgeslagen
video’s”
1. Selecteer het bestand dat u wilt uploaden.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
3. Selecteer “Naar album”.
4. Druk op [Ja].
Videoclipbestanden downloaden
“Mijn telefoon
“Mijn video’s”
“Meer video’s”
Op het scherm verschijnt de download-site van de
videoclipbestanden.
(M 6-4-3)
70 Mijn telefoon
Gegevens van Mijn telefoon verzenden
Kies het betreffende menu.
“Mijn telefoon”
“Mijn afbeeldingen”
“Opgeslagen
afb.”
“Mijn telefoon”
“Mijn ringtones”
“Opgeslagen
ringtones
“Mijn telefoon”
“Mijn video’s”
“Opgeslagen
video’s”
1. Selecteer het gewenste bestand.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
3. Selecteer “Via Bluetooth”.
Voor “Via Bluetooth
De telefoon begint binnen een afstand van 10 meter naar
andere Bluetooth-apparaten te zoeken.
Als er apparaten worden gedetecteerd, dan verschijnt er een
lijst met geactiveerde apparaten waarin u het gewenste
apparaat kunt selecteren. De verbinding kan tot stand
worden gebracht en het bestand wordt verzonden.
Opmerking
Afbeeldingen/ringtones/videoclips die auteursrechtelijk
zijn beveiligd, kunnen niet worden verzonden.
Als u apparaten pairt, moet u uw wachtwoord opgeven
als u voor de eerste maal contact maakt met een
apparaat waarop Bluetooth is geactiveerd, behalve
wanneer “Verificatie(p. 92) is ingesteld op “Uit”.
Gegevens van Mijn telefoon ontvangen
Wanneer de telefoon gegevens van Mijn telefoon ontvangt,
verschijnt er een bevestigingsbericht.
1. Druk op [Ja].
De ontvangen gegevens worden geregistreerd in de
corresponderende map van Mijn telefoon.
Druk op [Nee] om de ontvangst af te wijzen.
Tip
Voor bijzonderheden over de Bluetooth-instellingen, zie
“Verbindingenop pagina 90.
Mijn telefoon 71
Mijn sjablonen
U kunt maximaal 20 tekstsjablonen registreren voor
gebruik in SMS- en MMS-berichten.
In elke tekstsjabloon kunnen 120 tekens worden
geregistreerd.
Mijn sjablonen maken
“Mijn telefoon
“Mijn sjablonen”
1. Selecteer het nummer dat u wilt registreren.
2. Voer de tekst in en druk vervolgens op e.
Mijn sjablonen bewerken
“Mijn telefoon
“Mijn sjablonen”
1. Selecteer de tekstsjabloon die u wilt bewerken.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Bewerken”.
3. Voer nieuwe tekst in en druk vervolgens op e.
Mijn sjablonen tonen
“Mijn telefoon
“Mijn sjablonen”
De lijst met Mijn sjablonen wordt vervolgens getoond.
1. Selecteer de tekstsjabloon die u wilt bekijken.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Tonen”.
Mijn sjablonen verwijderen
“Mijn telefoon
“Mijn sjablonen”
1. Selecteer de tekstsjabloon die u wilt verwijderen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verwijderen”.
Geheugenstatus
Met deze functie kunt u de geheugenstatus van Mijn
telefoon controleren. Geheugenstatus omvat Opgeslagen
downloads, Mijn afbeeldingen, Mijn ringtones en Mijn
video’s.
“Mijn telefoon
“Geheugenstatus”
(M 6-5)
(M 6-7)
72 Games & meer
Games & meer
Opgeslagen downloads
De lijst met Java™-toepassingen wordt weergegeven.
Achtereenvolgens worden vanaf de laatste toepassing de
gedownloade toepassingen getoond.
Toepassingen uitvoeren
Voor bijzonderheden over het uitvoeren van toepassingen,
zie “Toepassingen uitvoeren” op pagina 66.
Downloadinformatie tonen
“Games & meer”
“Opgeslagen downl.
1. Selecteer de gewenste Java™-toepassing.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Download info”. De
gedetailleerde informatie wordt getoond.
Toestemming instellen
Wanneer u gebruikmaakt van Java™-toepassingen die
verbinding maken met het netwerk, kan met deze optie online
beveiliging voor monetaire transacties worden ingesteld.
De functie en bevestigingsmethode selecteren
“Games & meer”
“Opgeslagen downl.
1. Selecteer de gewenste Java™-toepassing.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Toestemming”.
3. SelecteerWeb toegang” om in te stellen hoe de
Java™-toepassing toegang tot het netwerk krijgt.
4. Selecteer de gewenste bevestigingsmethode.
Altijd on line: Staat toe dat de Java™-toepassing zonder
bevestiging kan worden gebruikt.
Eenmalig: Informeert u wanneer de Java™-
toepassing voor de eerste maal
verbinding maakt met het netwerk. Als
aan u toegang wordt verleend, worden
geen bevestigingen meer gevraagd totdat
u de toepassing verwijdert.
Sessie: Informeert u wanneer de Java™-
toepassing voor de eerste maal
verbinding maakt met het netwerk. Als
aan u toegang wordt verleend, worden
geen bevestigingen meer gevraagd totdat
de toepassing wordt beëindigd.
Altijd: Informeert u telkens wanneer de Java™-
toepassing verbinding met het netwerk
maakt, ongeacht of al dan niet aan u
toegang wordt verleend.
Niet on line: Voorkomt dat de Java™-toepassing
verbinding met het netwerk maakt en er
vindt geen bevestiging plaats.
(M 1)
(M 1-1)
Games & meer 73
Toestemmingen resetten
U kunt alle ingevoerde toestemmingen resetten.
“Games & meer”
“Opgeslagen downl.
1. Selecteer de gewenste Java™-toepassing.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Toestemming”.
3. Selecteer “Reset toestemmingen”.
Achtergrond
U kunt voor het standby-scherm achtergrondtoepassingen
(screensavers) downloaden.
“Games & meer”
“Achtergrond”
“Aan/uitzetten”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Opmerking
Als u “Aan” selecteert en geen achtergrondtoepassing
wordt ingesteld, verschijnt een lijst met beschikbare
achtergronden en wordt u gevraagd een keuze te maken.
Toepassing instellen
“Games & meer”
“Achtergrond”
“Toepassing
instellen”
De gedownloade toepassingen worden weergegeven.
1. Selecteer de gewenste achtergrondtoepassing.
Activering
U kunt instellen hoe lang het moet duren voordat de
achtergrondtoepassing wordt geactiveerd.
“Games & meer”
“Achtergrond”
“Activering”
1. Voer met de cijfertoetsen de activeringstijd in twee
cijfers in.
Meer downloads
U kunt toepassingen downloaden.
“Games & meer”
“Meer downloads”
Op het scherm verschijnt de download-site van de
toepassingen.
1. Selecteer de toepassing die u wilt downloaden.
De WAP-browser wordt gestart en er verschijnt een
bevestigingsbericht waarin u wordt gevraagd om de
download te bevestigen.
2. Druk op e om te beginnen met downloaden.
3. Druk op e wanneer u klaar bent.
(M 1-2)
(M 1-2-2)
(M 1-2-3)
(M 1-3)
74 Games & meer
Instellingen
Oproep & alarminst.
U kunt instellen hoe aan inkomende gesprekken of alarmen
prioriteit moet worden gegeven terwijl een toepassing
actief is.
“Games & meer”
“Game instel.”
“Oproep &
alarminst.”
1. Selecteer “Inkomend gesprek” of “Alarm”.
2. Selecteer de methode.
Gespreksprioriteit” of “Alarmprioriteit”:
De toepassing wordt automatisch onderbroken, en u kunt
het gesprek ontvangen, of het alarm klinkt. Nadat het
gesprek is beëindigd of het alarm eindigt, wordt het
pictogram ( ) getoond om u te laten weten dat er een
onderbroken toepassing is.
Gespreksindicatie” of “Alarmindicatie”:
Op de eerste regel van het scherm wordt een marquee
(verschuivende tekst) weergegeven terwijl de toepassing
wordt vervolgd. Als u op D drukt, wordt de toepassing
onderbroken, en kunt u een gesprek ontvangen. Nadat
het gesprek is beëindigd, wordt het pictogram
“Onderbreken” ( ) getoond om u te laten weten dat er
een onderbroken toepassing is.
Volume
U kunt het volume van de toepassing, bijvoorbeeld het
geluid van effecten, op vijf niveaus instellen of
uitschakelen. Als “Multimedia-volume” (p. 97) op “Stil”
ingesteld is, heeft deze instelling prioriteit.
“Games & meer”
“Game instel.
“Volume”
Getoond wordt het huidige volume.
1. Druk op a
(of d
) om het volume te verhogen of druk
op b (of c) om het volume te verlagen, en druk
vervolgens op e.
Displayverlichting
“Games & meer”
“Game instel.
“Displayverlichting
“Aan/uitzetten”
1. SelecteerAan”, “Uit” of “Standaardinstell.”.
“Aan”: Brandt terwijl de toepassing
actief is.
“Uit”: Brandt niet terwijl de toepassing
actief is, ook wanneer een toets
wordt ingedrukt.
“Standaardinstell.”: De displayverlichting wordt
gebaseerd op de
displayverlichting die is
ingesteld in de telefoon. (p. 100)
(M 1-4)
(M 1-4-1)
(M 1-4-2)
(M 1-4-3)
Games & meer 75
Knipperinstelling instellen
Met deze instelling wordt de displayverlichting door de
toepassing geregeld. Als deze ingesteld is op “Uit”, kan de
displayverlichting vanuit de toepassing niet worden
ingeschakeld.
“Games & meer”
“Game instel.”
“Displayverlichting”
“Knipperen”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Trilalarm
Wanneer in de toepassing het trilalarm is ingesteld, kunt u
dit in- of uitschakelen.
Wanneer in de toepassing een SMAF-bestand is
gespecificeerd, kunt u het trilalarm gebruiken dat in het
SMAF-bestand is ingesteld.
Opmerking
SMAF (Synthetic Music Mobile Application Format) is
een muziekgegevensformaat voor mobiele telefoons.
“Games & meer”
“Game instel.”
“Trilalarm”
1. Selecteer “Inschakelen”, “Uitschakelen” of
“Trillen&Geluid”.
Wanneer u “Trillen&Geluid” kiest, wordt het trilalarm
gesynchroniseerd met het geluid van het SMAF-
bestand in de toepassing.
Standaardinstellingen
Alle onderdelen resetten in het menu Instellingen
“Games & meer”
“Game instel.”
“Standaardinstellingen”
1. Voer uw toestelcode in.
De toestelcode is standaard ingesteld op0000”. Voor
bijzonderheden over het wijzigen van de toestelcode,
zie “De toestelcode wijzigen” op pagina 112.
Java™ informatie
De informatie over de licenties van Java™ wordt
weergegeven.
(M 1-4-4)
(M 1-4-5)
(M 1-5)
76 Toepassingen
Toepassingen
Vodafone menu
U kunt de informatie raadplegen op de SIM-kaart. Neem
contact op met uw netwerkoperator voor meer
bijzonderheden.
Alarm
De alarmen instellen
Met de alarmfunctie kunt u op een opgegeven tijdstip
worden gealarmeerd.
Vergeet niet dat het alarm niet juist werkt als de klok niet
ingesteld is.
Opmerking
Het alarm werkt ook wanneer de telefoon uitgeschakeld is.
Het alarm gaat niet af als “Volume belsignaal” (p. 94) op
“Stil” ingesteld is.
“Toepassingen
“Alarm”
1. Selecteer de lege instelling.
2. Voer de gewenste tijd in.
Het type alarmtoon wijzigen
3. Selecteer “Alarmtoon instell.”
4. Selecteer “Toon”.
5. Selecteer “Standaard ringtones” of “Mijn ringtones”.
6. Selecteer de gewenste toon.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een toon,
zie “Ringtone kiezen” op pagina 94.
Het trilalarm van de alarmtoon instellen
7. Selecteer “Trilalarm”.
8. Selecteer “Inschakelen”, “Uitschakelen” of
“Trillen&Geluid”.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
trilalarm, zie “Trilalarm” op pagina 95.
De duur van de alarmtoon instellen
9. Selecteer “Geluidsduur”.
10.Voer de gewenste tijd (02-59) in.
11.Druk op [Vorige].
De herhaaloptie instellen
12.Selecteer “Dagelijks herhalen”.
13.SelecteerAan” of “Uit”.
14.Druk op [Opslaan].
(M 3)
(M 3-1)
(M 3-2)
Toepassingen 77
De alarminstelling bewerken
“Toepassingen”
“Alarm”
1. Selecteer de gewenste optie en bewerk deze.
Een alarminstelling resetten
“Toepassingen”
“Alarm”
1. Selecteer het alarm dat u wilt resetten.
2. Selecteer “Opnieuw instellen”.
Alle alarminstellingen resetten
“Toepassingen”
“Alarm
“Alles wissen”
Een alarm deactiveren en activeren
“Toepassingen”
“Alarm”
1. Selecteer het alarm dat u wilt deactiveren of activeren.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Uitschakelen” of
“Inschakelen”.
Rekenmachine
Met de rekenmachinefunctie kunnen met gebruik van 12
cijfers de 4 rekenkundige bewerkingen worden uitgevoerd.
“Toepassingen”
“Rekenmachine”
In het display verschijnt de rekenmachine.
De toetsen worden als volgt bediend.
Om een decimaalpunt in te voeren, drukt u op R.
Om het ingevoerde cijfer of bewerkingsteken te wissen,
drukt u op [Wissen].
Om berekeningen uit te voeren, drukt u op e.
Om een nieuwe berekening te starten, drukt u op
[Wissen].
(M 3-3)
78 Toepassingen
Omrekening wisselkoersen
U kunt de rekenmachine ook gebruiken als een
valutacalculator om met een door u ingevoerde
omrekeningskoers een valuta om te zetten naar/van uw
eigen valuta.
Een omrekeningskoers instellen voor een valuta
“Toepassingen
“Rekenmachine”
[Opties]
“Wisselkoers”
1. Selecteer “Buitenland -> Eigen” of “Eigen ->
Buitenland”.
2. Voer de valuta-omrekeningskoers in.
Om alle cijfers te verwijderen, drukt u op [Wissen].
Een waarde omrekenen
“Toepassingen
“Rekenmachine”
1. Voer de waarde in die moet worden omgerekend.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Eigen valuta” of
“Buitenlandse valuta”.
Opmerking
U kunt stap 2 niet uitvoeren wanneer een rekenkundig
symbool (
+
,
,
×
of
÷
) wordt weergegeven.
Geluidopname
Hiermee kunt u een memo van maximaal 60 seconden
opnemen, dat u kunt gebruiken om u te herinneren aan
geplande taken of dat u met een MMS-bericht mee kunt
sturen. De opgenomen memo wordt geregistreerd in
Opgeslagen ringtones. Memo’s worden opgeslagen in het
formaat “.amr”.
Een memo opnemen
“Toepassingen”
“Geluidopname”
1. Druk op e om de opname te starten.
Om te stoppen met opnemen voordat de opnametijd
voorbij is, drukt u op e.
2. Selecteer “Opslaan” om de memo op te slaan.
Om de opgenomen memo af te spelen, selecteert u
“Afspelen”.
Om nogmaals een memo op te nemen, drukt u op
[Annuleren].
Opmerking
Om de opnamegrootte te wijzigen voordat u opneemt,
drukt u op [Opties] en selecteerOpnamegrootte”.
Selecteer vervolgens “Max. Duur” of “Normale lengte”.
Wanneer u de berichtgrootte zoals beschreven op
pagina 51 op “100 KB” instelt, wordt “Opnamegrootte
niet weergegeven.
(M 3-4)
Toepassingen 79
Het volume hangt af van de instellingen van het
Multimedia-volume (p. 97). Het geluid wordt
gedeactiveerd wanneer “Multimedia-volume” op “Stil”
is ingesteld. Om het volume af te stellen, drukt u op a
(of d/de omhoog-toets aan de zijkant) of b (of c/de
omlaag-toets aan de zijkant).
Memo’s verzenden
“Toepassingen”
“Geluidopname”
1. Druk op e om de opname te starten.
2. Druk op e om de opname stop te zetten.
3. Selecteer “Opslaan en verzenden”.
Voor bijzonderheden over het maken van een bericht, zie
“Een nieuwe MMS maken” op pagina 47.
Opmerking
“Opslaan en verzenden” wordt niet weergegeven nadat
een opname is gemaakt in de modus Lange opname.
Ringtone-editor
U kunt zelf een originele ringtone maken of u kunt een
ringtone als bijlage meesturen met een MMS.
Per melodie kunt u 95 tonen ×
32 stemmen, 190 tonen ×
16
stemmen of 380 tonen × 8 stemmen invoeren.
De originele ringtone wordt geregistreerd in Opgeslagen
ringtones.
Een originele ringtone maken
“Toepassingen”
“Ringtone-editor”
“Nieuwe
ringtone
1. Voer de titel in.
Er kunnen maximaal 24 tekens worden ingevoerd.
2. Selecteer een tempo.
Het muziektempo wordt hieronder beschreven.
“Allegro (snel)”: 150
“Moderato (normaal)”: 125
Andante (langzaam)”: 107
“Adagio (zeer langzaam)”: 94
3. Selecteer “Voor 8 akkoorden”, Voor 16 akkoorden” of
“Voor 32 akkoorden”.
4. Geef met de cijfertoetsen de toonladder en rust op.
Voor bijzonderheden over het opgeven van het
geluidsniveau en rust, zieDe toonladder en rust
opgeven” op pagina 80.
(M 3-5)
(M 3-5-1)
80 Toepassingen
5. Druk op P
of R
om de muzieknootsoorten of rust op
te geven.
Voor bijzonderheden over het invoeren van
muzieknoten en rust, zie ook “De muzieknoten en rust
opgeven” op pagina 81.
6. Druk na het invoeren van één noot op d.
Voer de volgende muzieknoot in nadat de cursor naar
rechts is verplaatst.
7. Herhaal stap 4 t/m 6 om noten in te voeren.
Bij het invoeren van noten kunt u het volgende doen:
Druk op e om alle ingevoerde noten af te spelen.
Druk op [Opties] en selecteer:
“Afspelen tot cursor” om noten tot de cursorpositie af te
spelen.
“Akkoord selecteren” om een ander akkoord te
selecteren.
“Instrument” om de toon in te stellen of te wijzigen met
behulp van verschillende instrumenten. (p. 82)
“Volume instellen” stelt het toonvolume in. (p. 82)
8. Wanneer u klaar bent met het invoeren van gegevens,
drukt u op [Opties] en selecteer “Opslaan”.
9. Selecteer “Opslaan in Mijn telefoon”.
Opmerking
Het volume hangt af van de instellingen van het
Multimedia-volume (p. 97). Het geluid wordt
gedeactiveerd wanneer “Multimedia-volume” op “Stil”
is ingesteld.
Als de capaciteit of het geheugen in de Opgeslagen
ringtones onvoldoende is, verschijnt het bericht
“Maximumcapaciteit:250 Niet geregistreerd.” of “Niet
geregistreerd. Geheugen vol.”. Het scherm keert terug
naar stap 9. Probeer het opnieuw nadat onnodige
gegevens zijn verwijderd.
Ringtones die bestaan uit te veel korte noten (zestiende
noten en triolen) kunnen bij stap 8 niet worden
afgespeeld en het volgende bericht verschijnt: “Kan niet
afspelen omdat per seconde te veel noten zijn ingesteld
Het scherm keert terug naar stap 5.
Het bericht “Kan niet opslaan omdat per seconde te veel
noten zijn ingesteld” wordt mogelijk ook weergegeven
en het scherm keert terug naar stap 5.
Verminder het aantal ringtones, vervang korte noten,
annuleer triolen, etc. om het probleem te verhelpen.
De toonladder en rust opgeven
Geef met de hieronder getoonde toetsen de toonladder en
rust op.
Do Re Mi Fa TiSol La
Rust
GHIJKLMQ
Toepassingen 81
Als u de hierboven getoonde toetsen eenmaal indrukt,
wordt in de middelste ladder een kwartnoot aangegeven
(geen markering).
Als u dezelfde toets herhaaldelijk indrukt, doorloopt de
noot het beschikbare octaafbereik.
Indien u bij het selecteren van een muzieknoot op of a b
drukt, wordt de muzieknoot met een halve toon verhoogd
of verlaagd.
Wanneer u een rust invoert, wordt een kwartrust ingevoerd.
De muzieknoten en rust opgeven
Druk herhaaldelijk op P of R.
Als u een gepuncteerde noot of triool maakt, druk dan op
O na het selecteren van de doelnoot.
Opmerking
U kunt geen gepuncteerde zestiende noot (zestiende rust)
of een gepuncteerde hele noot (hele rust) maken.
Voor een triool zijn drie doorlopende noten vereist.
Om een boogje aan te geven, drukt u na het selecteren van
de doelnoten op N.
Naast de noot wordt een liggend streepje (_) weergegeven
en de noot wordt verbonden met de volgende.
Om naar de volgende muzieknoot te gaan, drukt u op d om
de cursor naar rechts te verplaatsen. Herhaal vervolgens de
procedures op de vorige pagina’s.
Indien de cursor naast een noot staat, kunt u de noot direct
links van de cursor herhalen wanneer u op a
of b
drukt.
LL L
L
( ) ( ) ( ) ( ) ( )
P P P
P
P
82 Toepassingen
De toon instellen
De telefoon kan noten afspelen met verschillende
instrumenten.
U kunt een keus maken uit 128 basistonen (8 soorten van:
Piano, Bellen, Orgel, Gitaar, Bas, Viool 1, Viool 2, Koper,
Houtblazers, Panfluit, Synth Leads, Synth Pads, Synth
Effects, Etnisch, Slagwerk en Effecten) en 61 uitgebreide
tonen (40 soorten Drums (FM) en 21 soorten Drums (WT)).
1. Druk op [Opties] en selecteer Instrument” bij stap 7 op
pagina 80.
2. Druk op c of d om een tooncategorie te selecteren.
3. Druk op a of b om een toon te selecteren.
4. Druk op e.
U kunt nu een originele ringtone maken.
Tip
U kunt de ringtone afspelen in de geselecteerde toon
door bij stap 4 op [Opties] te drukken en “Onderdeel
afspelen” te selecteren. In plaats hiervan kunt u ook de
toonladder afspelen in de geselecteerde toon door
“Voorbeeld” te selecteren.
Het toonvolume instellen
Het toonvolume kan bij elke melodie op 3 niveaus worden
ingesteld.
Bij aanschaf van deze telefoon is het toonvolume ingesteld
op “Hoog”.
1. Druk op [Opties] en selecteer “Volume instellen” bij
stap 7 op pagina 80.
2. Selecteer een toonvolume.
U kunt nu een originele ringtone maken.
Toepassingen 83
Originele ringtone bewerken
“Toepassingen”
“Ringtone-editor”
“Opgeslagen
ringtones”
1. Selecteer een originele ringtone die u wilt bewerken.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Bewerk melodie”.
3. Bewerk de titel.
4. Selecteer een tempo en het aantal stemmen.
5. Bewerk de gegevens.
6. Wanneer u klaar bent met het invoeren van gegevens,
drukt u op [Opties] en selecteer “Opslaan”.
7. Selecteer “Opslaan in Mijn telefoon”.
8. Selecteer “Overschrijven” of “Nieuw”.
Opmerking
Wanneer het aantal stemmen bij stap 4 wordt gewijzigd,
is het mogelijk dat er een bevestigingsbericht verschijnt.
Als u op [Ja] drukt, kan het zijn dat een gedeelte van de
ringtone wordt verwijderd.
Tip
U kunt de ringtone verwijderen na of vóór de cursor door
op [Opties] te drukken en “Verwijderen na cursor” of
“Verwijderen tot cursor” te selecteren.
Noten kopiëren en plakken
U kunt een gedeelte van de ringtone kopiëren en naar een
andere locatie verplaatsen.
Alleen originele ringtones of bewerkbare ringtones kunnen
worden gekopieerd of verplaatst.
1. Druk in het toonladderscherm op [Opties] en selecteer
“Kopiëren” of “Knippen”.
2. Verplaats de cursor naar de eerste noot die moet
worden gekopieerd of geknipt en druk vervolgens op
e.
3. Verplaats de cursor naar de laatste noot om het gebied
te selecteren en druk vervolgens op e.
4. Druk op [Opties] en selecteer “Plakken”.
5. Verplaats de cursor naar het punt waar u de noten wilt
plakken en druk vervolgens op e.
Help
U kunt de Help bekijken en deze gebruiken als richtlijn bij
het gebruik van de telefoonfuncties.
“Toepassingen”
“Help”
1. Druk op a of b.
(M 3-5-2)
(M 3-6)
84 Kalender
Kalender
In de kalender kunt u gemakkelijk afspraken plannen, die
aan de datum en tijd worden gerelateerd. Deze items
kunnen ook via Bluetooth naar een PC worden verzonden
om dezelfde schema’s te kunnen delen.
Een nieuw item invoeren
“Kalender”
1. Selecteer de dag waaraan u een gebeurtenis wilt
toevoegen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Nieuw item”.
3. Voer het onderwerp in.
4. Voer de locatie in.
5. Selecteer de gewenste categorie.
6. Voer de startdatum in.
7. Voer de starttijd in.
8. Selecteer de gewenste duur.
9. Selecteer de gewenste herinneringsoptie.
Opmerking
De herinneringsfunctie werkt ook wanneer de telefoon
uitgeschakeld is.
Het herinneringsalarm gaat niet af als “Volume
belsignaal” (p. 94) op “Stil” ingesteld is.
Wanneer u bij stap 8 de optie “Overig” selecteert, kunt
u de gewenste einddatum en tijd invoeren.
Wanneer u bij stap 9 de optie “Overig” selecteert, kunt
u de gewenste datum en tijd invoeren.
Het kan gemakkelijker zijn om op de maandelijkse
kalender de gewenste datum te zoeken. Druk hiertoe op
[Opties] en selecteer “Raadpleeg kalender” als u in het
gegevensinvoerscherm bij stap 6 de “Startdatum” wilt
invoeren of wanneer u bij stap 8 en 9 enzovoort de optie
“Overig” kiest.
(M 7)
Kalender 85
De herinneringstoon bewerken
“Kalender”
1. Selecteer de dag inclusief schema-items waarvan u de
herinneringstoon wilt bewerken.
2. Selecteer het gewenste item.
3. Druk op [Opties] en selecteer “Bewerken”.
4. Selecteer het herinneringsveld en selecteer de gewenste
optie.
Als u “Geen herinnering selecteert, wordt de
herinnering uitgeschakeld.
5. Selecteer Toon” en selecteer Standaard ringtones” of
“Mijn ringtones”.
6. Selecteer de gewenste toon.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een toon,
zie “Ringtone kiezen” op pagina 94.
7. Selecteer “Trilalarm” en kies “Inschakelen”,
“Uitschakelen” of “Trillen&Geluid”.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
trilalarm, zie “Trilalarm” op pagina 95.
8. Selecteer “Geluidsduur” en voer de gewenste tijd in.
9. Druk op [OK].
10.Druk op [Opslaan].
Een schema-item verzenden
“Kalender”
1. Selecteer de dag die schema-items bevat die u wilt
verzenden.
2. Selecteer het item dat u wilt verzenden.
3. Druk op [Opties] en selecteer “Verzenden”.
4. Selecteer “Via Bluetooth”.
Voor “Via Bluetooth
De telefoon begint binnen een afstand van 10 meter naar
andere Bluetooth-apparaten te zoeken.
Als er apparaten worden gedetecteerd, dan verschijnt er een
lijst met geactiveerde apparaten waarin u het gewenste
apparaat kunt selecteren. De verbinding kan tot stand
worden gebracht en het item wordt verzonden.
Opmerking
Als u apparaten pairt, moet u uw wachtwoord opgeven
als u voor de eerste maal contact maakt met een
apparaat waarop Bluetooth is geactiveerd, behalve
wanneer “Verificatie” (p. 92) is ingesteld op “Uit”.
86 Kalender
Een schema-item ontvangen
Wanneer de telefoon een schema-item ontvangt, verschijnt
er een bevestigingsbericht.
1. Druk op [Ja].
Het ontvangen item wordt geregistreerd in de Kalender.
Druk op [Nee] om de ontvangst af te wijzen.
Tip
Voor bijzonderheden over het instellen van Bluetooth,
zie “Verbindingen” op pagina 90.
Een item weergeven
“Kalender”
1. Selecteer de dag die u wilt weergeven.
De lijst met items wordt weergegeven.
2. Selecteer het gewenste item.
Druk op d om, indien beschikbaar, in de geselecteerde
dag heen en weer te gaan tussen items.
Zoeken op datum
1. Druk op [Opties] in het maandelijkse of dagelijkse
scherm.
2. Selecteer “Ga naar”.
3. Selecteer “Vandaag” om de dag van vandaag weer te
geven of “Voer datum in” om de gewenste datum in te
voeren.
Zoeken op onderwerp
1. Druk op [Opties] in het maandelijkse of dagelijkse
scherm.
2. Selecteer “Zoeken”.
3. Voer de gewenste tekst in.
De weekindeling wijzigen
1. Druk op [Opties] in het maandelijkse scherm.
2. Selecteer “Weekindeling”.
3. Selecteer “Maandag-Zondag” of “Zondag-Zaterdag”.
Items verwijderen
1. Druk op [Opties] in het maandelijkse of dagelijkse
scherm.
2. Selecteer “Verwijderen”.
3. Selecteer de gewenste optie.
“Dit item” (alleen dagelijks scherm):
Verwijdert het geselecteerde
item.
“Alles deze dag”: Verwijdert alle items van de
geselecteerde dag.
“Alles van deze maand”:Verwijdert alle items van de
geselecteerde maand.
“Alles tot laatst. maand”:Wist alle itemsór de huidige
maand.
“Alle items”: Verwijdert alle items uit deze
toepassing.
Contacten 87
Contacten
Gespreksregister
De telefoon bewaart de laatste 10 gemiste oproepen,
ontvangen oproepen en gekozen nummers.
Gespreksregister tonen
“Contacten”
“Gespreksregister
1. Druk op c
of d
om heen en weer te gaan tussen “Alle
oproepen”, “Gekozen nrs”, “Gemis. oproep.” en “Ontv.
oproepen”.
Het geselecteerde gespreksregister verschijnt.
2. Selecteer het telefoonnummer dat u wilt tonen.
Als u het nummer wilt bellen, druk dan op D.
Tip
U kunt gespreksregisters ook controleren door in de
standby-modus op D te drukken.
Berichten verzenden
1. Selecteer in de gespreksregisterlijst de gespreksrecord
waarnaar u een bericht wilt verzenden.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Bericht maken”.
3. Selecteer “MMS”, “SMS” of “MMS per Post”.
Voor bijzonderheden over het maken van een bericht,
zie “Een nieuwe MMS maken” op pagina 47 of “Een
nieuwe SMS maken en verzenden” op pagina 54.
Een gespreksregister verwijderen
1. Selecteer in de gespreksregisterlijst het
gespreksregister dat u wilt verwijderen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verwijderen”.
(M 8)
(M 8-2)
88 Contacten
Snelkiezen
U kunt telefoonnummers bekijken die geregistreerd zijn
onder Snelkiezen en hier andere handelingen uitvoeren.
“Contacten”
“Snelkiezen”
De namen en telefoonnummers die zijn opgeslagen onder
Snelkiezen worden achtereenvolgens weergegeven.
Mijn nummers
U kunt uw eigen spraak-, data- en faxnummers bekijken.
“Contacten”
“Mijn nummers”
1. Selecteer het telefoonnummer dat u wilt bekijken. Kies
tussen “Spraak”, “Data” of “Fax”.
Opmerking
Het is mogelijk dat “Data” of “Fax” niet wordt
weergegeven. Dit hangt af van de SIM-kaart.
Gesprekstimers
Met deze functie kunt u de duur van uw gesprekken
controleren.
De duur van het laatste gesprek en alle
gesprekken controleren
“Contacten
“Gesprekstimers
1. Selecteer “Ontv. oproepen” of “Gekozen nrs”.
De duur van het laatste gesprek en alle gesprekken
verschijnt op het scherm.
Datateller
U kunt het aantal bytes controleren dat u in de GPRS-
pakkettransmissie heeft gebruikt.
“Contacten
“Datateller
1. Selecteer “Laatste data” of “Alle data”.
Datateller resetten
“Contacten
“Datateller
“Teller wissen”
(M 8-3)
(M 8-4)
(M 8-5)
(M 8-6)
Contacten 89
Gesprekskosten
Met deze functie kunt u de kosten van uw gesprekken
controleren.
Sommige netwerken ondersteunen kosteninformatie niet.
Controleer bij uw netwerkoperator of dit mogelijk is.
De kosten van het laatste gesprek controleren
“Contacten
“Gesprekskosten”
“Laatste gesprek
De kosten van het laatste gesprek verschijnen op het
scherm.
De totale gesprekskosten controleren
“Contacten
“Gesprekskosten”
“Alle oproepen”
De kosten van alle gesprekken verschijnen op het scherm.
Het tarief instellen
Stel het tarief in om de gesprekskosten te berekenen en stel
de maximale limiet voor gesprekskosten in.
“Contacten
“Gesprekskosten”
“Kosteneenheden”
“Eenheden instellen
1. Voer uw PIN2-code in.
2. Voer een kosteneenheid in.
Om een decimaalpunt in te voeren, drukt u op R.
3. Voer een valuta in (max. 3 tekens).
De kostenlimiet instellen
Deze functie is handig als u ervoor wilt zorgen dat u een
bepaald kostenbedrag niet overschrijdt.
“Contacten”
“Gesprekskosten”
“Max. kosten”
“Limiet instellen”
1. Voer uw PIN2-code in.
2. Voer een waarde in.
Om een decimaalpunt in te voeren, drukt u op R.
Alle gesprekskosten resetten
“Contacten”
“Gesprekskosten”
“Kosten wissen”
1. Voer uw PIN2-code in.
Resterend beltegoed controleren
“Contacten”
“Gesprekskosten”
“Resterend
beltegoed”
(M 8-7)
90 Instellingen
Instellingen
Verbindingen
Door de instellingen in dit menu te configureren, kunt u
verbinding maken met telefoons waarop Bluetooth is
geactiveerd of met een PC via Bluetooth of een
USB-aansluiting.
De Bluetooth-functie gebruiken
Aan- of uitzetten
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth”
“Aan/uitzetten”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Als u “Aan” selecteert, wordt de Bluetooth-instelling
geactiveerd en verschijnt “ ”.
Tip
U kunt de draadloze Bluetooth-functie in- of
uitschakelen door tijdens standby op e en vervolgens
op R te drukken.
Zoeken naar apparaten die u wilt pairen
Om de Bluetooth-functie te gebruiken, moet u eerst zoeken
naar andere apparaten waarop Bluetooth is geactiveerd om
contact met uw telefoon tot stand te brengen. Houd uw
telefoon binnen een afstand van 10 meter van die andere
apparaten voordat u begint te zoeken.
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth”
1. Selecteer “Toestel zoeken”.
De telefoon begint binnen een afstand van 10 meter
naar andere apparaten te zoeken.
2. Selecteer het apparaat dat u wilt pairen.
3. Voer het wachtwoord van het apparaat in.
Opmerking
Als de Bluetooth-functie uitgeschakeld is voordat u gaat
zoeken, wordt door de telefoon Bluetooth automatisch
ingeschakeld en wordt met zoeken gestart.
Wanneer u nogmaals naar apparaten wilt zoeken,
selecteer dan opnieuw “Toestel zoeken” bij stap 1.
Vervolgens wordt de apparatenlijst getoond waarin alle
apparaten staan die voor zoeken in aanmerking komen.
Als u boven in de lijst de optie “Nieuwe apparaten”
selecteert en op e drukt, wordt opnieuw gezocht en
wordt de lijst vernieuwd.
U kunt voor pairing slechts één apparaat selecteren. Om
een ander gepaird apparaat te selecteren, zie “Hands
Free apparaten” op pagina 91.
(M 9)
(M 9-1)
(M 9-1-1)
Instellingen 91
Hands Free apparaten
U kunt in de lijst het gepairde Hands Free apparaat
activeren, hernoemen en verwijderen.
Een apparaat activeren
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth
“Handsfree toest.”
1. Selecteer het apparaat dat u wilt activeren.
Tip
U kunt besparen op batterijstroom door Bluetooth uit te
zetten als deze functie niet wordt gebruikt. Zet de
Bluetooth-functie uit onder “Aan- of uitzetten op
pagina 90 of onder “Automatisch uitzetten” op
pagina 92.
Tijdens een gesprek kunt u een spraakoproep
doorschakelen naar het gepairde apparaat. Druk op
[Opties] en selecteer “Bluet. inschak.”. Als u de
verbinding met het gepairde apparaat wilt beëindigen,
selecteer dan “Bluet. uitschak.”.
Een apparaat hernoemen
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth”
“Handsfree toest.”
1. Selecteer het apparaat dat u wilt hernoemen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Naam wijzigen”.
3. Geef het apparaat een nieuwe naam.
Een apparaatnaam verwijderen
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth”
“Handsfree toest.”
1. Selecteer het apparaat dat u wilt verwijderen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Verwijderen”.
Gepairde apparaten
U kunt in de lijst het gepairde apparaat hernoemen en
verwijderen.
92 Instellingen
Bluetooth-instellingen
Met deze optie kunt u uw telefoon hernoemen, voorkomen
dat andere telefoons uw telefoon herkennen, de draadloze
Bluetooth-functie automatisch uitzetten om te besparen op
batterijstroom, etc.
Uw telefoon hernoemen
U kunt uw telefoon hernoemen. De naam wordt getoond op
andere apparaten wanneer uw telefoon wordt gedetecteerd.
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth”
“Bluetooth-instellingen”
“Toestelnaam”
1. Voer de nieuwe apparaatnaam in.
Uw telefoon tonen of verbergen
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth”
“Zichtbaarheid”
1. Selecteer de gewenste zichtbaarheidsinstelling.
“Toon mijn tel.”: Staat toe dat uw telefoon wordt
herkend door andere apparaten.
“Verberg mijn tel.”: Verbergt uw telefoon voor andere
apparaten.
Automatisch uitzetten
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth”
“Bluetooth-instellingen”
“Afbreken bluetooth”
1. Selecteer de gewenste tijd.
Nadat de opgegeven tijdsduur is verstreken, schakelt
uw telefoon automatisch de functie uit.
Het verificatieverzoek in- of uitschakelen
U kunt de afzender of geadresseerde van de OBEX-
gegevens verzoeken het wachtwoord te verifiëren (het
wachtwoord uit te wisselen) voordat apparaten worden
gepaird.
“Instellingen”
“Verbindingen”
“Bluetooth”
“Bluetooth-instellingen
“Verificatie”
1. SelecteerAan” of “Uit”.
Opmerking
Voor de gepairde apparaten is geen verificatie vereist.
Ook als u “Uit” selecteert, kunt u het wachtwoord
uitwisselen als de afzender dit verzoekt.
PC-software
Door uw telefoon aan te sluiten op een PC, kunt u
afbeeldingen, ringtones, videoclips, items uit het
Telefoonboek en schema-items overzenden. Voer de
procedure uit waarmee de verbindingsmethode (Bluetooth
of USB) wordt geselecteerd. Voor bijzonderheden over de
installatie van de verbindingssoftware, zie pagina 114.
“Instellingen”
“Verbindingen”
“PC-software”
1. Selecteer het gewenste verbindingstype: “Datakabel”
of “Bluetooth”.
(M 9-1-2)
Instellingen 93
Profielen
Het toongeluid en het trilalarm kunnen voor elk profiel
afzonderlijk op de omstandigheden worden afgestemd.
Er zijn 6 profielen inclusief één profiel dat door de
gebruiker kan worden gedefinieerd: Normaal,
Vergadering, Actief, Auto, Headset en Stil.
Een profiel activeren
“Instellingen”
“Profielen”
1. Selecteer het gewenste profiel.
Opmerking
Wanneer een profiel is geselecteerd, verschijnt op het
standby-scherm het corresponderende symbool dat
beschreven staat op pagina 16.
Tip
Druk tijdens standby op R en houd deze toets ingedrukt
om heen en weer te gaan tussen de profielinstelling
Normaal en Stil.
Profielen aanpassen
“Instellingen”
“Profielen”
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer de instelling die u wilt aanpassen en breng de
gewenste wijzigingen aan.
Voor bijzonderheden over instellingen, zie pagina’s 94
t/m 98.
4. Druk op [Opslaan] wanneer u klaar bent.
Profielinstellingen resetten
“Instellingen”
“Profielen
1. Selecteer het profiel dat u wilt resetten.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Standaardinstellingen”.
3. Voer uw toestelcode in.
De toestelcode is standaard ingesteld op “0000”. Voor
bijzonderheden over het wijzigen van de toestelcode,
zie “De toestelcode wijzigen” op pagina 112.
(M 9-2)
94 Instellingen
Volume belsignaal
U kunt het volume van het belsignaal instellen op 6 niveaus
of een staptoon.
“Instellingen”
“Profielen
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Volume belsignaal”.
Getoond wordt het huidige volume.
4. Druk op a
(of d
) om het volume van het belsignaal te
verhogen of druk op b
(of c
) om het volume te
verlagen, en druk vervolgens op e.
Om “Oplopend” te selecteren, drukt u bij niveau 5 op
a
(of
d
).
Om
Stil
te selecteren, drukt u bij niveau 1 op b (of
c).
Ringtone kiezen
U kunt de ringtone kiezen uit 23 tonen, inclusief 5 patronen,
3 meldingen, 10 geluidseffecten en 5 melodieën. U kunt als
standaardringtone ook een geluid selecteren in de Opgeslagen
ringtones, behalve het AMR- of WAVE-formaat.
“Instellingen”
“Profielen”
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Ringtone toewijzen”.
4. SelecteerStandaard ringtones” of “Mijn ringtones”.
5. Selecteer de ringtone die u wilt gebruiken.
Om de demo af te spelen, drukt u op . Om met e
afspelen te stoppen, drukt u opnieuw op e.
6. Druk op [Opties] en selecteer “Selecteren”.
Opmerking
Als u een ringtone verwijdert die een geluid gebruikt uit
Opgeslagen ringtones, wordt de standaardringtone
geselecteerd.
Instellingen 95
Trilalarm
Wanneer het trilalarm is ingeschakeld, gaat de telefoon bij
inkomende gesprekken trillen, ongeacht de instellingen van
het belsignaalvolume en de toon.
“Instellingen”
“Profielen”
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Trilalarm”.
4. Selecteer “Inschakelen”, “Uitschakelen” of
“Trillen&Geluid”.
Tip
Wanneer bij stap 4 de optie “Trillen&Geluid” wordt
geselecteerd, worden de tijdpulsen van het trilalarm
gesynchroniseerd met de door u geselecteerde ringtone.
Houd er rekening mee dat niet alle ringtones de optie
“Trillen&Geluid” ondersteunen. Als u een dergelijke
ringtone selecteert, is alleen met de optie “Inschakelen”
bij stap 4 de trilalarmfunctie mogelijk.
Als u bij stap 4 “Inschakelen” of “Trillen&Geluid”
selecteert, wordt op het standby-scherm
weergegeven.
Meldingen
U kunt de meldingen in elk profiel aan uw persoonlijke
wensen aanpassen, onder meer de waarschuwingstonen,
berichtsignalen en de melding dat de batterij bijna leeg is.
Waarschuwingstoon
Bij een fout laat de telefoon een waarschuwingstoon horen.
“Instellingen”
“Profielen
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Meldingen”.
4. Selecteer “Waarsch.-toon”.
5. Selecteer “Aan/uitzetten”.
6. Selecteer “Aan” of “Uit”.
7. Selecteer “Volume” en selecteer “Hard”, “Gemiddeld”
of “Zacht”.
8. Selecteer “Toon” en selecteer “Standaard ringtones” of
“Mijn ringtones”.
9. Selecteer de gewenste toon.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een toon,
zie “Ringtone kiezen” op pagina 94.
10.Selecteer “Geluidsduur” en selecteer de gewenste tijd.
96 Instellingen
Berichtsignaal
U kunt speciale ringtones instellen voor binnenkomende
berichten.
“Instellingen”
“Profielen
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Meldingen.
4. Selecteer “Berichtsignaal”.
5. Selecteer “MMS”, “SMS” of “WAP”.
6. Selecteer “Volume” en selecteer het gewenste volume.
7. Selecteer “Ringtone” en selecteer “Standaard
ringtones” of “Mijn ringtones”.
8. Selecteer de gewenste ringtone.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
ringtone, zie “Ringtone kiezen” op pagina 94.
9. Selecteer “Trilalarm” en kies “Inschakelen”,
“Uitschakelen” of “Trillen&Geluid.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
trilalarm, zie “Trilalarm” op pagina 95.
10.Selecteer “Geluidsduur” en voer de gewenste tijd in.
Batterij bijna leeg
U kunt het volume van de melding instellen die klinkt
wanneer de batterij bijna leeg is.
“Instellingen”
“Profielen”
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Meldingen”.
4. SelecteerBatterij bijna leeg”.
5. Selecteer “Hard”, “Zacht” of “Stil”.
Toetstonen
Wanneer toetstonen ingeschakeld is, hoort u een
bevestigingstoon telkens wanneer u een toets indrukt.
“Instellingen”
“Profielen”
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Toetstonen”.
4. SelecteerAan/uitzetten”.
5. SelecteerAan” of “Uit”.
6. Selecteer “Volume” en selecteer “Hard”, “Gemiddeld”
of “Zacht”.
Instellingen 97
7. Selecteer “Toon” en selecteer “Standaard ringtones”,
“Mijn ringtones” of “Standaard toetstoon”.
Wanneer u “Standaard toetstoon” selecteert, ga dan
naar stap 9.
8. Selecteer de gewenste toon.
Voor bijzonderheden over het selecteren van de toon,
zie “Ringtone kiezen” op pagina 94.
9. Selecteer “Geluidsduur” en selecteer de gewenste tijd.
Multimedia-volume
U kunt het volume instellen voor Video opnemen,
Geluidopname, Ringtone-editor, Mijn telefoon, de browser
en MMS-berichten.
“Instellingen”
“Profielen”
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Multimedia-volume”.
Getoond wordt het huidige volume.
4. Druk op a
(of d
) om het volume te verhogen of druk
op b (of c) om het volume te verlagen, en druk
vervolgens op e.
Om “Stil” te selecteren, drukt u bij niveau 1 op b (of
c).
Opstartgeluid/Afsluitgeluid
De telefoon kan zodanig worden ingesteld dat een geluid
klinkt wanneer de telefoon wordt in- of uitgeschakeld. U
kunt het volume, de duur en de melodie voor deze taak
definiëren.
“Instellingen”
“Profielen
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Opstartgeluid” of “Afsluitgeluid.
4. Selecteer “Aan/uitzetten”.
5. Selecteer “Aan” of “Uit”.
6. Selecteer “Volume” en selecteer het gewenste volume.
7. Selecteer “Ringtone” en selecteer “Standaard
ringtones” of “Mijn ringtones”.
8. Selecteer de gewenste ringtone.
Voor bijzonderheden over het selecteren van een
ringtone, zie “Ringtone kiezen” op pagina 94.
9. Selecteer “Geluidsduur” en selecteer de gewenste tijd.
98 Instellingen
Echo annuleren
Met deze functie elimineert u irritante echo’s, vooral
wanneer u gebruikmaakt van de Hands Free Car kit.
“Instellingen”
“Profielen
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Echo annuleren”.
4. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Antwoord met willekeurige toets
U kunt een gesprek ook beantwoorden door op een
willekeurige toets, behalve F of [In gespr.], te drukken.
Voor bijzonderheden, zie pagina 20.
“Instellingen”
“Profielen
1. Selecteer het profiel dat u wilt aanpassen.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Antw. willek. toets”.
4. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Automatisch beantwoorden (alleen voor
Hands Free Car kit)
Met de automatische beantwoordingsfunctie kunt u
gesprekken automatisch beantwoorden door de Hands Free
Car kit voor Bluetooth aan te sluiten op uw telefoon via de
draadloze Bluetooth-technologie.
U kunt instellen hoe lang het moet duren voordat uw
telefoon de oproep beantwoordt.
“Instellingen”
“Profielen”
1. Selecteer “Auto”.
2. Druk op [Opties] en selecteer “Aanpassen”.
3. Selecteer “Autom. antw.”.
4. Selecteer de gewenste tijd.
Selecteer “Uit” om dit uit te schakelen.
Instellingen 99
Het display instellen
U kunt de instellingen van het scherm wijzigen.
Het intern display instellen
De achtergrond instellen
Voor het standby-scherm zijn 3 afbeeldingen meegeleverd.
Als achtergrond kunt u gebruik maken van foto’s die met
de digitale camera zijn genomen of van afbeeldingen die
vanaf een WAP-site zijn gedownload.
Mijn afbeeldingen instellen
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Achtergrond”
“Mijn afbeeldingen”
1. Selecteer de gewenste afbeelding.
2. Druk op e nadat u de afbeelding heeft weergegeven.
3. Geef met de navigatietoetsen het gebied op dat u wilt
weergeven.
Opmerking
Sommige afbeeldingen kunnen niet worden gebruikt
vanwege het afbeeldings- en gegevenstype.
Wanneer u een bestand gebruikt in het formaat
Animation GIF, schakel dan de optie “Standby-
kalender” uit.
De maandelijkse kalender weergeven
U kunt tijdens standby de maandelijkse kalender
weergeven.
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Standby-kalender”
1. Selecteer “Eén maand” of “Twee maanden”.
Selecteer “Uit” om de instelling uit te zetten.
Opmerking
Als u “Eén maand” of “Twee maanden” selecteert
wanneer u voor de achtergrond het bestand in het
formaat Animation GIF gebruikt, wordt de
achtergrondinstelling teruggezet naar de
standaardinstelling. Wanneer u het bestand gebruikt in
het formaat Animation GIF, selecteer dan “Uit”.
Tip
Welke weekindeling de maandelijkse kalender heeft,
hangt af van de instelling van “Weekindeling” (p. 86).
De afbeeldingen toewijzen
Afbeeldingen kunnen worden weergegeven bij het in- of
uitschakelen van de stroom, tijdens ontvangst van een
inkomend gesprek of bij werking van het alarm.
Gebruik kan worden gemaakt van foto’s die zijn genomen
met een digitale camera of afbeeldingen die vanaf een
WAP-site zijn gedownload.
(M 9-3)
(M 9-3-1)
100 Instellingen
Standaardafbeeldingen instellen
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Grafische afbeeld.”
1.
Selecteer de gewenste situatie om de afbeelding in te stellen.
2. Selecteer “Stand.afbeeld.” wanneer u bij stap 1 de optie
“Aanzetten telefoon” of “Uitzetten telefoon” selecteert.
Selecteer “Patroon 1”, “Patroon 2” of “Patroon 3”
wanneer u bij stap 1 de optie “Inkomend gesprek” of
“Alarm” selecteert.
Mijn afbeeldingen instellen
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Grafische afbeeld.”
1.
Selecteer de gewenste situatie om de afbeelding in te stellen.
2. Selecteer “Mijn afbeeldingen”.
3. Selecteer de gewenste afbeelding.
4. Druk na het oproepen van de afbeelding op e.
5. Geef met de navigatietoetsen het gebied op dat u wilt
weergeven.
Opmerking
Sommige afbeeldingen kunnen niet worden gebruikt
vanwege het afbeeldings- en gegevenstype.
De begroeting instellen
U kunt instellen welk bericht moet verschijnen wanneer de
telefoon wordt ingeschakeld.
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Begroeting”
1. SelecteerAan/uitzetten”.
2. SelecteerAan” of “Uit”.
3. Selecteer “Bericht bewerk.” en voer het bericht in.
Als bericht kunnen maximaal 16 tekens worden
opgeslagen.
Voor bijzonderheden over het invoeren van tekens, zie
“Tekens invoeren” op pagina 25.
De klok tonen
Op het standby-scherm kunt u de huidige datum en/of tijd
weer laten geven.
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Klok
tonen”
1. Selecteer “Alleen tijd”, “Datum & tijd” of “Uit”.
De displayverlichting instellen
U kunt de telefoon zo instellen dat tijdens het indrukken
van de toetsen op het toetsenblok of wanneer de optionele
sigarettenaansteker-oplader op de telefoon wordt
aangesloten, op het scherm de displayverlichting in- of
uitgeschakeld wordt.
U kunt wijzigen hoe lang de displayverlichting
ingeschakeld moet staan. Een kortere inschakelduur
verlengt de levensduur van de batterij.
Tip
De displayverlichting van deze telefoon is standaard
ingesteld op 15 seconden.
Instellingen 101
De uitschakeltijd van de displayverlichting instellen
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Displayverlichting”
“Tijd verstreken”
1. Selecteer de gewenste tijdsduur.
Selecteer “Uit” om de instelling uit te zetten.
In/uitschakeling van de displayverlichting wanneer
opgeladen wordt met de sigarettenaansteker-oplader
Als deze instelling ingeschakeld staat, gaat de
displayverlichting van de telefoon aan wanneer de
Sigarettenaansteker-oplader wordt aangesloten.
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Displayverlichting”
“In de auto”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
De helderheid van de displayverlichting instellen
U kunt de helderheid van de displayverlichting van het
scherm instellen op 4 niveaus.
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Displayverlichting”
“Helderheid”
1.
Stel de helderheid in door op a
(Licht) of b
(Donker)
te drukken om een maximale helderheid te
bewerkstelligen.
2. Druk op e.
De spaarstand van het display instellen
Het scherm van deze telefoon wordt automatisch uitgezet.
U kunt de tijdsduur instellen die moet verstrijken voordat
de spaarstand wordt ingeschakeld. Een kortere tijdsduur
verlengt de levensduur van de batterij.
Tip
De spaarstand van het display is standaard ingesteld op
10 minuten.
“Instellingen”
“Display”
“Intern display”
“Display spaarstand
1. Selecteer de gewenste tijd.
Opmerking
De spaarstand van het display werkt niet terwijl u belt,
WAP of een toepassing gebruikt.
De spaarstand van het display annuleren: De spaarstand
van het display duurt voort totdat een toets wordt
ingedrukt of een oproep binnenkomt. De eerste toets die
u indrukt, heeft alleen tot gevolg dat de
spaarstandfunctie wordt geannuleerd. U moet
vervolgens een tweede toets indrukken om numerieke
waardes of tekst in te voeren.
Het externe display instellen
De uitschakeltijd van de displayverlichting
instellen
U kunt voor het externe display instellen wanneer de
displayverlichting moet worden uitgeschakeld.
“Instellingen”
“Display”
“Extern display”
“Displayverlichting”
1. Selecteer de gewenste tijdsduur.
Selecteer “Uit” om de instelling uit te zetten.
(M 9-3-2)
102 Instellingen
Het contrast instellen
U kunt het LCD-contrast van het externe display instellen
op 9 niveaus.
“Instellingen”
“Display”
“Extern display”
“LCD-contrast”
1. Stel het contrast optimaal af door op a b (Hard) of
(Zacht) in te drukken.
2. Druk op e.
Display-instelling resetten
De display-instellingen kunnen worden gereset naar de
standaardinstelling.
“Instellingen”
“Display”
“Standaardinstellingen
1. Voer uw toestelcode in.
De toestelcode is standaard ingesteld op “0000”. Voor
bijzonderheden over het wijzigen van de toestelcode,
zie “De toestelcode wijzigen” op pagina 112.
Geluid
U kunt dit menu gebruiken om de huidige instellingen van
de Profielen te bekijken of bewerken.
Oproepinstellingen
U kunt verschillende functies en diensten instellen.
Doorschakelen
Deze dienst wordt gebruikt om, als u onder bepaalde
omstandigheden een oproep niet kunt of wilt
beantwoorden, inkomende oproepen door te schakelen naar
uw voicemail of naar een ander nummer.
Oproepen doorschakelen
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Doorschakelen”
1. Selecteer een van de volgende opties.
“Alle oproepen”: Schakelt alle spraakoproepen door
zonder dat de telefoon overgaat.
“Indien in gesprek”: Schakelt inkomende gesprekken
door wanneer u in gesprek bent.
“Geen gehoor”: Schakelt inkomende gesprekken
door als u de oproep niet binnen
een bepaalde tijd beantwoordt.
“Buiten bereik”: Schakelt inkomende gesprekken
door wanneer uw telefoon zich
buiten het netwerk bevindt of
uitgeschakeld is.
2. Selecteer “Aan”.
(M 9-3-3)
(M 9-4)
(M 9-5)
(M 9-5-1)
104 Instellingen
Gesprekken beperken
Met deze functie kunt u beperkingen opleggen aan
inkomende en uitgaande gesprekken. Om deze optie te
activeren, heeft u het gespecificeerde wachtwoord nodig.
Dit kan worden geleverd door uw netwerkoperator.
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Gesprekken
beperken”
1. Selecteer “Uitgaande gesprekken of “Inkomend
gesprek”.
Uitgaande gesprekken:
Blokkeert uitgaande
gesprekken.
Inkomend gesprek: Blokkeert inkomende
gesprekken.
2. Selecteer een van de volgende opties.
(Voor “Uitgaande gesprekken”)
Internat. gesprek.: Blokkeert alle uitgaande
blokkeer internation.
Alle uitgaand blokk.: Blokkeert alle uitgaande
gesprekken behalve
noodoproepen.
Alleen nation. & eigen: Blokkeert alle uitgaande
internationale gesprekken
behalve naar het land waar u
woont.
(Voor “Inkomend gesprek”)
Alle inkomend blokk.: Blokkeert alle inkomende
gesprekken.
Blokkeer in buitenl.: Blokkeert alle inkomende
gesprekken wanneer u
buiten het dekkingsgebied
bent van uw geregistreerde
netwerkoperator.
3. Selecteer een van de volgende opties.
“Alle diensten”: Blokkeert alle diensten.
“Spraakoproepen”: Blokkeert alle
spraakoproepen.
“Data”: Blokkeert alle
datagesprekken.
“Fax”: Blokkeert alle
faxgesprekken.
“Berichten”: Blokkeert alle berichten.
“Alles beh. berichten”: Blokkeert alle diensten
behalve berichten.
4. SelecteerAan” of “Uit”.
5. Voer het netwerkwachtwoord in.
Instellingen annuleren
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Gesprekken
beperken
1. Selecteer “Uitgaande gesprekken” of “Inkomend
gesprek”.
2. Selecteer “Alle annuleren”.
3. Voer het netwerkwachtwoord in.
(M 9-5-4)
Instellingen 105
Beperkte telefoonlijst
Wanneer de beperkte telefoonlijst ingeschakeld is, kunt u
alleen bellen met vooraf ingestelde nummers.
Opmerking
De Beperkte telefoonlijst is niet beschikbaar bij sommige
providers of SIM-kaarten. Neem contact op met uw
netwerkoperator voor meer informatie.
Beperkte telefoonlijst inschakelen
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Gesprekken
beperken”
“Beperkte tel. lijst”
1. Voer uw PIN2-code in.
2. Selecteer “Aan/uitzetten”.
3. Selecteer “Aan” of “Uit”.
Een nieuwe naam toevoegen
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Gesprekken
beperken”
“Beperkte tel. lijst”
1. Voer uw PIN2-code in.
2. Selecteer “Lijst bewerken.
3. Selecteer “Nieuw contact”.
4. Voeg een naam en telefoonnummer toe.
Voor bijzonderheden over het toevoegen van een naam
en telefoonnummer, zie “Nieuw contact” op pagina 32.
5. Druk op [Opslaan].
Het netwerkwachtwoord wijzigen
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Gesprekken
beperken”
“Wachtwoord wijzigen
1. Voer het oude netwerkwachtwoord in.
2. Voer een nieuw netwerkwachtwoord in.
3. Voer nogmaals het nieuwe netwerkwachtwoord in.
Als u het onjuiste wachtwoord invoert, wordt u
gevraagd het wachtwoord opnieuw in te voeren.
4. Druk op e.
Automatische nummerherhaling
Zie “Automatische nummerherhaling” op pagina 20.
Minutenteller
De functie Minutenteller houdt u op de hoogte van uw
spreektijd door na elke minuut een toon te laten horen.
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Minutenteller”
1. Selecteer “Aan” of “Uit”.
(M 9-5-5)
(M 9-5-6)
106 Instellingen
Oproepinstellingen resetten
De oproepinstellingen kunnen worden gereset naar de
standaardinstelling.
“Instellingen”
“Oproepinstellingen”
“Standaardinstellingen”
1. Voer uw toestelcode in.
De toestelcode is standaard ingesteld op “0000”. Voor
bijzonderheden over het wijzigen van de toestelcode,
zie “De toestelcode wijzigen” op pagina 112.
Datum & tijd
U dient de juiste tijd en datum in te voeren. Anders zullen
de op tijd gebaseerde functies van uw telefoon niet juist
werken.
“Instellingen”
“Datum & tijd”
“Datum/tijd
instellen”
1. Voer met de cijfertoetsen de dag, maand, het jaar en de
tijd in.
Tip
Als u de tijd in een 12-uurs notatie invoert, druk dan op
P om am in pm te wijzigen, of vice versa. De volgorde
waarin de datum en tijd verschijnen is gebaseerd op de
instelling van de notatie.
De tijdnotatie selecteren
“Instellingen”
“Datum & tijd”
“Tijdnotatie”
1. Selecteer “12 uur” of “24 uur”.
De datumnotatie selecteren
“Instellingen”
“Datum & tijd”
“Datumnotatie”
1. Selecteer “D.M.J”, “M-D-J” of “J/M/D”.
De zomertijd instellen
“Instellingen”
“Datum & tijd”
“Zomertijd”
1. SelecteerAan” of “Uit”.
De tijdzone instellen
“Instellingen”
“Datum & tijd”
“Tijdzone”
“Zone wijzigen”
1. Druk op c
of d
om de woonplaats te selecteren.
De tijdzone aanpassen
“Instellingen”
“Datum & tijd”
“Tijdzone”
“Zone aanpassen”
1. Voer met de cijfertoetsen de tijdzoneverschillen in.
Door steeds op P te drukken gaat u heen en weer
tussen en +.
(M 9-5-7)
(M 9-6)

Produktspecifikationer

Varumärke: Sharp
Kategori: Mobiltelefon
Modell: GX29
Enhetsplacering: Ingebouwd
Typ av operation: Draaiknop
Power grill: 1400 W
Färg på produkten: Roestvrijstaal
Dörrgångjärn: Neer
Inbyggd display: Nee
Vikt: 28000 g
Bredd: 595 mm
Djup: 575 mm
Höjd: 595 mm
Nettoskatt: 2593 W
Grill: Ja
Sladdlängd: 1.2 m
Wi-Fi-kontroll: Nee
Energie-efficiëntieklasse: A
Förpackningens vikt: 30000 g
Förpackningens bredd: 640 mm
Djuppackning: 650 mm
Förpackningshöjd: 650 mm
Belysning inuti: Ja
Konvektionsmatlagning: Ja
Antal lampor: 1 lampen
Total inomhuskapacitet (ugnar): 59 l
Antal ugnar: 1
Lätt att städa: Ja
Kontrollposition: Voorkant
Installationsfackets bredd: 568 mm
Installationsfack djup: 550 mm
Installationsfack höjd: 600 mm
Nuvarande: 10 A
Antal glasdörrpaneler: 2
Installationsfack höjd (min): 590 mm
Energiförbrukning (konventionell): 0.75 kWu
Energiförbrukning (tvungen konvektion): - kWu
Ugnsstorlek: Middelmaat
Typ av ugn: Elektrische oven
Total ugnseffekt: 2593 W
Ugn med nettokapacitet: 59 l
Över- och undervärme: Ja
Ugnens termostatområde: 50 - 250 °C
Självrengörande: Nee
Undervärmning: Ja
Övervärme: Ja
Konvektionskraft: 750 W
Avtagbart dörrglas: Ja
Installationsfackets bredd (min): 558 mm
Inre material: Titanium
Bottenvärme + konvektion (single mode): Ja
Antal hyllplatser: 5
Materialbricka: Geglazuurd
Tillagningsmetod i ugnen: Met ventilator
AC-ingångsspänning: 220 - 240 V
AC-ingångsfrekvens: 50 - 60 Hz
Energieffektivitetsskala: A tot F

Behöver du hjälp?

Om du behöver hjälp med Sharp GX29 ställ en fråga nedan och andra användare kommer att svara dig