Motorola SVG1501 Bruksanvisning

Läs gratis den bruksanvisning för Motorola SVG1501 (83 sidor) i kategorin Nätverkskommunikation. Guiden har ansetts hjälpsam av 21 personer och har ett genomsnittsbetyg på 5.0 stjärnor baserat på 11 recensioner. Har du en fråga om Motorola SVG1501 eller vill du ställa frågor till andra användare av produkten? Ställ en fråga

Sida 1/83
m
Motorola SURFboard®
Draadloze spraak-gateway Series SVG1501*
Gebruiksaanwijzing
*SVG1501
SVG1501E
SVG1501U
SVG1501UE
B
ii
© 2009 Motorola, Inc. Alle rechten voorbehouden. Niets uit deze uitgave mag in enige vorm of op enige wijze worden
verveelvoudigd of gebruikt als basis voor een ander werk (zoals een vertaling, een herwerking of een aanpassing) zonder de
schriftelijke toestemming van Motorola, Inc.
MOTOROLA en het gestileerde M Logo zijn gedeponeerd in het US Patent & Trademark Office (Amerikaanse dienst voor octrooien
en handelsmerken). SURFboard is een gedeponeerd handelsmerk van General Instrument Corporation, een volwaardige
dochteronderneming van Motorola, Inc. Microsoft, Windows, Windows NT, Windows Vista, Internet Explorer, DirectX en Xbox LIVE
zijn gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation en Windows XP is een gedeponeerd handelsmerk van Microsoft
Corporation. Linux® is een gedeponeerd handelsmerk van Linus Torvalds in de Verenigde Staten en andere landen. UNIX is een
gedeponeerd handelsmerk van The Open Group in de Verenigde Staten en andere landen. Macintosh is een gedeponeerd
handelsmerk van Apple Computer, Inc. Adobe, Adobe Acrobat en Adobe Acrobat Reader zijn gedeponeerde handelsmerken van
Adobe Systems, Inc. Alle andere namen van producten of diensten zijn eigendom van hun respectieve eigenaren. Niets van de
inhoud van dit document mag in enige vorm of op enige wijze verveelvoudigd of overgedragen worden zonder de schriftelijke
toestemming van de uitgever.
Motorola behoudt zich het recht voor om deze publicatie van tijd tot tijd te herzien en de inhoud ervan te wijzigen, zonder dat
Motorola tot kennisgeving van een dergelijke herziening of wijziging verplicht is. Motorola levert deze handleiding zonder enige vorm
van garantie, impliciet of expliciet, waaronder maar niet beperkt tot de impliciete garanties van verkoopbaarheid en geschiktheid
voor een specifiek doel. Motorola kan te allen tijde verbeteringen of wijzigingen aanbrengen aan het/de product(en) dat/die in deze
handleiding beschreven is/zijn.
B
iii
i Wettelijke en
veiligheidsinformatie
BELANGRIJKE VEILIGHEIDSINSTRUCTIES
Neem bij het gebruik van uw telefooninstallatie altijd de elementaire voorzorgsmaatregelen in acht om de
kans op brand, elektrische schokken en letsels aan personen te voorkomen, waaronder de volgende punten:
Lees alle hier en/of in de gebruiksaanwijzing vermelde instructies voordat u dit apparaat gaat
gebruiken. Let vooral op alle voorzorgsmaatregelen in verband met de veiligheid. Bewaar de
instructie voor latere naslag.
Installeer en gebruik dit apparaat volledig in overeenstemming met de instructies van de fabrikant
zoals beschreven in de gebruiksaanwijzing van het apparaat.
Let op alle waarschuwingen in de instructies. Let op alle waarschuwingssymbolen op het apparaat.
Om brand of elektrocutie te voorkomen, mag dit apparaat niet worden blootgesteld aan regen of
vocht. Het apparaat mag niet worden blootgesteld aan druppelende of rondspattende vloeistof.
Plaats geen voorwerpen gevuld met vloeistoffen, een vaas bv., op het apparaat.
Dit apparaat werd gekwalificeerd onder testomstandigheden die het gebruik van de bij het product
geleverde kabels tussen de systeemcomponenten vooropstelden. Om aan de reglementaire en
veiligheidsvoorschriften te voldoen, mag u uitsluitend de bij het product geleverde voedings- en
interfacekabels gebruiken en moet u deze correct installeren.
Verschillende types van snoeren kunnen worden gebruikt voor de aansluitingen op de netvoeding.
Gebruik uitsluitend een netsnoer dat voldoet aan alle veiligheidsvoorschriften die van toepassing
zijn op het apparaat in het land waar u dit gebruikt.
De installatie van dit apparaat dient in overeenstemming te zijn met de nationale voorschriften voor
bedrading en met de lokale reglementen.
Gebruik dit apparaat alleen met een voedingsbron van het type zoals aangegeven op het label van
het apparaat. Neem contact op met uw dealer of plaatselijk nutsbedrijf als u niet zeker bent van het
type stroom in uw woning.
Sluit niet te veel apparaten aan op het stopcontact of het verlengsnoer; anders kan er kans op
brand of elektrische schokken ontstaan. Overbelaste stopcontacten, verlengsnoeren, uitgerafelde
netsnoeren, beschadigde of gebarsten kabelisolatie en gebroken stekkers zijn gevaarlijk. Ze kunnen
elektrische schokken of brand veroorzaken.
Leg de netsnoeren uit de weg zodat u er niet op loopt of dat u er geen voorwerpen op of tegen
plaatst. Let vooral goed op met de snoeren aan de stekkers en contactdozen en let op het punt
waar ze uit het apparaat komen.
Zet dit apparaat niet te ver van een stopcontact zodat u het bijgeleverde netsnoer kunt gebruiken.
Zet het apparaat op een plaats waar u er gemakkelijk bij kunt om de stekker van het netsnoer van
het apparaat uit het stopcontact te halen.
Steek de stekker niet in een verlengsnoer, stopcontact of een andere contactdoos als u de pennen
van de stekker er niet volledig kunt insteken.
Zet dit apparaat op een stabiel oppervlak.
De klant wordt aangeraden een wisselspanningsbeveiliging te installeren in het stopcontact waarop
dit apparaat wordt aangesloten. Zo wordt beschadiging van het apparaat door lokale
blikseminslagen en andere elektrische spanningspieken vermeden.
Stel de installatie uit indien er onweer met donder of bliksem dreigt in de omgeving.
B
v
BELANGRIJKE VOIP-INFORMATIE
Neem contact op met uw serviceprovider en/of uw plaatselijke overheid voor meer
informatie over het maken van noodoproepen via VoIP.
Bij gebruik van dit VoIP-apparaat KUNT U GEEN oproepen tot stand brengen, met
inbegrip van noodoproepen. De E911 locatiediensten zijn NIET beschikbaar in de
volgende omstandigheden:
Uw breedband ISP-verbinding valt uit, wordt verbroken of faalt hoe dan ook.
De stroomvoeding valt uit.
Bij gebruik van dit VoIP-apparaat kunt u mogelijk een noodoproep naar een operator maken, maar E911
locatiediensten zijn mogelijk niet beschikbaar in de volgende omstandigheden:
U hebt het fysieke adres van uw VoIP-apparaat veranderd en uw VoIP-serviceprovider niet
bijgewerkt of hoe dan ook op de hoogte gesteld van deze verandering.
U gebruikt een telefoonnummer van buiten de VS.
Het beschikbaar stellen van uw locatiegegevens in of via de plaatselijke database met
automatische locatiegegevens ondervindt vertragingen.
OPGELET: Uw serviceprovider, en niet Motorola, is verantwoordelijk voor de
VoIP-telefoniediensten via dit toestel. Motorola kan niet aansprakelijk worden
gehouden voor, en verwerpt uitdrukkelijk elke directe of indirecte
aansprakelijkheid, schade, verlies, claims, eisen, rechtsvorderingen, gronden tot
vorderingen, risico's of nadeel die voortvloeien uit of betrekking hebben op de
diensten verschaft via dit toestel.
FCC-VERKLARINGEN
FCC-INTERFERENTIEVERKLARING
Dit apparaat werd getest en voldoet aan de normen voor een digitaal product van Klasse B, overeenkomstig
Deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze normen hebben tot doel een redelijke bescherming te bieden tegen
schadelijke interferentie in een woonomgeving. Dit apparaat genereert en gebruikt radiofrequentie-energie;
het kan deze energie ook uitstralen en indien het niet volgens de instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt,
kan het de radiocommunicatie nadelig beïnvloeden. Er is echter geen garantie dat zich helemaal geen
interferentie zal voordoen. Indien dit apparaat interfereert met de radio- of televisieontvangst wat de
gebruiker kan nagaan door het apparaat uit en aan te zetten, kan de gebruiker de interferentie proberen te
verhelpen met een van deze maatregelen:
De antenne in een andere richting draaien of op een andere plaats neerzetten.
Het apparaat en de ontvanger verder uit elkaar plaatsen.
Het apparaat in een ander stopcontact steken dan dat waarop de ontvanger is aangesloten.
Contact opnemen met de dealer of een ervaren radio-/tv-technicus voor hulp.
Dit apparaat voldoet aan Deel 15 van de FCC-voorschriften. Het gebruik van het apparaat is onderworpen
aan deze voorwaarden: (1) Dit apparaat mag geen schadelijke interferentie veroorzaken, en (2) dit apparaat
moet elke inkomende interferentie aanvaarden inclusief interferentie die een mogelijk ongewenste werking
tot gevolg kan hebben.
FCC-WAARSCHUWING: Alle veranderingen of wijzigingen die niet uitdrukkelijk werden goedgekeurd door
Motorola, kunnen de bevoegdheid van de gebruiker om het apparaat te gebruiken, tenietdoen.
B
vi
FCC-VERKLARING INZAKE STRALINGSBLOOTSTELLING
Deze apparatuur voldoet aan de FCC-limieten voor stralingsblootstelling voor een ongecontroleerde
omgeving. Overeenkomstig de eisen inzake RF-blootstelling van de FCC moet de afstand tussen de antenne
en het lichaam van een persoon (met inbegrip van handen, polsen, voeten en enkels) minstens 20 cm
bedragen.
Deze zender mag niet op dezelfde plaats worden opgesteld of samen gebruikt met een andere antenne of
zender.
De beschikbaarheid van sommige specifieke kanalen en/of operationele frequentiebanden is landgebonden
en deze zijn af fabriek in firmware vastgelegd en afgestemd op de beoogde bestemmingen. De firmware-
instellingen zijn niet toegankelijk voor de eindgebruiker.
VERKLARING VAN INDUSTRY CANADA (IC)
Dit apparaat voldoet aan RSS-210 van de Industry Canada-regelgeving. Het gebruik van het apparaat is
onderworpen aan deze voorwaarden:
Dit apparaat mag geen interferentie veroorzaken, en
Dit apparaat moet alle interferentie accepteren, ook interferentie die kan leiden tot een ongewenste
werking van het apparaat.
Dit digitale apparaat van Class B voldoet aan de Canadese norm ICES-003.
Dit digitale apparaat van Klasse B is conform de Canadese norm NMB-003.
IC-VERKLARING INZAKE STRALINGSBLOOTSTELLING
BELANGRIJKE OPMERKING: Deze apparatuur voldoet aan de IC-stralingslimieten die zijn opgesteld voor
een ongecontroleerde omgeving. Bij de installatie en het gebruik van deze apparatuur moet een minimale
afstand van 20 cm (8 inch) tussen het stralingselement en uw lichaam in acht worden genomen.
INFORMATIE OVER DRAADLOZE LAN'S
Dit apparaat is een draadloos netwerkproduct dat gebruik maakt van Direct Sequence Spread Spectrum
(DSSS) en Orthogonal Frequency-Division Multiple Access (OFDMA) radiotechnologie. Het apparaat is
gebouwd voor gebruik samen met andere draadloze DSSS- en OFDMA-producten die voldoen aan:
De IEEE 802.11-norm voor draadloze LAN's (Revision B en Revision G), zoals bepaald en
goedgekeurd door het Institute of Electrical and Electronics Engineers.
Het Wireless Fidelity (Wi-Fi) certificaat zoals bepaald door de Wireless Ethernet Compatibility
Alliance (WECA).
BEPERKING OP HET GEBRUIK VAN DRAADLOZE APPARATEN
In sommige situaties of omgevingen kan het gebruik van draadloze apparaten worden beperkt door de
eigenaar van het gebouw of verantwoordelijke vertegenwoordigers van de organisatie. Bijvoorbeeld het
gebruik van draadloze apparatuur in een omgeving waar het risico op interferentie voor andere apparaten of
diensten als schadelijk wordt aanzien of geïdentificeerd.
Bij onzekerheid betreffende het van toepassing zijnde beleid voor het gebruik van draadloze apparatuur in
een specifieke organisatie of omgeving, vraagt u best toelating om het apparaat te gebruiken alvorens dit in
te schakelen.
De fabrikant is niet verantwoordelijk voor radio- of televisie-interferentie veroorzaakt door ongeoorloofde
modificatie van de met dit product meegeleverde apparaten, of door de vervanging of aansluiting van
B
viii
Inhoudstafel
Wettelijke en veiligheidsinformatie
Overzicht
Contactgegevens .............................................................................................................................. 1
Standaardkenmerken ........................................................................................................................ 1
SVG1501 LAN-keuzes ...................................................................................................................... 2
USB-aansluiting (alleen SVG1501U) ........................................................................................... 2
Draadloos LAN ........................................................................................................................... 2
Bedraad Ethernet-LAN ............................................................................................................... 4
Frontpaneel ....................................................................................................................................... 5
Achterpaneel .................................................................................................................................... 6
MAC-label ......................................................................................................................................... 7
Aan de slag...
Inhoud van de doos .......................................................................................................................... 8
Alvorens van start te gaan ................................................................................................................ 9
Abonnement bij een serviceprovider ......................................................................................... 9
Systeemeisen ............................................................................................................................ 9
De SVG1501 aansluiten .................................................................................................................. 10
De SVG1501U aansluiten ............................................................................................................... 11
Wandmontage van de SVG1501 .................................................................................................... 12
Wandmontagesjabloon ............................................................................................................ 14
Internettoegang installeren ............................................................................................................. 15
TCP/IP in Windows XP configureren ........................................................................................ 15
TCP/IP in Windows Vista configureren .................................................................................... 15
Het IP-adres in Windows XP controleren ................................................................................ 16
Het IP-adres in Windows Vista controleren ............................................................................. 16
Uw IP-adres vernieuwen .......................................................................................................... 17
Installeren van een Wi-Fi-netwerk .................................................................................................. 17
Basisconfiguratie
Starten van de Configuration Manager (CMGR) van de SVG1501 ................................................. 18
SVG1501 Menuoptiebalk ................................................................................................................ 19
Hulp vragen..................................................................................................................................... 20
De Configuration Manager (CMGR) van de SVG1501 afsluiten ..................................................... 20
Statuspagina's
Pagina met softwarestatus ............................................................................................................. 21
Pagina met verbindingsstatus ........................................................................................................ 21
Pagina met beveiligingsstatus ........................................................................................................ 22
Het standaardwachtwoord van de SVG1501 wijzigen ............................................................. 22
Pagina met statusdiagnosegegevens ............................................................................................. 23
Hulpprogramma Ping ............................................................................................................... 23
B
ix
Hulpprogramma Traceroute ..................................................................................................... 24
Pagina met status-logboek ............................................................................................................. 25
Basispagina's
Basisinsta llatiepagina ...................................................................................................................... 26
Basispagina DHCP .......................................................................................................................... 28
Basispagina DDNS .......................................................................................................................... 29
Basispagina Backup ........................................................................................................................ 30
Herstellen van de configuratie van uw SVG1501 .................................................................... 30
Een reservekopie maken van de configuratie van uw SVG1501 ............................................. 30
Advanced Pages (Pagina's "Geavanceerd")
Pagina "Geavanceerde opties" ........................................................................................................ 31
Pagina "Geavanceerde IP-filtering" .................................................................................................. 33
Pagina "Geavanceerde MAC-filtering" ............................................................................................. 34
Instellen van een MAC-adresfilter ............................................................................................ 34
Pagina "Geavanceerde poortfiltering" ............................................................................................. 35
Pagina "Geavanceerde poortdoorsturing" ....................................................................................... 36
Pagina "Geavanceerde poort-triggers" ............................................................................................ 37
Pagina "Geavanceerde DMZ-host" .................................................................................................. 38
Installeren van de DMZ-host .................................................................................................... 38
Pagina "Geavanceerde installatie van het Routing Information Protocol" ....................................... 38
Firewall-pagina's
Pagina met web-content-filters van de firewall .............................................................................. 40
Pagina met lokaal logboek van de firewall ...................................................................................... 41
Pagina met logboek van de firewall op afstand .............................................................................. 41
Pagina's met kinderslot
Pagina voor installatie van gebruiker met kinderslot ...................................................................... 43
Pagina voor basisinstallatie van kinderslot ..................................................................................... 45
Pagina met filter voor dagtijd van kinderslot .................................................................................. 46
Parental Control Local Log Page (Pagina met lokaal logboek voor kinderslot) ............................... 46
Wireless Pages (Pagina's over draadloze verbindingen)
Wireless 802.11 Radio Page (Draadloze 802.11 radioverbindingen) .............................................. 47
Wireless 802.11 Primary Network Page (Pagina voor primair draadloos 802.11 netwerk) ............ 48
Wireless 802.11 Advanced Page (Pagina draadloos 802.11 geavanceerd) .................................... 50
Wireless 802.11 Access Control Page (Pagina draadloos 802.11 toegangsregeling) .................... 52
Wireless 802.11 Wi-Fi Multimedia Page (Pagina draadloos 802.11 Wi-Fi multimedia) .................. 53
Wireless 802.11 Bridging Page (Pagina draadloos 802.11 overbrugging) ...................................... 54
Installeren van uw draadloze LAN .................................................................................................. 55
Encrypteren van draadloze LAN-transmissies ......................................................................... 55
Installeren van draadloze clients ..................................................................................................... 56
Installeren van een draadloze client voor WPA ........................................................................ 57
Configureren van een draadloze client voor WEP .................................................................... 57
Configureren van een draadloze client met de naam van het netwerk (SSID) ........................ 57
B
x
VPN-pagina's
Pagina "VPN - basis" ........................................................................................................................ 58
Pagina "VPN IPsec" ......................................................................................................................... 59
VPN L2TP/PPTP Page (Pagina VPN L2TP/PPTP) ...................................................................... 63
Pagina VPN-logboek ................................................................................................................. 64
MTA Pages (MTA-pagina's)
MTA Status Page (Pagina MTA-pagina) .......................................................................................... 65
MTA DHCP Page (Pagina MTA DHCP) ........................................................................................... 65
MTA QoS Page (Pagina MTA QoS) ................................................................................................ 66
MTA Provisioning Page (Pagina MTA-provisionering) .................................................................... 67
Pagina MTA-logboek ....................................................................................................................... 68
Opsporen en verhelpen van problemen
Oplossingen .................................................................................................................................... 69
LED's en fouttoestanden op het voorpaneel .................................................................................. 70
Softwarelicentie
B
1 • Overzicht 1
1 Overzicht
De Motorola SURFboard® draadloze spraak-gateway SVG1501 kan worden gebruikt in
huishoudens met één of meer computers met draadloze connectiviteit voor toegang op afstand
tot de draadloze spraak-gateway.
Deze gebruikershandleiding biedt een productoverzicht en installatiegegevens voor de SVG1501.
Tevens vindt u er instructies voor het installeren van de draadloze spraak-gateway en het
configureren van het draadloze LAN, Ethernet, router, DHCP, en beveiligingsinstellingen.
Opmerking: Alle verwijzingen naar de SVG1501 in deze handleiding gelden ook
voor SVG1501U, SVG1501E, en SVG1501UE, tenzij anders aangegeven. Alle
SVG1501U-verwijzingen gelden ook voor SVG1501UE.
Contactgegevens
Voor vragen of bijstand met de draadloze spraak-gateway SVG1501 kunt u contact opnemen
met uw serviceprovider.
Voor meer informatie over service, technische ondersteuning of garantieclaims: zie de
informatie van Motorola over de softwarelicentie voorschriften, garantie, veiligheid en
regelgeving die met de draadloze spraak-gateway SVG1501 wordt meegeleverd.
Standaardkenmerken
De draadloze spraak-gateway SVG1501 biedt de volgende kenmerken:
Combinatie van vijf afzonderlijke producten in één compacte eenheid – een DOCSIS® 2.0
kabelmodem, IEEE 802.11g draadloos toegangspunt (Wi-Fi©-gecertificeerd), Ethernet
10/100BaseT-aansluitingen, twee VoIP-internettelefoonaansluitingen en firewall
Geavanceerde firewall voor betere netwerkbeveiliging tegen ongewenste aanvallen via het
internet
Data-encryptie en netwerktoegangscontrole voor draadloze verbindingen
Wizard voor gemakkelijke draadloze installatie en instelling van beveiliging
Geïntegreerde supersnelle kabelmodem voor permanente breedbandtoegang
Eén breedbandverbinding voor maximaal 245 computers
IEEE 802.11g draadloze toegang voor thuis- of kleine bedrijfsnetwerken
Voice-over-Internet Protocol (VoIP)-telefoondienst met twee telefoonlijnen
Veilige Wireless Fidelity (Wi-Fi)-breedbandverbinding voor Wi-Fi-geactiveerde toestellen
B
1 • Overzicht 2
Vier 10/100Base-T Ethernet-uplinkpoorten voor de ondersteuning van half- of full-
duplexverbindingen met auto-MDIX-capaciteit
Universele Seriële Bus (USB)-aansluiting voor één pc (alleen SVG1510U-modellen).
Routing voor een draadloos LAN (WLAN) of een bedraad Ethernet-LAN
Ingebouwde DHCP-server voor het configureren van een gecombineerd bedraad en/of
draadloos privé-LAN van Klasse C
Virtueel privénetwerk (VPN)-pass-through-werking met ondersteuning van IPSec, PPTP, of
L2TP voor een veilige verbinding tussen computers op afstand via het internet
Configuration Manager (CMGR) van de SVG1501 die een gemakkelijke configuratie mogelijk
maakt van draadloze, Ethernet-, router-, DHCP- en beveiligingsinstellingen
Ondersteuning voor telefoonmodem en fax
VoIP-telefoondienst via uw kabelverbinding met vele traditionele telefoondiensten, zoals:
Nationale en internationale
gesprekken
Gesprek met drie
Voicemail
Nummer opnieuw kiezen
Snelkiezen (speed dial)
Oproeperidentificatie, oproep in wacht, oproep
doorschakelen, terugbellen
SVG1501 LAN-keuzes
U kunt tot 245 client-computers op de SVG1501 aansluiten via één of een willekeurige
combinatie van de volgende netwerkverbindingen:
Universal Serial Bus (USB) – SVG1501U models only
Draadloos LAN (WLAN)
Ethernet Local Area Network (LAN)
Wi-Fi-verbindingen met Wi-Fi-geactiveerde toestellen
USB-aansluiting (alleen SVG1501U)
U kunt een enkele computer onder Windows XP of Windows Vista aansluiten op de SVG1501U
USB V2.0-poort.
Draadloos LAN
Bij een draadloos netwerk is er geen bekabeling nodig om computers in de woning of het kantoor
te verbinden. Elke computer of apparaat in een WLAN moet Wi-Fi-geactiveerd zijn met ofwel een
ingebouwde ofwel een externe draadloze adapter.
Laptops – Gebruik een ingebouwde draadloze notebook-adapter, een draadloze PCMCIA-slot-
adapter of een draadloze USB-adapter.
Desktops – Gebruik respectievelijk een draadloze PCI-adapter, een draadloze USB-adapter of een
compatibel product in de PCI-slot of USB-poort.
B
1 • Overzicht 3
Beproeven van draadloze netwerkbindingen (model SVG1510U afgebeeld)
Uw maximale draadloze gebruiksafstand is afhankelijk van het type materiaal waar het signaal
moet doordringen en de locatie van uw SVG1501 en clients (stations). Motorola kan geen
draadloze werking garanderen voor alle ondersteunde afstanden in alle omgevingen.
Coax
Power
(Voeding)
Computer met bedrade
verbinding gebruikt voor
het uitvoeren van het
installatieprogramma
voor de SVG1501
B
1 • Overzicht 5
Frontpaneel
Het voorpaneel van de SVG1501 bevat indicatielampen en de WPS-knop die wordt gebruikt voor
het configureren van Wi-Fi Protected Security (WPS) op compatibele clients die op het SVG1501-
netwerk zijn aangesloten.
De LED's op het voorpaneel van de SVG1501 geven de volgende statusinformatie voor
stroomvoorziening, communicatie en fouten.
LED Knippert AAN
1 POWER
(VOEDING)
Niet van toepassing – LED knippert niet Groen: Het netsnoer is correct aangesloten.
2 RECEIVE Bezig met zoeken naar aansluiting voor
ontvangstkanaal
Groen: Het ontvangstkanaal heeft verbinding
3 SEND Bezig met zoeken naar aansluiting voor
zendkanaal
Groen: Het zendkanaal heeft verbinding
4 ONLINE Bezig met zoeken naar een
internetverbinding; bezig met zenden of
ontvangen van data via het internet
Groen: Opstartprocedure voltooid
5 TEL1
TEL 2
Telefoon is afgehaakt; bezig met nummer
kiezen of in gesprek
Groen: Telefoon is aangesloten en
geactiveerd; ingehaakt
6 WIRELESS Green: Wi-Fi-geactiveerd met
geëncrypteerde draadloze data-activiteit.
Lang/kort knippering geeft aan dat paring
van Wireless met Client-kaart bezig is.
Amber: Wi-Fi-geactiveerd met
ongeëncrypteerde draadloze data-activiteit.
Groen: Draadloze paring gelukt tussen
SVG1501 en een ander Wi-Fi-geactiveerd
apparaat in uw netwerk – gsm, PDA, laptop
enz.
Amber: Paring gsm gelukt. Wordt groen na
vijf minuten.
B
1 • Overzicht 6
Achterpaneel
Zowel het achterpaneel van de SVG1501 als van de SVG1501U (hierboven afgebeeld) bevat de
volgende kabelpoorten en aansluitingen:
Item Beschrijving
1 TEL1/2
TEL 2
VoIP-aansluiting voor een telefoon met één of twee lijnen
VoIP-aansluiting voor een telefoon met één lijn
2 ETHERNET
1 2 3 4
Gebruik een willekeurige Ethernet-poort voor het aansluiten van een computer
uitgerust met Ethernet, hub, bridge of switch via een kabel met een RJ-45-
connector.
Activity LED – Groene LED geeft de activiteit van de Ethernet-aansluiting aan.
Wanneer de LED brandt, is er geen dataverkeer en is een verbinding
gestabiliseerd.
Wanneer de LED knippert, worden data verzonden of ontvangen.
Wanneer de LED gedoofd is, staat het toestel niet onder stroom of is er geen
Ethernet-verbinding.
10/100 LED – Geeft de transmissiesnelheid van de verbinding aan.
Wanneer de groene LED brandt, werkt de verbinding met een 100BaseT-
snelheid.
Wanneer de amberkleurige LED brandt, werkt de verbinding met een 10BaseT-
snelheid.
B
1 • Overzicht 7
Item Beschrijving
3 RESET Reset de draadloze spraak-gateway. Het kan 5 tot 30 minuten duren om de
juiste communicatiekanalen te zoeken en te vergrendelen.
Druk op de RESET-knop en houd deze vijf seconden of langer ingedrukt om de
standaard fabrieksinstellingen te herstellen.
4 USB Alleen voor Window kunt u de USB-poort gebruiken om een pc op de
SVG1501U aan te sluiten. U kunt geen Macintosh- of UNIX®-computer op de
USB-poort van de SVG1501U aansluiten.
Opmerking: USB-aansluiting is alleen beschikbaar op SVG1501U-modellen.
5 CABLE Voor aansluiting van de SVG1501 op een kabelwandcontactdoos.
6 POWER
(VOEDING)
Levert stroom aan de SVG1501.
MAC-label
Het SVG1501 Media Access Control (MAC)-label, onderaan de SVG1501, bevat een unieke
waarde van 48-bit waarmee elk Ethernet-netwerkapparaat wordt geïdentificeerd. Om van de
datadiensten gebruik te kunnen maken, moet u het MAC-adres, dat aangegeven is met HFC
MAC ID aan uw serviceprovider bezorgen. Om van de VoIP-dienst gebruik te kunnen maken, is
het mogelijk dat u de HFC MAC ID aan uw VoIP-provider moet bezorgen.
B
2 • Aan de slag... 8
2 Aan de slag...
Inhoud van de doos
Kijk of de volgende elementen in de doos van de SVG1501 zitten:
Item Beschrijving
Netsnoer
Verbindt de SVG1501 met een stopcontact
10/100Base-T Ethernet-
kabel Voor aansluiting van de SVG1501 op het netwerk via
de Ethernet-poort. De kabel moet standaard van Cat
5 of hoger zijn.
Softwarelicentie en
certificatiekaart
Bevat softwarelicentie, garantiebepalingen en
veiligheidsvoorschriften voor de SVG1501.
SVG1501 Installation
CD-ROM
Bevat de SVG1501 Wi-Fi Wizard,
softwarelicentieovereenkomst, meertalige
gebruikershandleidingen voor de SVG1501 en USB-
stuurprogramma's (alleen voor SVG1501U-modellen).
Installatieschema
SVG1501
Bevat basisinformatie om de SVG1501 te kunnen
installeren
U hebt een coaxkabel van 75 ohm met vrouwelijke connector nodig om de SVG1501 aan te
sluiten op het dichtstbijzijnde wandcontactdoos. Als u al een televisietoestel op de
wandcontactdoos hebt aangesloten, hebt u mogelijk ook een 5 tot 900 MHz RF splitter en twee
extra coaxkabels nodig om zowel de tv als de SVG1501 te gebruiken
B
2 • Aan de slag... 9
Alvorens van start te gaan
Neem de volgende voorzorgsmaatregelen alvorens de SVG1501 te installeren:
Wacht met de installatie indien er onweer met donder of bliksem dreigt in de omgeving.
Om een mogelijke schok te voorkomen, dient u altijd eerst het netsnoer uit de
wandcontactdoos of een andere stroombron te verwijderen alvorens het uit het achterpaneel
van de SVG1501 te verwijderen.
Sluit de ventilatieopeningen aan de zijkanten van de SVG1501 niet af om oververhitting te
vermijden. Open het apparaat niet. Laat alle servicewerkzaamheden over aan uw
serviceprovider.
Sluit de Ethernet- en USB-kabels niet op dezelfde computer aan. Sluit ofwel Ethernet ofwel
USB aan.
Controleer of u de benodigde kabels, adapters en adapter-software hebt. Controleer of op elke
genetwerkte computer de juiste stuurprogramma's voor de Ethernet-adapter zijn geïnstalleerd. Zie
voor informatie over het installeren van het WLAN, Installeren van uw draadloze LAN.
Abonnement bij een serviceprovider
U moet een abonnement nemen bij een serviceprovider om toegang te krijgen tot het internet en
andere onlinediensten.
Om van de datadiensten gebruik te kunnen maken, moet u het MAC-adres, HFC MAC ID
hebben, dat vermeld staat op het MAC- label.
Systeemeisen
Uw computer moet aan de volgende minimumeisen voldoen:
Computer met processor van de Pentium®-klasse of hoger
Besturingssysteem Windows XP, Windows Vista, Macintosh of UNIX met een beschikbare
cd-rom met besturingssysteem
Om het even welke webbrowser zoals Microsoft Internet Explorer, Netscape Navigator®, of
Mozilla® Firefox®
B
2 • Aan de slag... 11
5. Voor een tweede telefoon steekt u de stekker van het telefoonsnoer van een telefoon met
één lijn in de Tel 2-poort achteraan op de SVG1501
6. Ga na of de LED's op het voorpaneel in de onderstaande volgorde oplichten en doven:
Activiteit van de LED's van de SVG1501 tijdens het opstarten
LED Beschrijving
POWER
(VOEDING)
Gaat branden wanneer de AC-voeding is aangesloten op de SVG1501.
Geeft aan dat de voeding correct is aangesloten.
RECEIVE Knippert tijdens het zoeken naar het downstream ontvangstkanaal.
Verandert in continu groen wanneer het ontvangstkanaal is vergrendeld.
SEND Knippert tijdens het zoeken naar het upstream zendkanaal.
Verandert in continu groen wanneer het zendkanaal is vergrendeld.
ONLINE Knippert tijdens de registratie en configuratie van de SVG1501.
Verandert in continu groen wanneer de SVG1501 is geregistreerd.
De SVG1501U aansluiten
OPGELET: Laad de cd-rom voor de Installatie van de SVG1501 in het cd-
rom-station alvorens de stekker van de USB-kabel in de SVG1501U te steken
Sluit de Ethernet- en USB-kabels niet op dezelfde computer aan
Vergewis u ervan alvorens aan de slag te gaan, dat de computer is ingeschakeld en het netsnoer
van de SVG1501U is uitgetrokken.
1. Plaats de cd-rom voor de Installatie van de SVG1501 in het cd-rom-station en installeer de
toepasselijke USB-stuurprogramma's.
2. Sluit het ene uiteinde van de coaxkabel aan op de kabelwandcontactdoos of splitter.
3. Sluit het andere uiteinde van de coaxkabel aan op de kabelaansluiting op de SVG1501U. Draai
de connectors handmatig aan om ze niet te beschadigen.
4. Steek de stekker van het netsnoer in de voedingspoort op de SVG1501U.
5. Steek de stekker van het andere uiteinde van het netsnoer in een stopcontact.
Zo wordt de SVG1510 automatisch ingeschakeld. U hoeft de gateway niet uit het stopcontact
te trekken wanneer hij niet wordt gebruikt. De eerste keer dat u de SVG1501U aansluit, moet
u 5 tot 30 minuten wachten om de juiste communicatiekanalen op te zoeken en te
vergrendelen.
6. Sluit de USB- of Ethernet-kabel op de juiste poort op de computer aan.
7. Sluit het andere uiteinde van de USB- of Ethernet-kabel op de juiste poort op de gateway aan.
B
2 • Aan de slag... 12
8. Steek de stekker van het telefoonsnoer van een telefoon met één of twee lijnen in de
telefoon.
9. Steek de stekker van het andere uiteinde van het telefoonsnoer van telefoon met één of
twee lijnen in de Tel 1/2-poort achteraan op de gateway
Opmerking: Neem contact op met een VoIP-serviceprovider om deze dienst te
activeren.
10. Voor een tweede telefoon steekt u de stekker van het telefoonsnoer van een telefoon met
één lijn in de Tel 2-poort achteraan op de SVG1501.
11. Ga na of de LED's op het voorpaneel in de onderstaande volgorde oplichten en doven, zie
Activiteit van de LED's van de SVG1501 tijdens het opstarten.
Wandmontage van de SVG1501
U kunt optioneel de SVG1501 op een wand bevestigen:
Het apparaat op een plaats monteren zoals voorgeschreven door de plaatselijke of nationale
wetten over kabeltv en communicatiediensten voor thuis en voor bedrijven.
Leef alle plaatselijke normen na voor het installeren van een netwerkinterface-
unit/netwerkinterface-apparaat (NIU/NID).
Zorg ervoor dat de stekker niet in het AC-stopcontact zit en dat alle kabels achteraan op de
SGV1501 verwijderd zijn alvorens van start te gaan met de installatie.
Beslis of u de SVG1501 horizontaal of verticaal wilt monteren.
Monteer het apparaat indien mogelijk op beton, metselwerk, een houten stijl of een ander stevig
materiaal. Gebruik ankers indien nodig (bij montage op gipsplaten bijvoorbeeld).
OF
OF
B
2 • Aan de slag... 13
OPGELET: Alvorens gaten te boren, moet u de constructie controleren op
mogelijke beschadiging van water-, gas- of elektrische leidingen.
Doe het volgende om uw SVG1501 op de wand te monteren:
1. Druk een kopie af van het Wandmontagesjabloon.
2. Meet de afgedrukte sjabloon met een meetlat om ervoor te zorgen dat deze het correcte
formaat heeft.
3. Gebruik een centerpons om het midden van de gaten aan te geven.
4. Breng de merktekens voor de montagegaten op de wand aan.
5. Boor de gaten tot op een diepte van minstens 3,8 cm (1 1/2 inch). Gebruik M3,5 x 38 mm
(#6 x 11/2 duim) schroeven met een platte onderkant en een maximale schroefkopdiameter
van 9,0 mm om de SVG1501 vast te maken.
6. Draai elke schroef met een schroevendraaier aan totdat de kop van de schroef nog uit de
wand steekt zoals hieronder afgebeeld.
6.0 mm (.24 inches) maximum
9.0 mm (.35 inches) maximum
2.5 mm (.10 inches).
Er moet 2,5 mm (0,10 inch) zijn tussen de wand en de onderkant van de schroefkop.
7. Breng de SVG1501 zo aan dat de spiegaten op de achterkant van het apparaat in een rechte
lijn liggen boven de montageschroeven.
8. Schuif de SVG1501 naar beneden tot tegen de bovenkant van de spiegatopening.
9. Sluit na de montage de coaxkabel en Ethernet-verbinding opnieuw aan.
10. Steek de ene stekker van het netsnoer in de +12 VDC-aansluiting van de spraak-gateway en
de andere in een stopcontact.
11. Leg de kabels op een veilige manier.
6,0 mm (6,10 mm) maximum
9,0 mm (0,35 inch) maximum
2,5 mm (0,10 inch)
B
2 • Aan de slag... 15
Internettoegang installeren
Controleer na het installeren van de SVG1501 dat u een verbinding met het internet kunt tot
stand brengen. U kunt een IP-adres voor de netwerkinterface van uw computer ophalen aan de
hand van een van de volgende opties:
Het statisch gedefinieerde IP-adres en DNS-adres ophalen
Automatisch het IP-adres ophalen met behulp van de DHCP-server van het netwerk
De Motorola draadloze spraak-gateway SVG1501 zorgt voor een DHCP-server op zijn LAN.
Motorola raadt aan uw LAN zo configureren dat de IP's voor het LAN en de DNS-server
automatisch worden verkregen.
Zorg ervoor dat alle computers in uw LAN geconfigureerd zijn voor TCP/IP. Na de configuratie van
TCP/IP op uw computer moet u het IP-adres controleren. Na de configuratie van TCP/IP op uw
computer moet u het IP-adres controleren.
Opmerking: Voor UNIX- of Linux-systemen volgt u de instructies in de
desbetreffende gebruikersdocumentatie.
TCP/IP in Windows XP configureren
1. Open het Control Panel (Configuratiescherm).
2. Dubbelklik op Network Connections (Netwerkverbindingen) om de opbel- en LAN- of
supersnelle internetverbindingen weer te geven.
3. Klik met de rechtermuisknop op de netwerkverbinding voor uw netwerkinterface.
4. Selecteer Properties (Eigenschappen) in het vervolgkeuzemenu om het venster Local Area
Connection Properties (Eigenschappen LAN-verbinding) weer te geven. Zorg ervoor dat
Internet Protocol (TCP/IP) is aangevinkt.
5. Selecteer Internet Protocol (TCP/IP) en klik op Properties (Eigenschappen) om het venster
Internet Protocol (TCP/IP) Properties (Eigenschappen voor Internet-Protocol (TCP/IP)) te doen
verschijnen.
6. Selecteer Obtain an IP address automatically (Automatisch een IP-adres verkrijgen) en
Obtain DNS server address automatically (Automatisch een DNS-serveradres verkrijgen).
7. Klik op OK om de TCP/IP-instellingen op te slaan en het venster TCP/IP Properties te verlaten.
8. Sluit het venster Local Area Connection Properties (Eigenschappen voor LAN-verbinding) en
sluit dan het Control Panel (Configuratiescherm) af.
9. Na de TCP/IP-configuratie gaat u door met Het IP-adres in Windows XP controleren..
TCP/IP in Windows Vista configureren
1. Open het Control Panel (Configuratiescherm).
2. Klik op Network and Internet (Netwerk en internet) om het venster Network and Internet
weer te geven.
3. Klik op Network and Sharing Center (Netwerk- en Sharing Center) om het venster Network
and Sharing Center weer te geven.
B
2 • Aan de slag... 16
4. Klik op Manage network connections om het venster voor de LAN- of supersnelle
internetverbindingen weer te geven
5. Klik met de rechtermuisknop op de netwerkverbinding voor de netwerkinterface die u wilt
veranderen.
6. Klik op Properties (Eigenschappen) om het venster Local Area Connection Properties weer te
geven.
Vista kan u vragen een beheerderswachtwoord of bevestiging in te voeren.
Typ het wachtwoord of de bevestiging in, en klik dan op Continue.
7. Klik op het tabblad Networking en selecteer dan Internet Protocol Version 4 (IPv4).
8. Klik op Properties (Eigenschappen) om het venster Protocol Version 4 (TCP/IPv4) Properties
weer te geven.
9. Selecteer Obtain an IP address automatically (Automatisch een IP-adres verkrijgen) en
Obtain DNS server address automatically (Automatisch een DNS-serveradres verkrijgen).
10. Klik op OK om de TCP/IP-instellingen op te slaan en het venster Internet Protocol Version 4
(TCP/IPv4) Properties te verlaten.
11. Klik op OK om het venster Local Area Connection Properties (Eigenschappen voor LAN-
verbinding) te sluiten
12. Sluit de overige vensters en sluit het Control Panel (Configuratiescherm) af.
13. Na de TCP/IP-configuratie gaat u door met Verificatie van het IP-adres in Windows Vista
Het IP-adres in Windows XP controleren
Ga als volgt te werk om uw IP-adres te controleren:
1. Ga naar het Windows-bureaublad en klik op Start
2. Selecteer Run. Het venster Run (Uitvoeren) verschijnt.
3. Tik cmd en klik op OK.
4. Typ ipconfig en druk op ENTER om uw IP-configuratie weer te geven
Indien een Autoconfiguratie IP-adres wordt weergegeven, wijst dat op problemen met het
kabelnetwerk of een slechte verbinding tussen uw computer en de SVG1501.
Controleer:
Uw kabelaansluitingen
Of u uw normale tv-kanalen met uw tv-toestel kunt ontvangen
Na succesvolle controle van uw kabelaansluitingen en de juiste werking van het kabeltv-systeem,
kunt u trachten uw IP-adres te vernieuwen
Het IP-adres in Windows Vista controleren
Doe het volgende om het IP-adres te controleren:
1. Ga naar het Windows-bureaublad en klik op Start.
2. Klik op All Programs (Alle Programma's).
3. Klik op Accessories (Accessoires).
4. Klik op Command Prompt (Opdrachtprompt) om een opdrachtpromptvenster te openen.
5. Typ ipconfig in en druk op ENTER om het IP-adres weer te geven.
B
2 • Aan de slag... 17
Indien een Autoconfiguratie IP-adres wordt weergegeven, wijst dat op een slechte verbinding
tussen uw computer en de SVG1501, ofwel op eventuele problemen met het kabelnetwerk.
Uw IP-adres vernieuwen
Om uw IP-adres te vernieuwen in Windows XP of Windows Vista, gaat u als volgt te werk:
1. Open een opdrachtpromptvenster.
2. Typ na de opdrachtprompt ipconfig /renew en druk op ENTER om een nieuw IP-adres te
verkrijgen.
3. Typ exit en druk dan op ENTER om het opdrachtpromptvenster te sluiten.
Indien na het uitvoeren van deze procedure uw computer nog geen toegang krijgt tot het
internet, dient u contact op te nemen met uw serviceprovider.
Installeren van een Wi-Fi-netwerk
Ga als volgt te werk om een Wi-Fi-netwerk te installeren via de WPS-knop op de SVG1501:
1. Schakel de draadloze spraak-gateway SVG1501 in.
2. Schakel de WPS-geactiveerde apparaten in die u toegang tot het netwerk wilt verlenen, zoals
een pc, router of telefoon.
Het Wi-Fi-netwerk zal automatisch de WPS-apparaten detecteren.
3. Druk op de WPS-knop op de SVG1501.
4. Druk - indien van toepassing - op de WPS-knop op de andere WPS-apparaten.
B
3 • Basisconfiguratie 18
3 Basisconfiguratie
Voor normale werking hoeft u de meeste standaardinstellingen niet te wijzigen.
OPGELET: Wijzig het standaardwachtwoord onmiddellijk wanneer u de SVG1501
voor het eerst configureert, om ongeoorloofde configuratie te voorkomen. Zie
Het standaardwachtwoord van de SVG1501 wijzigen.
Firewalls zijn niet volkomen veilig. Kies het veiligst mogelijke firewall-beleid. Zie
Firewall-pagina's voor meer informatie.
Starten van de Configuration Manager (CMGR) van de
SVG1501
Gebruik de Configuration Manager (CMGR) van de SVG1501 om instellingen op uw SVG1501 te
wijzigen en weer te geven.
1. Open de webbrowser op een computer die is aangesloten op de SVG1501 via een Ethernet-
verbinding.
Opmerking: Probeer de SVG1501 niet te configureren via een draadloze
verbinding.
2. Typ in het adres- of locatieveld van uw browser http://192.168.0.1 en druk op ENTER.
3. Typ admin in het gebruikersnaamveld (dit veld is hoofdlettergevoelig).
4. Typ motorola in het Password-veld (wachtwoord) (dit veld is hoofdlettergevoelig).
5. Klik op Login (Aanmelden) om de SVG1501 Status Connection-pagina (verbindingsstatus)
weer te geven.
B
3 • Basisconfiguratie 19
De Status Connection-pagina verstrekt statusinformatie van het RF-ontvang- en zendkanaal op de
netwerkaansluiting van de SVG1501.
Raadpleeg bij problemen met het opstarten van de Configuration Manager (CMGR) van de
SVG1501 Oplossen van problemen voor meer informatie.
SVG1501 Menuoptiebalk
De Menuoptiebalk van de SVG1501 verschijnt bovenaan het venster van de Configuration
Manager van de SVG1501.
Menuoptiebalk van de Configuration Manager
Menuoptiepagina's Functie
Status Bevat informatie over de hardware en software van de SVG1501, MAC-adres,
spraak-gateway IP-adres, serienummer en verwante informatie. Bijkomende
pagina's bevatten diagnose-tools en mogelijkheden om uw gebruikersnaam en
wachtwoord voor SVG1501 te wijzigen.
Basic (Basis) Weergave en configuratie van IP-gebonden configuratiegegevens van SVG1501,
waaronder netwerkconfiguratie, WAN-verbindingstype, DHCP en DDNS.
Advanced
(Geavanceerd)
Configureert en monitort de manier waarop de SVG1501 IP-verkeer routeert
B
3 • Basisconfiguratie 20
Menuoptiepagina's Functie
Firewall Configureert en monitort de firewall van de SVG1501
“Kinderslot” Configureert en monitort de kinderslotfunctie van de SVG1501
Wireless (Draadloos) Configureert en monitort de draadloze netwerkfuncties van de SVG1501
VPN Configureert en monitort de werking van SVG1501 met een VPN
MTA Monitort de telefoonfuncties van de SVG1501
Logout (Afmelden) Sluit de Configuration Manager (CMGR) van de SVG1501 af
Hulp vragen
Om Help-informatie bij een menuoptie op te roepen, klikt u op die pagina op help.
De Configuration Manager (CMGR) van de SVG1501
afsluiten
Om af te melden en de Configuration Manager van de SVG1501 af te sluiten:
Klik op Logout (Afmelden) op de Menuoptiebalk van de SVG1501.
B
4 • Statuspagina's 21
4 Statuspagina's
Gebruik de Statuspagina's van de SVG1501 voor informatie over de hardware en software van de
SVG1501, MAC adres, IP-adres van de kabelmodem, serienummer, alsook om de verbinding van
uw kabelsysteem te monitoren, bijkomende diagnose-tools te gebruiken en uw gebruikersnaam
en wachtwoord voor de SVG1501 te wijzigen.
Pagina met softwarestatus
Bevat informatie over de hardware- en softwareversie, MAC-adres, IP-adres van de kabelmodem,
serienummer, bedrijfstijd van het systeem en registratiestatus van het netwerk.
Pagina met verbindingsstatus
Controleer de HFC en de IP-netwerkconnectiviteitsstatus van de SVG1501.
Klik op de Refresh-knop in uw webbrowser om de informatie hierover te vernieuwen.
B
4 • Statuspagina's 22
Pagina met beveiligingsstatus
Bepaal de toegangsrechten van de beheerder door uw gebruikersnaam en wachtwoord voor de
SVG1501 te wijzigen en reset uw gebruikersnaam en wachtwoord tot de standaardinstelling.
Het standaardwachtwoord van de SVG1501 wijzigen
OPGELET: Wijzig het standaardwachtwoord onmiddellijk wanneer u de SVG1501
voor het eerst configureert, om ongeoorloofde configuratie te voorkomen.
1. Typ uw gebruikersnaam in het veld Password Change Username.
2. Typ uw nieuwe wachtwoord in het veld New Password (dit veld is hoofdlettergevoelig).
3. Typ nogmaals uw nieuwe wachtwoord in het veld Re-Enter New Password (dit veld is
hoofdlettergevoelig).
4. Typ uw oude wachtwoord in het veld Current Username Password.
5. Selecteer No onder Restore Factory Defaults (Standaardfabrieksinstellingen herstellen).
6. Klik op Apply (Toepassen) om de gebruikersnaam en het wachtwoord te updaten.
Restoring Factory Defaults (Standaardfabrieksinstellingen herstellen)
Opmerking: U moet aanmelden met de standaardgebruikersnaam en
wachtwoord na het toepassen van de herstelling van de
standaardfabrieksinstellingen.
1. Selecteer Yes onder Restore Factory Defaults (Standaardfabrieksinstellingen herstellen).
2. Klik op Apply (Toepassen) om de gebruikersnaam en het wachtwoord te herstellen tot de
originele fabrieksinstellingen.
3. Meld nogmaals aan met behulp van de standaardinstellingen. Let wel dat beide vermeldingen
hoofdlettergevoelig zijn.
Gebruikersnaam: admin
Wachtwoord: motorola
B
4 • Statuspagina's 23
Pagina met statusdiagnosegegevens
Gebruik de volgende diagnose-tools om IP-connectiviteitsproblemen op te sporen en te
verhelpen:
Ping (LAN)
Traceroute (WAN)
Hulpprogramma Ping
Gebruik Ping (Packet InterNet Groper) om de connectiviteit tussen de SVG1501 en andere
apparaten op het SVG1501-LAN te controleren door een klein datapakket te zenden en dan te
wachten op een antwoord. Een antwoord van Ping bevestigt dat de computer is aangesloten op
de SVG1501.
Testen van netwerkconnectiviteit met de SVG1501
Doe de volgende test om de connectiviteit tussen de SVG1501 en andere apparaten op het
SVG1501-LAN te controleren:
1. Selecteer Ping op de vervolgkeuzelijst "Select Utility" (Hulpprogramma kiezen)
2. Voer in het veld "Target" het IP-adres in van de computer die u wilt pingen.
3. Voer de grootte van het datapakket in bytes in het veld "Ping Size" in.
4. Voer het aantal ping-pogingen in het veld "No. of Pings" in.
5. Voer de tijd tussen ping-zendbewerkingen in milliseconden in het veld "Ping Interval" in.
6. Klik op Start Test om de ping-bewerking te starten. De ping-resultaten verschijnen in het vak
"Results".
7. U kunt op elk ogenblik tijdens de test klikken op Abort Test (Test afbreken) om de ping-
bewerking stop te zetten.
8. Herhaal stappen 2 tot en met 6 voor elk apparaat dat u wilt pingen.
Klik daarna op Clear Results (Resultaten wissen) om de pingresultaten uit het vak "Results" te
verwijderen.
B
4 • Statuspagina's 24
Hulpprogramma Traceroute
Gebruik Traceroute om het netwerkpad van de Configuration Manager van de SVG1501 naar een
publieke host te mappen.
1. Voer in het veld "Target" het IP-adres of de hostnaam in van de computer waarop u de
Traceroute-bewerking wilt toepassen.
2. Voer in het veld "Max Hops" het maximumaantal sprongen in dat de Traceroute-bewerking
uitvoert alvorens te stoppen.
3. Voer de grootte van het datapakket in bytes in het veld "Data Size" in.
4. Stel het basisnummer in van de door Traceroute gebruikte UDP-poort in het veld "Base Port"
33434. Indien een UDP-poort niet beschikbaar is, kan dit veld worden gebruikt om een
ongebruikt poortbereik te specificeren.
5. Selecteer in het veld "Resolve Host" On voor een opsomming van de namen van hosts die
tijdens de Traceroute-bewerking wordt gevonden, of selecteer Off voor een lijst van alleen de
IP-adressen van de hosts.
6. Klik na het invoeren van de Traceroute-parameters op Start Test om de Traceroute-
bewerking te starten. De Traceroute-resultaten verschijnen in het vak "Results".
7. Klik daarna op Clear Results (Resultaten wissen) om de Traceroute-resultaten uit het vak
"Results" te verwijderen.
B
4 • Statuspagina's 25
Pagina met status-logboek
Bekijk de kritische systeemgebeurtenissen in chronologische volgorde in het SNMP-logboek.
B
5 • Basispagina's 26
5 Basispagina's
Geef weer en configureer IP-gebonden configuratiegegevens van SVG1501, waaronder
netwerkconfiguratie, WAN-verbindingstype, DHCP en DDNS in Basispagina's. Met de Backup-
optie kunt u een kopie van uw SVG1501-configuratie op uw computer opslaan
Basisinstallatiepagina
Configureer de basisfuncties van uw SVG1501-gateway met betrekking tot uw ISP-verbinding.
Veldbeschrijvingen voor de basisinstallatiepagina
Veld Beschrijving
NAPT mode (NAPT-
modus)
NAPT is een speciaal geval van NAT, waarbij veel IP-nummers verborgen
zitten achter een aantal adressen. In tegenstelling met de originele NAT
betekent dit echter niet dat er slechts zoveel verbindingen tegelijk mogelijk
zijn.
In NAPT-modus wordt een nagenoeg willekeurig aantal verbindingen
gemultiplexeerd met TCP-poortinformatie. Het aantal gelijktijdige
verbindingen is beperkt door het aantal adressen vermenigvuldigd met het
aantal beschikbare TCP-poorten.
B
5 • Basispagina's 27
Veld Beschrijving
LAN
IP-adres
MAC-adres
Voer het IP-adres van de SVG1501 op uw privé-LAN in.
Media Access Control-adres – een set van 12 hexadecimale cijfers die
tijdens de fabricage zijn toegekend, als unieke identificatie van het
hardwareadres van het Access Point van de SVG1501.
WAN
IP-adres
MAC-adres
Duration (Duur)
Expires (Verstrijkt)
Het publieke WAN IP-adres van uw SVG1501-apparaat, dat dynamisch of
statisch door uw ISP wordt toegekend.
Media Access Control-adres – een set van 12 hexadecimale cijfers die
tijdens de fabricage zijn toegekend, als unieke identificatie van het
hardwareadres van het Access Point van de SVG1501.
Beschrijft hoe lang tevoren uw internetverbinding verstrijkt. De WAN-lease
wordt bij het verstrijken automatisch hernieuwd.
Geeft de exacte tijd en datum aan van het verstrijken van de WAN-lease.
Release WAN Lease
(Vrijgeven van WAN-
lease)
Klik om de WAN-lease vrij te geven.
Renew WAN Lease
(Hernieuwen van WAN-
lease)
Klik om de WAN-lease te hernieuwen.
WAN Connection Type
(Type WAN-verbinding)
DHCP of Statisch IP. Maakt uw ISP gebruik van DHCP, selecteer dan DHCP
en voer een hostnaam en domeinnaam in, indien vereist.
Maakt uw ISP gebruik van statische IP-adressering, selecteer dan Static IP
en voer de door uw ISP verstrekte informatie in voor Static IP Address,
Static IP Mask, Default Gateway, Primary DNS en Secondary DNS.
Host Name (Hostnaam) Is de WAN-verbinding van het type DHCP, voer dan een hostnaam in, indien
vereist.
Domain Name
(Domeinnaam)
Is de WAN-verbinding van het type DHCP, voer dan een domeinnaam in,
indien vereist.
MTU Size (MTU-grootte) Maximum Transmission Unit (MTU) is het grootste pakket of frame dat kan
worden verzonden. De standaardwaarde is geschikt voor de meeste
gebruikers.
Gespoofed MAC-adres Is de WAN-verbinding van het type Statisch IP, voer dan de door uw ISP
verstrekte informatie in voor Static IP Address, Static IP Mask, Default
Gateway, Primary DNS en Secondary DNS.
Klik daarna op Apply om uw wijzigingen op te slaan.
B
5 • Basispagina's 28
Basispagina DHCP
Configureer en geef de status weer van de optionele interne DHCP (Dynamic Host Configuration
Protocol)-server van de SVG1501 voor het LAN.
OPGELET: Wijzig deze instellingen niet tenzij u een ervaren netwerkbeheerder
bent met een grondige kennis van IP-adressering, subnetting en DHCP.
Veldbeschrijvingen voor de basispagina DHCP
Veld Beschrijving
DHCP Server Selecteer Yes om de DHCP-server van de SVG1501 te activeren.
Selecteer No om de DHCP-server van de SVG1501 te deactiveren.
Starting Local Address (Lokaal
beginadres)
Voer het begin-IP-adres in dat door de DHCP-server van de SVG1501
aan clients moeten worden toegekend in dotted-decimale notatie. De
standaardwaarde is 192.168.0.2.
Aantal CPE's Stelt het aantal clients in waaraan de DHCP-server van de SVG1501
een privé-IP-adres moet toekennen. Er zijn 245 mogelijke client-
adressen. De standaardwaarde is 245.
Lease Time (Leaseduur) Stelt de tijd in seconden in tijdens dewelke de DHCP-server van de
SVG1501 een IP-adres aan een client leaset. De standaardwaarde is
3600 seconden (60 minuten).
DHCP Clients Bevat een lijst met apparaatgegevens van de DHCP-client.
B
5 • Basispagina's 29
Veld Beschrijving
WINS Addresses (WINS-
adressen)
Specificeert tot drie serveradressen van de Windows Internet Name
Service (WINS).
Klik op Apply om uw wijzigingen op te slaan.
Klik om het IP-adres van een DHCP te hernieuwen op Select en dan op Force Available.
Basispagina DDNS
Installeer de service Dynamic Domain Name System (DDNS) zo dat een statisch
internetdomeinnaam wordt toegekend aan een dynamisch IP-adres. Op die manier wordt de
toegang tot uw SVG1501 vergemakkelijkt vanuit verschillende locaties op het internet.
Veldbeschrijvingen voor de basispagina DDNS
Veld Beschrijving
DDNS Service Selecteer Disable of wwwDynDNS.org om de "DDNS Service" te
activeren.
Gebruikersnaam Voer uw DynDNS-gebruikersnaam in.
Password (Wachtwoord) Voer uw DynDNS-wachtwoord in.
Host Name (Hostnaam) Voer uw DDNS-hostnaam in.
IP-adres Bevat IP-informatie.
Status Geeft de status van de DDNS-service weer. enabled or disabled
Klik op Apply om uw wijzigingen op te slaan.
B
5 • Basispagina's 30
Basispagina Backup
Sla de huidige configuratiegegevens van uw SVG1501 ter plaatse op uw computer op of herstel
eerder opgeslagen configuraties.
Herstellen van de configuratie van uw SVG1501
1. Typ het pad met de bestandsnaam waar u uw back-upbestand wilt bewaren op uw computer,
of klik op Browse om het bestand te lokaliseren.
2. Klik op Restore om uw eerder opgeslagen instellingen van SVG1501 opnieuw van kracht te
laten worden.
Een reservekopie maken van de configuratie van uw SVG1501
1. Typ het pad met de bestandsnaam waar u uw back-upbestand wilt bewaren op uw computer,
of klik op Browse om het bestand te lokaliseren.
2. Klik op Backup om een reservekopie van de instellingen van uw SVG1501 te maken.
B
6 • Advanced Pages (Pagina's "Geavanceerd") 32
Veld Beschrijving
PPTP PassThrough Maakt het gebruik van het "Point-to-Point Tunneling Protocol
(PPTP) Pass-Through"-protocol via de Configuration Manager van
de SVG1501 mogelijk zodanig dat een VPN-apparaat (of software)
goed met het WAN kan communiceren.
Selecteer Enable (Activeren) om in te schakelen.
Remote Config Management
(Configuratiebeheer op afstand)
Maakt toegang tot de Configuration Manager van de SVG1501 op
afstand mogelijk. Hierdoor kunt u het WAN van de SVG1501
configureren door toegang tot het WAN-IP-adres aan Poort 8080
van de configuratiemanager van om het even waar op het
internet. U typt bijvoorbeeld in het URL-venster van de browser
http://WanIPAddress:8080/ om van op afstand naar de
Configuration Manager van SVG1501 te gaan.
Selecteer Enable (Activeren) om in te schakelen.
Multicast Enable (Multicast
activeren)
Maakt het mogelijk multicast-specifiek verkeer (aangegeven door
een multicast specifiek adres) van en naar de pc's op het
privénetwerk achter de configuratiemanager door te laten.
Selecteer Enable (Activeren) om in te schakelen.
UPnP Enable (UPnP activeren) Zet de agent van het Universal Plug and Play-protocol (UPnP) in
de configuratiemanager aan. Selecteer dit vak indien u een CPE
(client)-applicatie uitvoert die UPnP vereist.
Selecteer Enable (Activeren) om in te schakelen.
Rg PassThrough Deactiveert NAT-werking waardoor alle client-computers als
passthrough-clients kunnen fungeren.
Selecteer Enable (Activeren) om in te schakelen.
PassThrough Mac Addresses
(PassThrough-Mac-adressen)
Specificeert maximaal 32 computers als passthrough-clients die
niet onderhevig zijn aan NAT, door middel van hun MAC-
adressen.
Om deze functie te activeren is het mogelijk dat uw kabeloperator
voor bijkomende publieke IP-adressen moet zorgen.
Klik op Apply om de wijzigingen op te slaan.
B
6 • Advanced Pages (Pagina's "Geavanceerd") 33
Pagina "Geavanceerde IP-filtering"
Bepaal welke lokale pc's de toegang tot het WAN van de SVG1501 ontzegd zal worden door het
configureren van IP-adresfilters om internetverkeer naar specifieke netwerkapparaten op het LAN
tegen te houden. U voert de LSB (Least-significant byte, minst significante byte) van het IP-adres
in; de bovenste bytes van het IP-adres worden automatisch ingesteld vanuit het IP-adres van de
Configuration Manager van de SVG1501.
U kunt veelgebruikte filterinstellingen opslaan maar ze niet actief maken.
Veldbeschrijvingen voor de pagina "Geavanceerde IP-filtering"
Veld Beschrijving
Beginadres Voer het begin-IP-adresbereik in van de computers die u de toegang tot
het WAN van de SVG1501 wilt ontzeggen.
Voer alleen de minst significante byte van het IP-adres in.
End Address (Eindadres) Voer het eind-IP-adresbereik in van de computers die u de toegang tot het
WAN van de SVG1501 wilt ontzeggen.
Voer alleen de minst significante byte van het IP-adres in.
Enabled (Geactiveerd) Activeer het IP-adresfilter.
Selecteer elk bereik van IP-adressen die u de toegang tot het WAN van
de SVG1501 wilt ontzeggen.
Klik op Apply om uw instellingen te activeren en op te slaan.
B
6 • Advanced Pages (Pagina's "Geavanceerd") 34
Pagina "Geavanceerde MAC-filtering"
Bepaal maximaal 20 Media Access Control (MAC)-adresfilters om te voorkomen dat pc's via hun
MAC-adressen uitgaand TCP/UDP-verkeer naar het WAN sturen. Het MAC-adres van een
specifieke NIC-kaart verandert nooit, in tegenstelling tot het IP-adres ervan dat mettertijd kan
worden toegekend via de DHCP-server of hardgecodeerd naar verscheidene adressen.
Veldbeschrijvingen voor de pagina "Geavanceerde MAC-filtering"
Veld Beschrijving
MAC Addresses
(MAC-adressen)
Media Access Control-adres – een unieke set van 12 hexadecimale cijfers die
tijdens de fabricage aan een pc is toegekend.
Instellen van een MAC-adresfilter
1. Voer in het veld "MAC-Adresses" het MAC-adres in van de computer die u wilt tegenhouden.
2. Klik op Add MAC Address.
3. Herhaal de bovenstaande stappen voor maximaal twintig MAC-adressen.
B
6 • Advanced Pages (Pagina's "Geavanceerd") 35
Pagina "Geavanceerde poortfiltering"
Definieer poortfilters om te voorkomen dat alle apparaten uitgaand TCP/UDP-verkeer op
specifieke IP-poortnummers naar het WAN sturen. Specificeer een begin- en eindpoortbereik om
per poort te bepalen welk TCP/UDP-verkeer naar het WAN mag worden uitgestuurd.
Opmerking: De gespecificeerde poortbereiken zijn geblokkeerd voor ALLE pc's.
Deze instelling is niet gebonden aan een IP-adres of een MAC-adres. Om
bijvoorbeeld de toegang van alle pc's op het privé-LAN tot HTTP-sites te
blokkeren, zet u de “Start Port” op 80, de “End Port” op 80, “Protocol” op TCP,
selecteert u Enabled, en klikt u dan op Apply.
Veldbeschrijvingen voor de pagina "Geavanceerde poortfiltering"
Veld Beschrijving
Start Port (Startpoort) Voer het startpoortnummer in.
End Port (Eindpoort) Voer het eindpoortnummer in.
Protocol Selecteer TCP, UDP of Both op de vervolgkeuzelijst.
Enabled (Geactiveerd) Selecteer de activering van de IP-poortfilters.
B
6 • Advanced Pages (Pagina's "Geavanceerd") 36
Pagina "Geavanceerde poortdoorsturing"
Voer een publiek toegankelijke server uit op het LAN door het specificeren van de mapping van
TCP/UDP-poorten naar een lokale pc. Hierdoor kunnen inkomende verzoeken op specifieke
poortnummers bij webservers, FTP-servers, mailservers enz. terechtkomen zodat ze toegankelijk
kunnen zijn van op het publieke internet.
Veelgebruikte poortnummers:
HTTP: 80
FTP: 20, 21
Secure Shell: 22
Telnet: 23
SMTP e-mail: 25
SNMP: 161
Voer om een poort te mappen het bereik van lokaal door te sturen poortnummers in evenals het
IP-adres waarnaar het verkeer naar die poorten moeten worden gestuurd. Voer om slechts één
poort te mappen zowel in de locaties "start" als "eind" voor dat IP-adres hetzelfde poortnummer in.
B
6 • Advanced Pages (Pagina's "Geavanceerd") 37
Pagina "Geavanceerde poort-triggers"
Configureer dynamische triggers naar specifieke apparaten op het LAN. Hierdoor kunnen speciale
applicaties worden gebruikt waarvoor specifieke poortnummers met bidirectioneel verkeer goed
moeten werken. Voor applicaties zoals videoconferentie, spraak, gaming en sommige messaging-
programmafuncties kunnen deze speciale instellingen vereist zijn.
De geavanceerde poort-triggers zijn geen statische poorten die altijd open blijven. Wanneer de
Configuration Manager uitgaande data op een specifiek IP-poortnummer in het “trigger-bereik”
waarneemt, worden de resulterende poorten in het “doelbereik” geopend voor inkomende of
bidirectionele data. Indien er gedurende 10 minuten geen uitgaand verkeer op de poorten van het
“trigger-bereik” wordt waargenomen, gaan de poorten van het “doelbereik” dicht. Dit is een
veiligere methode om specifieke poorten te openen voor speciale applicaties (bv.
videoconferentieprogramma's, interactive gaming, bestandsoverdracht in chat-programma's enz.)
omdat ze dynamisch worden getriggerd en niet constant open worden gehouden of verkeerdelijk
worden opengelaten door toedoen van de router-beheerder waardoor ze in het vizier dreigen te
komen van potentiële hackers.
Veldbeschrijvingen voor de pagina "Geavanceerde poort-triggers"
Veld Beschrijving
Trigger Range
Start Port (Startpoort)
End Port (Eindpoort)
Startpoortnummer van het poort-trigger-bereik.
Eindpoortnummer van het poort-trigger-bereik.
Target Range
Start Port (Startpoort)
End Port (Eindpoort)
Startpoortnummer van het poort-trigger-bereik.
Eindpoortnummer van het poort-trigger-bereik.
Protocol Selecteer TCP, UDP of Both op de vervolgkeuzelijst.
Enable (Activeren) Schakel het selectievakje voor het activeren van de IP-poort-triggers in.
B
6 • Advanced Pages (Pagina's "Geavanceerd") 39
Veldbeschrijvingen voor de pagina "Geavanceerde RIP-installatie"
Veld Beschrijving
RIP Enable (RIP activeren) Activeert of deactiveert het RIP-protocol.
RIP helpt de router zich dynamisch aan te passen aan de
veranderingen in het netwerk. Nu voorbijgestreefd door nieuwere
routing-protocollen, zoals OSPF en ISIS.
RIP Authentication
(RIP-authenticatie)
Voegt een wachtwoord in gewone tekst of een gedeelde sleutel
aan het RIP-pakket toe voor de CPE en de draadloze router voor
wederzijdse authenticatie.
RIP Authentication Key
(RIP-authenticatiesleutel)
Encrypteert het wachtwoord in gewone tekst die in elke RIP-pakket
is vervat.
Indien u de gedeelde sleutelauthenticatie in RIP gebruikt, moet u
een sleutel ingeven.
RIP Authentication Key ID
(ID van RIP-authenticatiesleutel)
Identificeert de sleutel voor het creëren van de
authenticatiegegevens voor het RIP-pakket en geeft ook het
authenticatiealgoritme aan.
RIP Reporting Interval
(Rapporteringsinterval van RIP)
Bepaalt hoelang van tevoren een RIP-pakket naar de CPE wordt
gezonden.
RIP Destination IP Address
(Bestemmings-IP-adres van RIP)
Stelt de locatie in waar het RIP-pakket naartoe wordt gestuurd om
de routing-tabel in uw CPE te updaten.
RIP Destination IP Subnet Mask
(Bestemmings-IP-subnetmasker
van RIP)
Specificeert welke CPE u het RIP-pakket wilt laten ontvangen.

Produktspecifikationer

Varumärke: Motorola
Kategori: Nätverkskommunikation
Modell: SVG1501
Färg på produkten: Grijs
Vikt: 2800 g
Bredd: 418 mm
Djup: 292.6 mm
Höjd: 24.9 mm
Användarmanual: Ja
Husmaterial: Acrylonitrile butadiene styrene (ABS), Plastic, Polycarbonate (PC)
AC-adapterfrekvens: 50 - 60 Hz
AC-adapterns inspänning: 100 - 240 V
Blåtand: Ja
Skärm diagonal: 17.3 "
Upplösning: 1920 x 1080 Pixels
Pekskärm: Nee
Original bildförhållande: 16:9
Processorfrekvens: 2.7 GHz
Processorfamilj: Intel® Core™ i7
Processormodel: i7-7500U
Antal processorkärnor: 2
Vormfaktor: Clamshell
Inkluderar operativsystem: Windows 10 Pro
Ethernet LAN: Ja
Integrerad minneskortläsare: Ja
Kompatibla minneskort: MMC, SD, SDHC, SDXC
Skärmform: Flat
Ljusstyrka: 300 cd/m²
Processor litografi: 14 nm
fingeravtrycksläsare: Ja
Snabbstartsguide: Ja
Inkluderar AC-adapter: Ja
Marknadspositionering: Bedrijf
LED-bakgrundsbelysning: Ja
Antal HDMI-portar: 1
Mikrofon, linjeingång: Nee
DVI-port: Nee
Antal Ethernet LAN (RJ-45)-portar: 1
Monteringsalternativ för kabellås: Ja
Antal inbyggda högtalare: 2
Lösenordsskydd: Ja
AC-adapter, ström: 65 W
Inkluderar nätsladd: Ja
HD typ: Full HD
Inbyggd mikrofon: Ja
Internminne: 8 GB
3D: Nee
Förvarings media: HDD
Batteritid/batteritid: 6 uur
Internminnestyp: DDR4-SDRAM
Password bescherming: HDD, Power on, Supervisor
Hållbarhetscertifikat: RoHS, ENERGY STAR
Ethernet LAN, dataöverföringshastigheter: 10,100,1000 Mbit/s
Intel® Wireless Display (Intel® WiDi): Ja
Typ av panel: IPS
Antal portar USB 3.2 Gen 1 (3.1 Gen 1) Typ A: 2
Processoruttag: BGA 1356
Stepping: H0
Systembuss: 4 GT/s
Processor antal trådar: 4
PCI Express-kortplatsversion: 3.0
Processorns driftlägen: 64-bit
Processorns cache: 4 MB
Tjunction: 100 °C
Busstyp: OPI
PCI Express-konfigurationer: 1x2+2x1, 1x4, 2x2, 4x1
Thermal Design Power (TDP): 15 W
Kodnamnsprocessor: Kaby Lake
Maximalt antal PCI Express-linjer: 12
Typ av processorcache: Smart Cache
ECC stöds av processor: Nee
Processorfabrikant: Intel
Konfigurerbar TDP-ned: 7.5 W
Konfigurerbar TDP ned frekvens: 0.8 GHz
Konfigurerbar TDP-uppfrekvens: 2.9 GHz
Konfigurerbar TDP-up: 25 W
Operativsystems arkitektur: 64-bit
Maximalt internminne: 16 GB
Total lagringskapacitet: 1000 GB
Typ av optisk enhet: DVD±RW
Inbyggd grafikadapter: Ja
Separat grafikadapter: Ja
Familjens inbyggda grafikadapter: Intel® HD Graphics
Inbyggd grafikadaptermodell: Intel® HD Graphics 620
Grundläggande frekvens inbyggd grafikadapter: 300 MHz
Inbyggd grafikadapter dynamisk frekvens (max): 1050 MHz
Inbyggt grafikkort-ID: 0x5916
Maximalt minne inbyggd grafikadapter: 32 GB
Inbyggd grafikadapter DirectX-version: 12.0
Inbyggd grafikadapter OpenGL version: 4.4
Fram kamera: Ja
Numerisk knappsats: Ja
Instruktionsuppsättningar som stöds: AVX 2.0, SSE4.1, SSE4.2
Intel® My WiFi Technology (Intel® MWT): Ja
Intel® Smart Response Technology: Ja
Intel® Hyper Threading Technology (Intel® HT Technology): Ja
Intel® Turbo Boost-teknik: 2.0
Intel® Quick Sync-videoteknik: Ja
Intel® InTru™ 3D-teknik: Ja
Intel® Clear Video HD-teknik (Intel® CVT HD): Ja
Intel® Insider™: Ja
Intel® Flex Memory Access: Ja
Intel® AES nya instruktioner (Intel® AES-NI): Ja
Förbättrad Intel SpeedStep-teknik: Ja
Kör Disable Bit: Ja
Idle stater: Ja
Termisk övervakningsteknik: Ja
CPU-konfiguration (max): 1
Intel® Enhanced Halt State: Ja
Intel® Clear Video Technology för mobila internetenheter (Intel® CVT för MID): Ja
Intel® VT-x med utökade sidtabeller (EPT): Ja
Inbyggda alternativ tillgängliga: Nee
Grafik & IMC litografi: 14 nm
Intel® Small Business Advantage (Intel® SBA): Ja
Intel® Secure Key: Ja
Intel® 64: Ja
Intel® OS Guard: Ja
Intel® Virtualization Technology for Directed I/O (VT-d): Ja
Intel® Clear Video-teknik: Ja
Intel® Software Guard Extensions (Intel® SGX): Ja
Intel® Virtualization Technology (VT-x): Ja
Processorpaketstorlek: 42 x 24 mm
Konfliktfri processor: Ja
Intel® Identity Protection Technology (Intel® IPT): Ja
Versie Intel® Identity Protection Technology: 1.00
Versie Intel® Secure Key Technology: 1.00
Versie Intel® Smart Response Technology: 1.00
ARK ID-processor: 95451
Intel® Trusted Execution Technology: Nee
Intel® TSX: Nee
Intel® Stable Image Platform Program (SIPP): Nee
Versie Intel® Stable Image Platform Program (SIPP): 0.00
Intel® TSX-NI-version: 0.00
Kombinerad hörlurs/mikrofonport: Ja
Maximal processorturbofrekvens: 3.5 GHz
Processorkod: SR2ZV
Diskret grafikadaptermodell: NVIDIA® GeForce® 940MX
Antal portar USB 3.2 Gen 1 (3.1 Gen 1) Typ C: 1
Pekdon: Touchpad
Windows-tangenter: Ja
Klockhastighetsminne: 2133 MHz
Minnesplatser: 1x SO-DIMM
Minnesformfaktor: On-board + SO-DIMM
Dubbel skärm: Nee
Chipset moderkort: Intel SoC
Specifik grafikminnestyp: GDDR5
Grafikminne: 2 GB
Hårddiskar med total kapacitet: 1000 GB
Antalet installerade hårddiskar: 1
HDD kapacitet: 1000 GB
Trusted Platform Module (TPM): Ja
Främre kamerasignalformat: 720p
Typ av laddningsport: DC-in ingang
Power högtalare: 1.5 W
LightScribe: Nee
Maximalt internminne (64-bitars): 16 GB
Wifi: Ja
Typ produkt: Notebook
Batteriteknik: Lithium-Polymeer (LiPo)
Antal battericeller: 2
Processorgenerering: Zevende generatie Intel® Core™ i7
Batterijcapaciteit: 35 Wh

Behöver du hjälp?

Om du behöver hjälp med Motorola SVG1501 ställ en fråga nedan och andra användare kommer att svara dig




Nätverkskommunikation Motorola Manualer

Nätverkskommunikation Manualer

Nyaste Nätverkskommunikation Manualer